4H_betoog_uitleg_APA

Betoog
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Betoog

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Het doel van deze les:

Je leert hoe je je bronnenmap moet samenstellen
Je leert waarom je moet verwijzen naar bronnen
Je leert hoe je moet parafraseren
Je leert hoe je moet citeren

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het doel van een betoog?

Slide 3 - Woordweb

Doel van een betoog
  • Een tekst waarmee je je publiek overtuigt van jouw standpunt.
  • Je noemt argumenten die jouw mening verdedigen;
  • Je gebruikt ook tegenargumenten;
  • Je gaat een betoog schrijven waarin drie verschillende argumenten de lezer overtuigen van jouw stelling/mening/standpunt;

Slide 4 - Tekstslide

APA-bronvermelding
Het correct verwijzen naar bronnen

Slide 5 - Tekstslide

bronnen
In de tekst die je gaat schrijven maak je gebruik van informatie van derden. Je 'verzint' namelijk zelf geen feiten. 
Je haalt jouw informatie uit andere documenten: gedocumenteerd schrijven.

Slide 6 - Tekstslide

Mogelijke bronnen
nieuwsberichten
interviews
internetberichten
tijdschriften
....

Slide 7 - Tekstslide

Plagiaat
Als je niet goed aangeeft dat je de tekst van een ander gebruikt, kan dat leiden tot plagiaat. Het plegen van plagiaat kan je duur komen te staan. (= fraude = examencommissie)

Door op de juiste manier naar gebruikte bronnen te verwijzen, voorkom je plagiaat.

Slide 8 - Tekstslide

Citeren en parafraseren
-Een citaat is een letterlijk overgenomen passage uit een publicatie. 
-Een parafrase is een weergave in eigen woorden van een passage uit een publicatie.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Tips citeren
-Citeer alleen als het echt nodig is. 
-Citeer of parafraseer alleen betrouwbare bronnen.
-Citeer geen clichés.
-Ruk citaten nooit uit hun verband

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wanneer verwijzen?
Zodra je iets citeert of parafraseert geef je dit aan in de tekst.

Zowel in de tekst (verkorte weergave) als onder de tekst (volledige weergave) geef je de gebruikte bronnen aan.


Slide 13 - Tekstslide

Hoe verwijzen?
Gelukkig is het maken van een goede bronvermelding niet zo moeilijk. Er is een aantal regels waar je je aan moet houden.
Ook moet je rekening houden met de soort bron: is het een citaat uit een boek of van het internet?....

Wij werken volgens de zogenaamde APA-richtlijnen.


Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Verwijzen - in de bronnenlijst

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Oefenen bronnenlijst
 Zet de delen steeds in de juiste volgorde zodat bronvermeldingen ontstaan die  aan de APA‐richtlijnen voldoen.    

Slide 18 - Tekstslide

Handboek taalgericht vakonderwijs
Bussum: uitgeverij Coutinho.
(2004).
Hajer, M., & Meestringa, T.

Slide 19 - Sleepvraag

via http://www.cito.com/.
Monitoring and evaluation systems.
(z.j.).
Cito
Geraadpleegd op 29 november 2013,

Slide 20 - Sleepvraag

Verwijzen - in de tekst
In de tekst zelf noem je alleen de auteur en het jaartal. De volledige gegevens volgen dus pas na het document.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Huiswerk
  • Zoek minimaal 3 goede bronnen op
  • Maak van deze bronnen een bronnenlijst volgens APA
  • Noteer minimaal 1 citaat met bronvermelding
  • Noteer minimaal 1 parafrase met bronvermelding


Slide 24 - Tekstslide