Les 1 organen en orgaanstelsels in beweging

Orgaanstelsels
1 / 39
volgende
Slide 1: Woordweb
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 10 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Orgaanstelsels

Slide 1 - Woordweb

Wat is een of zijn orgaanstelsels?
A
Huid
B
Skelet
C
bloedvaten
D
hersenen

Slide 2 - Quizvraag

welke orgaanstelsels werken samen bij beweging?
- ademhalingsstelsel
-spieren
-zenuwstelsel
-bloedvatenstelsel
-spijsverteringsstelsel

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

ademhalingsstelsel
- hoe werkt die ook alweer?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Ademhalingsstelsel

Slide 7 - Tekstslide

waaruit bestaat het ademhalingsstelsel ???
A
neus& mondholte
B
keelholte
C
bronchiën
D
middenrif

Slide 8 - Quizvraag

Hoe wordt dit gedeelte van het ademhalingsstelsel genoemd?
A
Bronchiën
B
Longblaasjes
C
Luchtpijp
D
Strottenhoofd

Slide 9 - Quizvraag

bloedvatenstelsel
- ?

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

bloedvatenstelsel
rood = zuurstofrijk
blauw = zuurstofarm

Slide 12 - Tekstslide

Bloedsomloop bestaat uit...
A
Hart en bloedvaten
B
Alleen het hart
C
Alleen de bloedvaten
D
Alleen bloedvaten

Slide 13 - Quizvraag

Welke bloedvaten hebben de dikste wand?
A
slagaders
B
aders
C
haarvaten

Slide 14 - Quizvraag

Deze bloedvaten zijn meestal zuurstof arm
A
slagaders
B
haarvaten
C
aders

Slide 15 - Quizvraag

spierstelsel
?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Spierstelsel
Spieren 

Slide 20 - Tekstslide

Wat is de juiste volgorde van groot naar klein
A
Spieren spiercellen spierstelsel
B
Spierstelsel Spieren Spiercellen
C
Spiercellen spieren spierstelsel

Slide 21 - Quizvraag

Welk orgaanstelsel brengt het spierstelsel in beweging?
A
het spijsverteringsstelsel
B
het lymfestelsel
C
het zenuwstelsel
D
het ademhalingstelsel

Slide 22 - Quizvraag

Welke organen horen bij het spierstelsel?
A
Biceps en triceps
B
Buikspieren en hart
C
Dijspier en tong
D
Hart en biceps

Slide 23 - Quizvraag

zenuwstelsel
?

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Zenuwstelsel

Slide 27 - Tekstslide

Hoe noemen we het rode gedeelte in het zenuwstelsel?
A
Het zenuwstelsel
B
De zenuwen
C
Het centrale zenuwstelsel
D
Het hersenstelsel

Slide 28 - Quizvraag

Hersenen en ruggenmerg vormen samen het...
A
zenuwen
B
zenuwstelsel
C
centrale zenuwstelsel
D
hypofyse

Slide 29 - Quizvraag

In welke richting geleiden gevoelszenuwcellen impulsen?
A
Naar het centrale zenuwstelsel toe
B
Van het centrale zenuwstelsel af

Slide 30 - Quizvraag

verteringsstelsel
?

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

verteringsstelsel

Slide 34 - Tekstslide

Welk orgaan hoort niet bij het verteringsstelsel
A
maag
B
lever
C
luchtpijp
D
dunne darm

Slide 35 - Quizvraag

Wat betekent darmperistaltiek?
A
vertering van voedsel in darm
B
vertering
C
Samenknijpen van de darm
D
kramp in maag

Slide 36 - Quizvraag

In de mond begint de vertering?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 37 - Quizvraag

Wat is vertering?
A
energie in voedingsstoffen gebruiken om te bewegen
B
voedingsstoffen opnemen in het bloed
C
voedingsstoffen gebruiken om cellen te bouwen
D
voedingsstoffen klein maken zodat ze in het bloed kunnen worden opgenomen

Slide 38 - Quizvraag

Nu de opdracht!
maak de opdracht in je boekje.
Geef alle organen aan in het plaatje en schrijf erbij hoe het werkt. 
Uiteindelijk heb je een plaatje waarin je uitlegt hoe alle orgaanstelsel samenwerken als je sport.

Slide 39 - Tekstslide