Les 31: soorten inleidingen en afsluitingen

Lesplanning klas 2 
10 minuten vrij lezen 
Uitleg inleiding en afsluiting 

Aan de slag met de opdrachten! 
timer
10:00
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

Lesplanning klas 2 
10 minuten vrij lezen 
Uitleg inleiding en afsluiting 

Aan de slag met de opdrachten! 
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Soorten inleidingen en afsluitingen
Doel:

Je leert wat voor een soort inleidingen en afsluitingen je kunt tegenkomen in teksten.

Slide 2 - Tekstslide

De (volledige) en volgorde van de standaardstructuur van een tekst is:
A
slot-kern-inleiding
B
kern - slot
C
inleiding - kern - slot
D
inleiding - slot

Slide 3 - Quizvraag

Een conclusie staat in de:
A
inleiding
B
kern
C
slot

Slide 4 - Quizvraag

Waarom een schrijver een tekst schrijft staat in:
A
slot
B
inleiding
C
kern

Slide 5 - Quizvraag

Een hoofdzaak is:
A
de belangrijkste zijn van een alinea
B
een minder belangrijke zin van de alinea
C
de conclusie van het onderwerp
D
geen idee

Slide 6 - Quizvraag

Een functiewoord geeft aan wat de schrijver je wil gaan vertellen in de alinea.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Voorbeelden van functiewoorden zijn:

Slide 8 - Woordweb

Soorten inleidingen en afsluitingen
Je let bij het lezen van een tekst op tekststructuur, alinea’s en functiewoorden. 

Door naar de inleiding en de afsluiting te kijken, begrijp je de tekst beter. 

Slide 9 - Tekstslide

Inleiding
Met een inleiding wil de schrijver je nieuwsgierig maken zodat je de rest van de tekst gaat lezen. Uit de inleiding kun je vaak afleiden wat je kunt verwachten in het vervolg van de tekst.
Soorten inleidingen:
Reden, opbouw, belangrijkste informatie, voorbeeld, mening of combinatie van deze voorbeelden.

Slide 10 - Tekstslide

Afsluiting
Een schrijver kan een tekst op verschillende manieren afsluiten:
- door een samenvatting
- door een conclusie te geven
- door een conclusie te geven
- door te vertellen wat hij van de toekomst verwacht
- door een vraag te stellen die bij hem is opgekomen na het schrijven van de tekst.

Slide 11 - Tekstslide

Let op:
Soms zitten er bij teksten geen of geen duidelijk slot bij de tekst. Teksten waar je dit aan kunt treffen zijn vooral bij nieuwsberichten. 

Tip: als je moet bepalen of een tekst een slot heeft, kijk goed of je een functiewoord in de laatste (een na laatste alinea ziet). In een slot wordt NOOIT een nieuw onderwerp behandeld. Als dit in de laatste wel wordt gedaan, heeft de tekst geen slot!

Slide 12 - Tekstslide

Check out-vraag:
Ik weet welke soorten inleidingen en afsluitingen er zijn en hoe ik ze kan herkennen in een tekst.
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

Zelfstandig werken 
Lees de theorie op blz. 66 door 

Maak opdracht 1 t/m 8 

Let op: leestoets woensdag 21 juni
Bezoek de flex begrijpend lezen voor extra uitleg 

Slide 14 - Tekstslide