spelling woordenschat

Verhaaltje
Luister goed, welke woorden zijn allemaal materialen? 
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogische wetenschappenWOStudiejaar 2,3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Verhaaltje
Luister goed, welke woorden zijn allemaal materialen? 

Slide 1 - Tekstslide

materiaal woorden

Slide 2 - Woordweb

lesdoel
Aan het eind van de les kan ik de betekenis van de genoemde woorden uitleggen. 

Slide 3 - Tekstslide

A Robotarm
B Het elektron
C de fitting
D de generator
1. Een deeltje van een atoom, heel erg klein
2.  Een onderdeel van de lamp, hierdoor krijgt de lamp stroom.
3.  Een elektrische machine
4.  een machine die met een draaiende beweging elektriciteit opwekt. 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

1. De hoogspanning
2. De levensduur
3. mechanisch
4. omzetten in
A. grote hoeveelheden elektriciteit worden zo vervoerd
B. ene energiesoort veranderen in ander energiesoort
C apparaat  zonder sturing
D hoe lang een apparaat het blijft doen

Slide 6 - Tekstslide

nabespreken

Slide 7 - Tekstslide

A. opwekken
B. robot
C. uitschakelen
D. de Watt
1. Het vermogen van een apparaat
2.  het laten ontstaan van elektriciteit
3. een machine die zelfstandig taken kan uitvoeren
4. een toestel uit doen. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

"Ik doe het apparaat uit."
A
omzetten
B
opwekken
C
uitschakelen

Slide 10 - Quizvraag

"Door de lamp in dit onderdeel te draaien krijgt de lamp stroom."
A
de fitting
B
mechanisch
C
opwekken

Slide 11 - Quizvraag

"Dit apparaat heeft geen besturing nodig, het is...."
A
een fitting
B
mechanisch
C
Watt

Slide 12 - Quizvraag

"Van brandstof wordt energie gemaakt, bijvoorbeeld om auto's te laten rijden."
A
omzetten
B
uitschakelen
C
opwekken

Slide 13 - Quizvraag