Werkwoordspelling: Engelse werkwoorden

Spelling Engelse werkwoorden

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Spelling Engelse werkwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen

Werkwoordspelling:

Je kunt Engelse leenwerkwoorden goed vervoegen.


Slide 2 - Tekstslide

Noem een werkwoord uit het Engels afkomstig, dat we veel inzetten in onze dagelijkse taal.

Slide 3 - Woordweb

Welke 2 woorden passen er op de open plaatsen in deze 2 zinnen? (a= en b= )
a: Ik passte een ...
b: Ik paste een ...

Slide 4 - Open vraag

Spelling Engelse werkwoorden
Bij de meeste werkwoorden  werkt het hetzelfde als bij de Nederlandse werkwoorden.

Slide 5 - Tekstslide

Regelmaat
Bij werkwoorden die uit het Engels komen, gebruik je de Nederlandse regels voor spelling.

Verleden tijd + vd: 't x kfschp     bepaalt uitgang met d of t (d/de/den) (t/te/ten)

Ver

inloggen - ik log in - hij logt in - hij logde in - hij heeft ingelogd
downloaden - ik download - hij downloadt - hij downloadde - hij heeft gedownload
gamen - ik game - hij gamet - hij gamede - hij heeft gegamed
passen - ik pass - hij passt - hij passte - hij heeft gepasst

Slide 6 - Tekstslide

Uitzondering 1
In een aantal gevallen blijft de 'e' uit de stam staan, om de uitspraak te behouden

Slide 7 - Tekstslide

Uitzondering 2
Bij de verleden tijd luister je naar de laatste klank.
 't x k f s ch p
Hoor je een s-klank, dan schrijf je in de verleden tijd een -t.

racen - ik race - hij racet - hij racete - hij heeft geracet                   c = s
smashen - ik smash - hij smasht - hij smashte - hij heeft gesmasht         sh = s

Slide 8 - Tekstslide

Uitzondering 3
De uitspraak bepaalt of je aan het eind van de ik-vorm één of twee medeklinkers schrijft.
paintballen - ik paintball - hij paintballt - ik paintballde - ik heb gepaintballd
appen - ik app - hij appt - ik appte - ik heb geappt

volleyballen - ik volleybal - hij volleybalt - ik volleybalde - ik heb gevolleybald
grillen- ik gril- hij grilt- ik grilde - ik heb gegrild
stressen - ik stres - hij strest - ik streste - ik heb gestrest

Slide 9 - Tekstslide

Uitzondering 4
Een verdubbeling van klinkers toepassen om de Nederlandse uitspraak te hanteren:
scoren, promoten = verdubbeling van sommige klinkers

Ik scoor (niet ik score), Ik promoot (niet ik promote)

Slide 10 - Tekstslide

Uitzondering 5
Een aanpassing in de volgorde van el/le om de Nederlandse schrijfwijze te hanteren
googelen, tackelen = Engelse ‘le’ wordt in Nederlands ‘el’

Ik googel (niet ik google), Ik tackel (niet ik tackle)

Slide 11 - Tekstslide

Infinitief                  pvtt                       pvvt                 vd            
Blowen                      blow(t)                   blowde              geblowd
Carpoolen                 carpool(t)              carpoolde         gecarpoold  
Racen                         race(t)                    racete                geracet
E-mailen                    e-mail(t)                e-mailde           ge-e-maild
Deleten                      delete(t)               deletete              gedeletet        
Crowdfunden           crowdfund(t)      crowdfundde    gecrowdfund
Gamen                       game(t)                gamede              gegamed
Baseballen                baseball(t)            baseballde         gebaseballd
Volleyballen              volleybal(t)           volleybalde        gevolleybald
Stressen                     stres(t)                   streste                gestrest
Samplen                    sample(t)              samplede          gesampled
Shoppen                    shop(t)                   shopte               geshopt


Slide 12 - Tekstslide

Hij ..... (kickboksen, PVTT)

Slide 13 - Open vraag

Hij .... (wakeboarden, PVTT)

Slide 14 - Open vraag

Wij ..... (unfrienden, PVVT)

Slide 15 - Open vraag

Hij .... (daten, PVTT)

Slide 16 - Open vraag

Hij .... (deleten, PVTT)

Slide 17 - Open vraag

Wij .... (e-mailen, PVVT)

Slide 18 - Open vraag

Wij hebben ..... (e-mailen, VD)

Slide 19 - Open vraag

0

Slide 20 - Video

Verwerken

Blz. 26 onderwerp 5


Slide 21 - Tekstslide