1.1 Scheikunde

Regels bij scheikunde (NaSk2)
  • Zorg dat je op tijd bent in de les
  • Zorg ervoor dat je al je spullen bij je hebt: Leerboek, werkboek, pen, potlood, gum, rekenmachine, Chromebook.
  • Chromebook in de tas tot dat je zelf aan het werk gaat (ik geef dit aan)
  • Maak je huiswerk
  • Als je iets niet snapt laat het dan aan mij weten, dan kan ik je helpen.

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Regels bij scheikunde (NaSk2)
  • Zorg dat je op tijd bent in de les
  • Zorg ervoor dat je al je spullen bij je hebt: Leerboek, werkboek, pen, potlood, gum, rekenmachine, Chromebook.
  • Chromebook in de tas tot dat je zelf aan het werk gaat (ik geef dit aan)
  • Maak je huiswerk
  • Als je iets niet snapt laat het dan aan mij weten, dan kan ik je helpen.

Slide 1 - Tekstslide

NOVA 
Nova  NaSk2 digitaal  via Magister/ELO : 



Slide 2 - Tekstslide

We gaan beginnen met Scheikunde (NASK2)
Leerdoelen van deze les:
  • Wat zijn de drie natuurwetenschappen?
  • Wat zijn stof eigenschappen?
  • Wat zijn de gevarensymbolen / pictogrammen?

Slide 3 - Tekstslide

Waar denk je aan
bij scheikunde?

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Video

Welke dingen uit het filmpje had je geen idee van dat het scheikunde was?

Slide 6 - Open vraag

Natuurwetenschappen

De natuurwetenschappen zijn de takken van de wetenschap die zich bezighouden met de natuur en de natuurwetten.


Ze bestuderen hoe de aarde en het heelal er uit ziet (Aardrijkskunde en Sterrenkunde), hoe het leven er uit ziet (Biologie), hoe we de energie goed kunnen gebruiken (Natuurkunde) of welke stoffen we goed kunnen gebruiken (Scheikunde)

Wij bespreken er drie. (Biologie, Natuurkunde en Scheikunde) 

Slide 7 - Tekstslide

Biologie

Bij biologie worden de levende organismes bestudeerd. Bio betekent leven en logos betekent beschrijving.



Slide 8 - Tekstslide

Natuurkunde

De natuurkunde bestudeert de natuurwetten (zwaartekracht, beweging, elektriciteit, licht) en heeft te maken met energie.

Alle natuurwetten zijn terug te herleiden tot energie.

Slide 9 - Tekstslide

Scheikunde
Scheikunde is het onderzoeken van stoffen. Kunnen stoffen veranderen? Kun je nieuwe stoffen maken? En welke invloeden hebben de verschillende stoffen op elkaar?

Kortom; alles wat te maken heeft met stoffen is scheikunde.

Slide 10 - Tekstslide

Stofeigenschappen

Stoffen kun je herkennen aan de stofeigenschappen. Iedere stof heeft eigen eigenschappen, daardoor zijn stoffen beter geschikt om ergens voor te gebruiken.


Kortom; een stofeigenschap is een eigenschap van een stof waar je de soort stof aan kunt herkennen.

Slide 11 - Tekstslide

Stofeigenschappen

Bijvoorbeeld;

  • water is doorzichtig (je herkent water dan aan de 'kleur')
  • lood heeft een grote dichtheid (je herkent lood dan aan de dichtheid)
  • olie is brandbaar (je herkent olie dan aan het feit dat je het kunt verbranden)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Gevarensymbolen







(schadelijk)                                        (bijtend)

Slide 14 - Tekstslide

Gevarensymbolen in het dagelijks leven

Slide 15 - Tekstslide

Vragen van LessonUp

Nu mag jij je Chromebook erbij pakken.

Beantwoord de volgende vragen zo snel mogelijk.

Per vraag heb je maximaal 10 seconden de tijd.

Slide 16 - Tekstslide

Welke wetenschap houdt zich bezig met de levende natuur?
A
sterrenkunde
B
biologie
C
natuurkunde
D
scheikunde

Slide 17 - Quizvraag

Welke wetenschap houdt zich bezig met het energie probleem op de wereld?
A
sterrenkunde
B
biologie
C
natuurkunde
D
scheikunde

Slide 18 - Quizvraag

Welke wetenschap houdt zich bezig met het veranderen van stoffen?
A
sterrenkunde
B
biologie
C
natuurkunde
D
scheikunde

Slide 19 - Quizvraag

Stofeigenschappen zijn:
A
geur, kleur, massa
B
fase, geur, kleur
C
kookpunt, smeltpunt, kleur
D
fase, geur, smaak

Slide 20 - Quizvraag

De stofeigenschappen van alcohol zijn:
A
Gewicht en geur
B
Kleur en geur
C
Brandbaarheid en geur
D
Kleur en brandbaarheid

Slide 21 - Quizvraag

Noem zoveel mogelijk stofeigenschappen van koffie.

Slide 22 - Open vraag

Wat betekent dit gevarensymbool?
A
giftig
B
licht ontvlambaar
C
corrosief
D
schadelijk

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de betekenis van dit gevarensymbool?
A
explosief
B
ontvlambaar
C
brandbevorderend
D
schadelijk

Slide 24 - Quizvraag

Wat betekent het gevarensymbool op de fles?
A
Giftig
B
Corrosief
C
Explosief
D
Schadelijk

Slide 25 - Quizvraag

Aan de slag!

1) Ruim je Chromebook weer netjes op in je tas

2) Lees 1.1 Scheikunde

3) Maak 10, 11, 12, 15, 17, 18.


De 1e 10 minuten werken we in stilte, daarna mag je overleggen met je buurman of buurvrouw over de opdrachten die je moeilijk vindt.


Huiswerk voor de volgende les:

Afmaken 10, 11, 12, 15, 17, 18. Plus doornemen uit je leerboek par. 1.2



timer
10:00

Slide 26 - Tekstslide