samengestelde zinnen / enkelvoudige zinnen

samengestelde zinnen
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

samengestelde zinnen

Slide 1 - Tekstslide

 Spinner

Slide 2 - Tekstslide

GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
doelen:

- Ik kan hoofdzinnen en bijzinnen onderscheiden.


Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
hoofdzinnen en bijzinnen

Bij een hoofdzin staan persoonsvorm en onderwerp naast elkaar. Er past (bijna nooit) een woord tussen.

De persoonsvorm staat op de eerste of tweede plaats.

Slide 5 - Tekstslide

GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
hoofdzinnen en bijzinnen

Bij een bijzin kan of staat er een woord tussen de persoonsvorm en het onderwerp. Er past dus een woord tussen.

Een bijzin kun je (meestal) vervangen door één woord of woordgroep.

De persoonsvorm staat vaak achter in de zin.

Slide 6 - Tekstslide

Ik blijf vandaag binnen, omdat het zo hard regent.
A
hz + hz
B
hz + bz
C
bz + hz

Slide 7 - Quizvraag

GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
nevenschikking en onderschikking

Als twee zinnen van hetzelfde niveau naast elkaar staan, dan noemen we dit nevenschikking.

Als twee zinnen van een ander niveau naast elkaar staan, dan noemen we dit onderschikking.

Slide 8 - Tekstslide

GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen

Een bijzin is altijd een zinsdeel van de hoofdzin. En omdat dit een zin is, noemen we dit een zinsdeelzin.

We kennen de volgende zinsdeelzinnen: ow-zin, lv-zin, nw.gezegde-zin, mv-zin, vv-zin en bwb-zin.

Slide 9 - Tekstslide

GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen
1. Zoek de bijzin.

2. Vervang de bijzin door één woord (of woordgroep).

3. Ontleed de hoofdzin.

4. Het zinsdeel van het woord is ook de zinsdeelzin.


Slide 10 - Tekstslide

GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen

Ik blijf vandaag binnen, omdat het zo hard regent.

Daarom blijf ik vandaag binnen.

bwb-zin = omdat het zo hard regent





Slide 11 - Tekstslide

GRAMMATICA ZINSDELEN: SAMENGESTELDE ZINNEN
zinsdeelzinnen

Wie het boeket vangt, mag als volgende trouwen!

Zij mag als volgende trouwen!

ow-zin = Wie het boeket vangt





Slide 12 - Tekstslide

Twee hoofdzinnen:
Hij gaat niet mee want hij is ziek.

Ik eet een appel en hij drinkt een glas melk.

Slide 13 - Tekstslide

Hoofdzin en bijzin
Hij blijft thuis omdat hij ziek is.

Omdat hij ziek is, blijft hij thuis.

Slide 14 - Tekstslide

Mijn zus kiest voor Zorg en Welzijn omdat ze dat een leuk vak vindt.
A
hoofdzin en hoofdzin
B
hoofdzin en bijzin

Slide 15 - Quizvraag

Mijn broertje ligt nog niet op bed, want hij is nog niet moe.
A
hoofdzin en hoofdzin
B
hoofdzin en bijzin

Slide 16 - Quizvraag

Naarmate hij ouder wordt, gaat hij meer op zijn vader lijken.
A
hoofdzin en hoofdzin
B
hoofdzin en bijzin

Slide 17 - Quizvraag

Kan het voegwoord van twee hoofdzinnen vooraan staan?
A
ja, dat kan
B
nee, nooit

Slide 18 - Quizvraag

Zodra de wekker af is gegaan, sta ik op.
A
HZ + BZ
B
HZ + HZ
C
BZ + HZ

Slide 19 - Quizvraag

We kunnen niet naar de speeltuin, omdat het heel hard regent.
A
Hz bz
B
bz hz
C
hz hz
D
alleen hz

Slide 20 - Quizvraag

Ik heb buikpijn, maar ik ga toch naar school.
A
HZ + BZ
B
HZ + HZ
C
BZ + HZ

Slide 21 - Quizvraag

Wie de wedstrijd wint, wordt clubkampioen.
A
HZ + BZ
B
HZ + HZ
C
BZ + BZ
D
BZ + HZ

Slide 22 - Quizvraag

Samir fietst snel, omdat hij te laat is.
A
hz + bz
B
hz + hz
C
bz + hz
D
bz + bz

Slide 23 - Quizvraag

Anne krijste de hele avond.
A
hz bz
B
bz hz
C
alleen hz
D
alleen bz

Slide 24 - Quizvraag

Johanna gaat graag naar de zee, omdat dan kan ze lekker zwemmen.
A
HZ + BZ
B
HZ + HZ
C
BZ + HZ

Slide 25 - Quizvraag

Wat is de bijzin?
'Alle Nederlanders weten dat de Friezen een apart volk zijn.'
A
Alle Nederlanders weten
B
Alle Nederlanders weten dat
C
Dat de Friezen een apart volk zijn
D
de Friezen een apart volk zijn

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Het doel was: Ik kan hoofdzinnen en bijzinnen onderscheiden. IS DIT DOEL BEHAALD?

26

27

28

29

30

31

32

33

34

35

36

37

38

39

40

41

42

43

44

45

46

47

48

49

50
28
dan jongens, maar vinden het minder nuttig. Dit lijkt te komen doordat meisjes aangeve
n dat het
maken van huiswerk van hen verwacht wordt van mensen om hen heen, bij jongens is dit veel
minder aan de orde.
D
eel 2
Resultaten
Behoeften
Er moet aan bepaalde behoeften worden voldaan om tot leren te kunnen komen. Het valt op dat
een kwart van
de leerlingen zich soms angstig voelt. De leerlingen ervaren allemaal genoeg
vriendschap en liefde. Hierin zit geen verschil tussen jongens en meisjes. Bij een onderdeel scoren de
meiden wel minder. Het blijkt dat 10% meiden zichzelf niet de moeite waard v
indt.
Verwachting
Ook hebben leerlingen bepaalde verwachtingen van zich
zelf. Ongeveer een kwart van alle
leerlingen
geeft aan dat ze hard werken voor school, maar dat het niet veel oplevert.
Attributie
De stelling die daarop volgt luidt: ‘Als ik als lee
rling hard werk voor school, heeft dat resultaat.’ Hier
wordt eigenlijk dezelfde stelling besproken, maar nu is deze anders geformuleerd. Bij de jongens
klopt dit ongeveer. Weer geeft ongeveer een kwart aan dat het geen, of niet genoeg resultaat
oplevert.
Daarentegen geven alle meisjes aan dat ze het eens zijn met bovenstaande stelling. Dit is
opvallend, want het staat haaks op de vorige.
Intrinsieke motivatie
Bij dit onderdeel valt op dat de jongens aangeven dat ze het werk voor school niet doen omdat ze
h
et leuk of interessant vinden. Bij de meisjes geeft een kwart aan dat ze hun best doen omdat ze het
interessant vinden. Opvallend is dat een klein deel (15%) van de jongens later wel aangeeft dat ze
werken omdat ze daaraan plezier beleven. Ook dit staat ha
aks op iets wat eerder gezegd is.
Persoonlijk belang
De jongens geven vaker aan dat ze minder persoonlijk belang hebben bij het werken voor school.
Vaak geeft ongeveer de helft
van hen
aan dat ze het belang niet zo zien, tegenover een
(
kleine
)
kwart van de
meisjes.
Ze geven aan dat ze de opdrachten
niet nuttig of niet zo belangrijk vinden,
maar wel inzien dat de studie wel belangrijk is voor hun toekomst.
Interne druk
Zowel een derde van de jongens als meisjes laat zien dat ze zich slecht of schuldig zoud
en voelen als
ze hun werk voor school niet zouden doen.
Ongeveer een kwart van de leerlingen ervaart negatieve
gevoelens als ze hun werk niet voor elkaar zouden hebben. Bijna de helft streeft ernaar om een
goede leerling te zijn.
Externe druk
Het valt op d
at jongens veel meer druk van thuis ervaren dan de meisjes. Van de meisjes geeft
slechts 17% aan dat anderen hen ertoe dwingen, tegenover ruim 60% van de jongens. Wel geeft
50% van de meisjes aan dat anderen de verwachting hebben dat ze voor school werken
. Bij de
jongens is dit bijna 80%.
29
Conclusie
De behoeften van de leerlingen lijken behoorlijk goed vervuld te worden. Wel is het goed om een
gesprek te voeren over de angstige gevoelens die de leerlingen soms ervaren. Verder worden er
gemixte signalen g
egeven over het effect dat het werken voor school heeft. Sommige leerlingen
hebben het idee dat hun inzet niet beloond wordt. Daarbij komt dat ze de opdrachten niet nuttig
genoeg vinden. Er kan dus sprake zijn van een combinatie. Leerlingen zien het belang
niet van het
huiswerk en dit demotiveert hen. Ze proberen alsnog hun best te doen, maar dit heeft niet het
gewenste effect. Ook al doe je je best, het heeft toch altijd meer effect als je zelf plezier of interesse
hebt in het werk dat je doet. Tot slot er
varen de jongens meer druk van thuis en vrienden, dus zij zijn
meer extrinsiek gemotiveerd om hun huiswerk te maken. Dan blijft de vraag over of de meisjes deze
extrinsieke motivatie
ook
nodig hebben om tot hetzelfde resultaat
te komen als de jongens.
Vra
genlijst deel 1
mannen:
docs.google.com/forms/d/e/1FAIpQLSc2Jmn3GpFjaXePPUF8ZHkIzaABa_Nj4GBBew8f3YixkLBFEA/viewform?
usp=
sf_link
vrouwen:
goo.gl/forms/OFvqMzLFbWqDeiaI2
Vragenlijst deel 2
mannen:
goo.gl/forms/kXVrRAFeVOiRaSYR2
vrouwen:
goo.gl/forms/nj7DOrapML0ZLCX13
?
30
1.3
Observatie collega’s motivatie huiswerk
Observatie Riet Leppink
31
32
Observatie Gijs Ornee
33
34
Keuze ICALT
Ik heb gekozen om te observeren
met behulp van het ICALT
-
model, omdat dit model je naar vele
aspecten laat kijken. Je kijkt niet alleen naar de pedagogische en didactische handelingen van de
docent, maar ook naar de leerlingen. Dit helpt om na afloop van de les een beter beeld te kunnen
schetsen en gerichtere feedback te kunnen geven.
Reflectie observaties
In de eerste instantie was het de bedoeling
dat ik mijn reflectie zou schrijven aan de hand van het
STARR
-
model. Uiteindelijk heb ik ervoor gekozen om
toch
te reflecteren met behulp va
n de
reflectiecyclus van Korthagen. Het STARR
-
model vond ik meer geschikt om te gebruiken wanneer ik
zelf actief had
gehandeld
, niet bij het observeren van een ander.
Korthagen

reflecteren
Fase 1: handelen
Door middel van de observaties wilde ik kijk
en hoe de docenten lesgeven die ervaren dat hun
leerlingen het huiswerk wel maken. Ik wilde vooral letten op de motivatie en de betrokkenheid van
de leerlingen en de houding van de docent.
Fase 2: Terugblikken op het handelen
Observatie Riet
Leppink
Bij
Riet was er veel rust in de klas. Leerlingen kwamen kletsend binnen, maar werden al vrij snel
rustig toen ze voor de klas ging staan. Ze sprak leerlingen aan en maakte een praatje met de klas
over het verloop van de week. Ze benoemde het doel van de les en
nam de planning van de dag met
de leerlingen door. Het doel was dat de leerlingen aan het einde van de les de oefenversie van de
zakelijke brief hadden ingeleverd via Magister. De leerlingen die gemiddeld een 6,2 of hoger staan
mochten zelfstandig werken
met oordopjes in. De andere leerlingen moesten eerst meedoen met
het bespreken van een paar voorbeelden en het beoordelingsmodel van de toets. Alle leerlingen die
het graag wilden, mochten meedoen. Uiteindelijk staken van de 30 leerlingen 17 leerlingen hun
hand op, zij wilden nog meedoen met de uitleg. Tussendoor werd er zacht overlegd. Vanuit mijn
positie achterin de klas kon ik horen waar het over ging. Leerlingen spraken over hun aankomende
toetsweek en enkele opdrachten van andere vakken. Riet zette de
voorbeeldbrief op het bord en
keek rustig de klas rond, ze maakte oogcontact met de leerlingen die nog niet stil waren. Dit was
voldoende om hen langzaamaan ook stil te laten worden. Ze besprak de brief door middel van
vragen te stellen. Zo stelde ze de vo
lgende vragen:
-
Wat kun je zeggen over de conventies?
-
Waar zitten de verbeterpunten?
-
Wat kunnen we zeggen over de inleiding?
-
Hoe zouden we de inleiding beter kunnen schrijven?
-
Wat valt je op aan de inhoud?
Leerlingen gaven gewoon antwoord, ze staken h
un hand niet op. Het bleef rustig in de klas. Na
ongeveer een ruim kwartier gingen de leerlingen zelf aan het werk.
Leerlingen hadden oordopjes in
en waren aan het kletsen. Een paar leerlingen had het over andere zaken, maar de meesten hadden
het toch wel
over hun opdracht. Riet liep door de klas en maakte met de leerlingen een informeel
praatje over de dagelijkse gang van zaken.
Observatie Gijs Ornee
Ik zit met Gijs Ornee in de koffiekamer als het bijna tijd is voor de les. Gijs is nog even wat belangrij
ks
over een mentorleerling aan het bespreken met een collega, maar ondertussen hebben we nog
maar een minuut. We lopen samen naar het lokaal waar de klas op hem staat te wachten. ‘Te laat!’
35
roept een aantal leerlingen. Ik ga achterin de klas zitten en Gij
s legt zijn koffer op zijn bureau neer en
installeert zijn laptop. De leerlingen hebben hun tassen op tafel. Een aantal leerlingen pakt wel hun
boeken erbij, maar de meesten kijken op hun telefoon of kletsen met hun klasgenoten. Wanneer hij
zijn laptop hee
ft geïnstalleerd, zijn er helaas problemen met de wifi op school. Hij kan niet bij de
lesstof die hij vandaag wilde behandelen. Hij roept de klas tot orde, vertelt wat er aan de hand is en
zegt dat ze hun tassen van tafel moeten halen. Hij heeft in een map
op zijn computer nog wat
voorbeelden van de zakelijke brief staan, hij pakt er een bij. Hij laat een leerling de brief voorlezen.
Hij vertelt vervolgens per alinea wat goed en verkeerd is aan het stuk tekst. De meeste leerlingen
kijken mee naar het bord.
Hij laat hen daarna zelfstandig
op hun iPad aan de brief
werken. De
meeste leerlingen lijken wel aan het typen te zijn, maar een aantal leerlingen is andere dingen aan
het doen.
Hij loopt door de klas en spreekt leerlingen met humor aan en wijst hen erop d
at de
toetsweek nadert. Leerlingen gaan even aan het werk maar raken na een paar minuten weer
afgeleid.
Fase 3: Bewust worden van essentiële aspecten
O
bservatie Riet Leppink
Ik denk dat Riet veel rust en overzicht
creëert
. Leerlingen weten wat het doel i
s, ze weten waar ze
naartoe werken, ze weten waarvoor ze hard werken, ze weten wanneer ze mee moeten doen met
de klassikale bespreking en wanneer ze zelfstandig kunnen werken. Alles is duidelijk en het was
merkbaar dat de leerlingen hier veel behoefte aan
hadden. Omdat het voor de leerlingen zo duidelijk
was waar ze naartoe moesten werken, lijkt het me voor hen ook een stuk makkelijker om hun niveau
in te schatten. Zo weten ze beter hoeveel werk ze moeten doen om een bepaald cijfer te halen voor
hun toetswe
ek. Ik kon wel merken dat leerlingen echt werkten voor hun cijfer. Een (mooie)
voldoende was hun doel, daarvoor waren zij aan het werk. De lesstof leek relevant, het was nuttig
wat ze aan het doen waren.
Ik denk dat hierdoor de leerlingen ook beseffen da
t het huiswerk dat ze krijgen ook daadwerkelijk
nut heeft. Doordat Riet hele duidelijke doelstellingen heeft en ook dit vertaalt naar de
belevingswereld van de leerling, krijgen ze sneller motivatie om aan het werk te gaan. Daarbij krijgen
ze tijdens de le
s ook de mogelijkheid om hier aan te werken. Uit mijn vragenlijst bleek dat leerlingen
vooral moeite hadden om te beginnen. Het scheelt dus als leerlingen dit begin al hebben gemaakt en
het thuis alleen nog maar af hoeven te maken.
Observatie Gijs Ornee
Ik denk dat bij de les van Gijs het tijdstip een grote rol speelde. Het was het laatste uur voor de
leerlingen op een donderdag. De les begon al best wel chaotisch, omdat de wifi ons in de steek liet.
Hierdoor verliep de les een beetje ongestructureerd. B
ij de leerlingen was
er een
beetje een
passieve
houding te zien. Ik denk dat de structuur, die er normaal gesproken wel is, nu ontbrak en een grote
invloed heeft gehad. De week erop heb ik weer bij een les gekeken. Uit beide lessen blijkt wel dat
Gijs een
hele goede band met de leerlingen heeft en ze over het algemeen graag voor hem aan het
werk gaan. Iedereen heeft wel eens lessen die minder lopen. De manier waarop Gijs omging met de
dingen die tegenzaten, vond ik erg knap. Hij bleef heel rustig en verzon
een alternatief.
Fase 4: Formuleren van handelingsalternatieven
Door het observeren van een les van een collega krijg je altijd weer andere inzichten. Het blijft
prettig om te zien hoe een ander lesgeeft en hoe hij of zij reageert in bepaalde situaties.
Je steekt er
altijd wat van op; hoe het wel moet, of hoe je het anders zou kunnen doen.
De volgende punten neem ik mee naar mijn eigen praktijk:
-
Alvast in de les laten beginnen met het maken van huiswerk
-
Duidelijke doelen stellen en deze vertalen naar
de belevingswereld van de leerling.
36
-
De band die je met leerlingen opbouwt is essentieel.
-
Altijd de rust zelve proberen te blijven, hoeveel er ook misgaat.
-
Het tijdstip heeft echt invloed op de mate van concentratie en motivatie van leerlingen.
Ik den
k dat ik mijn leerlingen meer kan motiveren door mijn lessen beter te structureren. Riet heeft
een perfect voorbeeld gegeven van een goed gestructureerde les. Ik merk dat het benoemen van het
lesdoel vaak wordt vergeten. Door het observeren van deze les, w
eet ik weer waarom het zo
belangrijk is.
Verder is het wel belangrijk om die lesdoelen te vertalen naar de belevingswereld van
de leerling. De lesdoelen die wij hanteren zijn meestal erg abstract en triggeren onze leerlingen niet
zo. Door hen te laten zien
wat ze moeten leren, waarvoor het handig is en hoe ze een goed cijfer
kunnen halen, zijn ze veel sneller gemotiveerd om aan het werk te gaan. Gijs heeft mij laten zien dat
je altijd rustig moet blijven. Ook al gaan er nog zoveel dingen mis, dat overkomt d
e beste wel eens
.
Verder heb ik gemerkt dat hij
een hele goede band heeft opgebouwd met zijn leerlingen. Hierdoor
willen de leerlingen over het algemeen graag aan het
werk voor hem. Dit brengt mij
bij het laatste
punt: het tijdstip op de dag speelt echt ee
n behoorlijk grote rol in de motivatie. Gijs zit nog wel eens
in het lokaal naast dat van mij. Van hem mag ik altijd binnen komen lopen, dat doe ik dan ook
regelmatig. Ik zie (en merk ook tijdens mijn eigen lessen) andere leerlingen tijdens het derde uur d
an
tijdens het achtste uur. Dat is logisch en
dat is
ook prima. Hier moeten wij als docent wel op in leren
spelen.
37
1.4 Interview
Datum: 15
-
04
-
2019
Interview met Riet Leppink (Nederlands docente) en met
Simon Withaar
(
aardrij
kskunde
docent).
Ik heb gekozen om Riet Leppink en
Simon Withaar
te vragen voor dit interview, omdat ik ook van
leerlingen goede ve
rhalen hoor over deze docenten. Mijn l
eerlingen geven aan dat zij wel aan het
werk gaan bij hen en dat ze vaak hun huiswerk v
oor elkaar hebben. Gra
ag wil ik erachter komen hoe
deze docenten
dit voor elkaar hebben gekregen. Het leek mij ook goed om de situatie
vakoverstijgend te bekijken. Vandaar dat ik
Simon Withaar
heb uitgenodigd om deel te nemen aan
dit interview.
1. De leer
lingen geven aan dat ze bij jullie het huiswerk vaak op orde hebben. Ervaar je dit zelf ook
en waaraan kun je dat zien?
Riet
Ik kan het
merken aan de manier waarop de leerlingen
voorbereid zijn.
Uiteraard check ik het ook
regelmatig. Ze leggen dan hun schr
ift open en ik loop dan langs om het vlot te bekijken. Je hoeft het
niet bij iedereen echt na te kijken, je weet als docent vaak zelf wel wie zijn/haar huiswerk niet op
orde heeft.
Simon
Ze moeten hun huiswerk uploaden in Magister. Dan zie ik direct wie e
r van elkaar heeft
overgeschreven. Er zit namelijk plagiaatcontrole op. Ideaal. Als dit gebeurt, moet je hen een uur terug
laten komen. Geheid dat het daarna niet meer zal voorkomen.
2.
Waardoor denk je dat het komt dat jouw leerlingen hun huiswerk mee
stal voor elkaar hebben?
Riet
Ik denk dat het komt door de band die ik met de leerlingen heb opgebouwd, maar ook door de
reputatie die je toch ook opbouwt door de jaren heen. Ik zit al bijna tegen mijn pensioen aan.
Leerlingen weten vaak voordat ze les van
je krijgen al wat ze aan je hebben. Als ze snappen dat het
voor hun eigen bestwil is, zijn ze meer gemotiveerd er ook energie in te steken. Ze moeten
doorhebben dat het maken van huiswerk ook daadwerkelijk een functie heeft.
Simon
Ik denk dat het komt do
or de controle in Magister. Ze weten ook dat ik het noteer in Magister als zij
hun huiswerk niet gemaakt hebben. Dit kan hun mentor ook zien. Dan ligt het ook nog aan de mentor
of hij er wat mee doet. Mentoren die er flink bovenop zitten, maken het voor de
docent een stuk
makkelijker.
3.
Leerlingen geven aan dat ze gemiddeld meer gemotiveerd zijn in jullie lessen. Hoe krijg je dit
voor elkaar?
Riet
Wederom door het betekenisvol maken van je lessen. Vooral leerlingen uit de bovenbouw willen
weten waar ze na
artoe werken op korte termijn. Het examen is volgend jaar al, maar in hun beleving
is dat nog heel ver weg.
Ik denk dat je ervoor moet zorgen dat ze weten wat er van hen verwacht
wordt, maar ook hoe ze zich kunnen voorbereiden op de volgende toets. Leerlin
gen willen resultaat
zien van hun werk. Dit lukt natuurlijk niet altijd even makkelijk, sommige onderdelen bevatten veel
inzichtvragen. Toch is het bijna altijd mogelijk om een voldoende te halen met hard werken. Ze weten
ook dat als ze flink hun best doen
, dat ik ook tijd vrij wil maken om hen extra te helpen buiten de
lestijd om.
38
Simon
Door middel van ICT, denk ik. We hebben onze eigen pagina gemaakt via Wikiwijs.
Hier kunnen de leerlingen hun huiswerk vinden en ook de opdrachten in de les maken. Het is
heel
overzichtelijk, al zeg ik het zelf. We hebben veel materiaal zelf gemaakt met onze sectie, daardoor
hebben we veel meer leuke opdrachten. Dat motiveert meer dan het maken van de vragen aan de
hand van een lange tekst.
4.
Het Noordik is een ICT
-
rijk
e school. Welke rol speelt ICT tijdens de les?
Denk je dat het invloed
heeft op de motivatie?
Riet
Om eerlijk te zijn, gebruik ik niet veel ICT. Er zijn veel mogelijkheden, maar ik merk dat leerlingen het
werken op papier ook nog heel prettig vinden.
Simo
n
Daar hebben we het net eigenlijk ook al over gehad.
Ik denk dat Wikiwijs hier wel een grote rol in
speelt.
Ook de controle via Magister is dus erg handig. Als je de schriften checkt, heb je geen idee of ze het
van elkaar hebben overgenomen. Als je dit
wel wil ontdekken, kost het weer veel te veel lestijd.
5.
Welke tips zou je collega’s geven die ervaren dat leerlingen hun huiswerk niet maken?
Riet
Kijk kritisch naar jezelf in je rol als docent. Hoe zien mijn lessen eruit? Zijn ze betekenisvol? Hoe
ges
tructureerd zijn ze? Is het effectief wat ik de leerlingen laat doen? Ondanks dat havo 4 een pittig
jaar is (waarin leerlingen vaak niet zo gemotiveerd zijn) valt of staat het wel met de docent. Zorg
ervoor dat ze zien waar ze mee bezig zijn en waar ze het
voor doen. Als ze denken dat ze het al
kunnen, probeer dan eens formatief te toetsen. Check of ze het echt al kunnen. Vaak gaan ze dan
onderuit en schrikken hiervan. De lessen die daarop volgen, zullen er dan al weer anders uitzien. De
motivatie zal dan e
en stuk hoger liggen.
Simon
Wees consequent. Jij doet je best voor de leerlingen, daarom moeten ze ook hun best voor jou doen.
Ze zullen het in het begin niet zo leuk vinden, maar aan het einde zijn ze je vaak dankbaar. Het helpt
natuurlijk mee om mooi
e cijfers te halen. Wanneer die eenmaal binnen zijn, beseffen ze dat het niet
altijd even leuk is, maar dat ze wel veel aan jou hebben. Daarbij is het natuurlijk belangrijk dat je
lessen niet vreselijk saai zijn. Zorg ervoor dat de lessen uitdagend en vern
ieuwend zijn. Er zijn zoveel
mogelijkheden met ICT, dat kan er zeker bij helpen.
Wat neem ik mee
Ik vond het
gesprek
met mijn collega’s heel leerzaam. Ik
heb een beter beeld gekregen
van de
manier waarop mijn
collega’s hun lesse
n vormgeven en hoe zij inv
loed uitoefenen op de
huiswerkmotivatie van de leerlingen. Het werken in Magister met plagiaatcontrole lijkt mij erg
handig bij de oefenbrieven. Ook het formatief toetsen lijkt mij een goede manier om leerlingen
inzicht te laten krijgen in hun eigen niveau
. Deze twee dingen springen er voor mij echt uit en deze
aspecten wil ik graag meenemen naar mijn eigen onderwijspraktijk.
39
1.5 Intervisie
Feedback door Ryan Jansen
Intervisie woensdag 20 maart
Algemeen
Bij de intervisiebijeenkomst hebben jullie ervoor
gekozen om de Quickscan
-
methode te gebruiken.
De overweging hiervoor is volgens mij dat jullie dan allemaal aan bod kunnen komen, of zijn er nog
andere overwegingen.
Via de mail zag ik al voorbijkomen dat jullie tijdig de casussen met elkaar hebben gedeel
d. Heel
goed! Hadden jullie ook afgesproken dat er van de voren al iets met die casussen moest gebeuren?
Bij de start van de intervisie is nog niet helemaal duidelijk hoe de methode eruitziet. Het was goed
geweest het ook hier van de voren met elkaar over
te hebben.
Verder merkte ik aan het begin dat het niet helemaal duidelijk was wie welke rol had tijdens deze
intervisiebijeenkomst. Volgens mij was er namelijk geen duidelijk voorzitter, iemand die de tijd
bewaakt en enigszins structuur bracht in de gesp
rekken of de uitvoering van de methode. Dat zijn
voor de groep wel punten van aandacht bij dit soort bijeenkomsten.
Ik zie verder dat jullie goed in staat zijn met elkaars problemen mee te denken, dat jullie open staan
voor elkaars situaties en dat jullie
open staan voor suggesties van anderen. Dat is mooi.
Esther
Als ik een beetje naar de andere bijeenkomsten kijk dan krijg ik altijd de indruk dat jij een harde
werker bent, die ook de rest van de groep een beetje input geeft voor wat ze wanneer moeten do
en.
Wat dat betreft is het heel duidelijk welke rol je inneemt en volgens mij wordt dat ook erg
gewaardeerd door je leerteamgenoten.
Tijdens deze bijeenkomst vond ik je iets afweziger, terwijl jij volgens mij wel de aanzet hebt gedaan
voor de inbreng van
de casussen. Ook deed je in het begin van deze bijeenkomst wel een aantal
kleine pogingen de bijeenkomst in een bepaalde richting te sturen, maar je zette dit niet door. Hoe
komt dat?
In de gesprekken die je tijdens de intervisie voert moet je oppassen da
t je niet te snel in adviezen
vervalt, maar zorg ervoor dat je eerst de casus verkent door zoveel mogelijk open vragen te stellen.
Interpretatie feedback
Van tevoren hebben we inderdaad onze casussen met elkaar gedeeld. De bedoeling was om alvast
de situa
ties van de anderen door te nemen, zodat het ongeveer al duidelijk zou zijn wat er bij
iedereen aan de hand was. We hadden afgesproken om dan tijdens intervisie onze
ideeën
met
elkaar te delen.
Ik ben het eens met de feedback. Het klopt dat het nog niet
duidelijk
was wie welke rol zou
innemen.
We hadden gekozen voor de Quickscanmethode, omdat dat de kortste versie was en
omdat deze goed aansloot bij wat we eigenlijk in onze gedachten hadden. We wilden kort de situatie
toelichten, het probleem aangeven en
vervolgens samen brainstormen over de eventuele
oplossingen. Ik denk dat dit achteraf gezien erg goed is gelukt. Iedereen kreeg het stukje feedback
waar hij/zij iets mee kon.
40
Ryan beschrijft dat ik afweziger was dan normaal. Ik besef me dat ik behoorlijk
aanwezig kan zijn en
dat ik graag de leiding neem in situaties. Dat kan soms doorslaan naar de andere kant. Ik wist dat
iedereen feedback moest krijgen en actief deel moest nemen aan het gesprek. Daarom heb ik er
expres voor gekozen om mij wat afweziger o
p te stellen, zodat ik anderen eventueel niet de kans zou
ontnemen om wat te zeggen of in te brengen. Dat is, gezien de feedback, dus goed gelukt. Verder
klopt het dat ik het voortouw heb genomen om de leerteamagenda te maken en de activiteiten te
verzinne
n voor de komende bijeenkomsten. Mijn streven is om deze opleiding binnen twee jaar af te
ronden, daarvoor moet er tempo worden gemaakt tijdens de lessen WPO.
Daarom neem ik graag de
leiding om ervoor te zorgen dat dit pittige tempo erin blijft.
Verzamelde
informatie
Helaas is mijn werkcomputer gecrasht en is het bestand dat ik heb gemaakt hierbij verloren gegaan.
Wel weet ik nog wat er is besproken tijdens die dag en heb ik alsnog de top 3 gemaakt van de
activerende werkvormen die zijn genoemd.
1. Exper
tmodel
Verdeel de klas in groepjes. Elk groepje krijgt een bepaald stuk informatie. Zij gaan dit met hun
groepje goed voorbereiden. Het is de bedoeling dat elk lid van het groepje de informatie helemaal
begrijpt en het dus aan een ander kan uitleggen. Ver
volgens worden er nieuwe groepjes gemaakt,
zodat er van elk deel van de informatie een expert aan tafel zit. De leerlingen leggen het behandelde
stuk informatie aan elkaar uit. Zo krijgt iedereen alle informatie mee.
2.
Groepsrollen
Wanneer je de leerling
en aan het werk laat gaan in groepjes, krijgen zij allemaal een bepaalde rol en
de verantwoordelijkheid voor een bepaalde taak. Zo heb je minder kans dat een paar leerlingen heel
veel doen en de andere bijna niets.
Rol en taak
Checker:
Hij/zij moet check
en of iedereen alles begrepen heeft.
Pretletter:
Hij/zij moet ervoor zorgen dat iedereen gemotiveerd blijft.
Scheidsrechter:
Hij/zij mag beslissen wanneer er sprake is van meningsverschillen.
Opzoeker:
Hij/zij mag informatie opzoeken op internet wanneer he
t groepje ergens niet uit komt.
Informant:
Hij/zij mag met andere groepjes overleggen over het goede antwoord, of mag naar
andere leerlingen lopen om uitleg te vragen.
3. Bordjesoefening
Je kunt de klas verschillende vragen stellen en hen laten antwoorde
n via bordjes. Deze bordjes zijn
gekleurd, of er staat een letter (A, B, C of D) op. Iedere leerling houdt het bordje met zijn/haar
antwoord omhoog. Zo wordt iedereen betrokken bij de les. Daarna kun je een discussie starten
waarom het antwoord wel/niet go
ed is en waarom dit zo is. Leerlingen kunnen dus daarna hun
antwoord toelichten.
41
1.6 Lessen met activerende werkvormen
1.6.1
Lesvoorbereiding expertmodel
klas:
HA42
Datum:
21
-
3
-
2019
Uur:
4e
Aantal leerlingen:
30
Tijd:
50 minuten
Beginsituatie
De
leerlingen hebben al uitleg gehad over de uiteenzetting en de zakelijke brief, ma
ar ze beheersen
de stof nog
niet.
Benodigdheden
-
Theorie uiteenzetting
-
Voorbeeld uiteenzetting
-
Theorie zakelijke brief
-
Voorbeeld zakelijke brief
Voorbereiding les
De le
erlingen komen binnen. Ze mogen alleen een pen op tafel houden.
Vervolgens lezen we samen de het voorbeeld van de zakelijke brief en de uiteenzetting door. (Max 1
A4’tje per voorbeeld

ongeveer 5
minuten)
Vervolgens verdeel ik de klas in
5
groepjes van
6 leerlingen. (3 minuten)
Elk groepje krijgt een aparte opdracht om zich in te verdiepen. (10 minuten)
De leerlingen die de theorie van de uiteenzetting of de zakelijke brief krijgen, moeten de
belangrijkste aandachtspunten eruit kunnen halen. Verder moe
ten ze kunnen uitleggen waar een
goede zakelijke brief of uiteenzetting aan moet voldoen. De leerlingen die het voorbeeld krijgen,
moeten het samen doorspitten en vertellen wat er wel/niet goed aan is. Ik weet al dat de leerlingen
een zakelijke brief krijg
en op de toets, dus het vijfde groepje krijgt ook het voorbeeld van de
zakelijke brief. Zo hoop ik dat dat onderdeel net wat meer diepgang krijgt.
Als de tijd om is, maken we nieuwe groepjes. Alle groepjes worden gewisseld. (3 minuten)
Zo zit er in iede
r geval van elk onderdeel een expert in het groepje. Vervolgens wisselen zij samen
alle informatie uit, zodat iedere leerling de informatie eens langs heeft horen komen.
(15 minuten)
Tot slot blikken we kort terug. Wat is het belangrijkste dat je hebt geh
oord? Stiekem zal ik aansturen
op de zakelijke brief. Wat zijn de belangrijkste fouten die ze eruit hebben
gehaald? (ongeveer 5
minuten)
Reflectie
De les verliep goed, maar wel lichtelijk chaotisch. De leerlingen waren het totaal niet gewend om van
mij op
een andere manier les te krijgen. Ze hebben dan al gauw de neiging om tussendoor andere
dingen te gaan doen. Toen ze merkten dat ik er toch echt op stond dat het zo ging gebeuren,
42
werkten ze beter mee. Het vormen van groepjes was iets wat bijvoorbeeld mee
r tijd kostte dan ik
had verwacht. Ik liet hen er een beetje vrij in, maar dat moet ik de volgende keer niet meer doen.
Het is voor de volgende keer makkelijk om de tafels alvast in groepjes te zetten voor de leerlingen
binnenkomen. Dan zitten ze op een be
paalde plek en is de chaos hopelijk wat minder. Uiteindelijk
had ik wel het idee dat ze nuttig bezig waren. Een enkeling was bezig met zijn telefoon. Hier had ik
strenger op kunnen toezien. Het wisselen van de groepjes kostte ook weer veel tijd. Hierdoor
h
adden we aan het einde weinig tijd om het te bespreken. Wel gaven leerlingen aan dat ze het leuk
vonden om op deze manier de les te vullen. Ook hadden ze het idee dat ze de theorie beter
begrepen. Naar mijn idee was het een geslaagde les, ondanks het toch
soms wel chaotisch verliep.
Het is lastig om het vaste patroon los te laten, maar het is dus wel motiverend voor de leerlingen.
1.6.2 Lesvoorbereiding expertmodel
klas:
HA42
Datum:
22
-
3
-
2019
Uur:
2e
Aantal leerlingen:
30
Tijd:
50 minuten
Beginsituatie
De
leerlingen hebben al uitleg gehad over de uiteenzetting en de zakelijke brief,
maar
de puntjes
moeten nog wel op de i worden gezet.
Benodigdheden
Voorbeeld van een zakelijke brief met veel fouten erin.
Pen en papier
Voorbereiding les
Ik wilde graag ki
jken of ik de les van gisteren iets beter kon laten verlopen. Natuurlijk is het niet
handig om weer de theorie erbij te pakken, dit is niet erg motiverend. Daarom heb ik ervoor gekozen
om de opdracht iets aan te passen, zodat het beter bij het doel van mij
n les past:
Aan het einde van
de les hebben de leerlingen een zakelijke brief beoordeeld en de fouten eruit gehaald.
Hiervoor heb ik een voorbeeld van een zakelijke brief uit een klas van vorig jaar gekozen, uiteraard
zonder naam erbij. De leerlingen wet
en niet dat het een brief is die veel beter kan.
De tafels staan dit keer in 6 groepjes van 5. Ik heb hiervoor gekozen, zodat de stille leerlingen net
iets meer de kans hebben om ook input te geven.
De leerlingen komen binnen en leggen alleen een pen op
tafel.
Vervolgens vertel ik dat we ongeveer hetzelfde gaan doen als gisteren. (5 minuten)Nu krijgen de
leerlingen alleen allemaal dezelfde voorbeeld brief.
Vervolgens lezen ze de brief en bespreken ze alle plus en minpunten uit hun groepje. Iedere leerl
ing
schrijft de plus en minpunten die besproken worden voor zichzelf op. (15 minuten)
Hierna wisselen alle leerlingen van groepje. (5 minuten)
De leerlingen wisselen de feedback uit en kijken of ze hun eigen feedback nog kunnen aanvullen met
dat van een
ander. (
15 minuten
)
43
Tot slot mag een persoon per groepje steeds alle plus en minpunten noemen. Elk groepje dat volgt
vult dan de feedback aan. Zo wordt de brief besproken en hebben zij zich er zelf goed in verdiept.
Reflectie
Deze les verliep al een stu
k beter dan de vorige. De leerlingen wisten al wat we gingen doen en
doordat de tafels al in groepjes stonden, kostte dit weinig tijd. De leerlingen konden ook vlot aan het
werk. Ik merkte dat het lastig was om ze niet steeds op weg te helpen. Misschien i
s het nog goed
om steeds een ‘ sterke’ leerling bij de zwakkere leerlingen te zetten. Zo kunnen die leerlingen zich
aan de anderen optrekken. Ik merkte dat een groepje een beetje vastliep, omdat ze de fouten
gewoon niet zagen. Doordat de rest wel goed aan
het werk was en verder kon, had ik wel de tijd om
hen te helpen. Ik had het gevoel dat dit veel effect had. De leerlingen leren echt iets van deze
oefening. Deze keer heb ik strenger toegezien op het gebruik van de mobiele telefoon. Zag ik hem in
de hand?
Dan konden ze hem inleveren. Bij deze les was het makkelijker om die regel te hanteren,
want nu hadden ze geen internet nodig. Bij het bespreken van de theorie hadden ze vaak het excuus
dat ze wat op wilden zoeken op hun telefoon. Ook de wisseling verliep
een stuk beter. Het kostte
nog steeds wel wat tijd, maar het was niet zo’n chaos als gisteren. Deze les hadden we ook daarom
meer tijd om de brief klassikaal te bespreken. De leerlingen hadden er echt goede dingen uitgehaald.
De groepjes hadden ongeveer al
lemaal wel dezelfde punten gevonden. Het kost even wat tijd om
voor te bereiden, maar daarna zijn de leerlingen wel 50 minuten zelf aan het werk en heb je als
docent veel meer rust en tijd om rond te lopen.
1.
6.3 Lesvoorbereiding keuzeborden
klas:
HA42
Da
tum:
26
-
03
-
2019
Uur:
4
e
Aantal leerlingen:
30
Tijd:
45
minuten
Beginsituatie
De le
erlingen zijn
bezig met de voorbereidingen voor de toetsweek. (zakelijke brief)
Alle leerstof is al
behandeld.
Benodigdheden
5 blaadjes per leerling met de nummers 1 t/m
5 erop.
Een voorbeeld van een zakelijke brief (slechte versie)
Voorbereiding les
Deze activiteit zal de leidraad zijn voor de les.
De leerlingen moeten aan het einde van de week de zakelijke brief maken.
De leerlingen komen binnen en doen alles van hu
n tafel. Ik zet een voorbeeldbrief van een leerling
uit een andere klas op het bord (anoniem). We lezen de brief klassikaal. ( 10 minuten)
Hierna deel ik de bordjes uit met de getallen 1 t/m 5. (5 minuten)
44
Vervolgens bespreken we de brief in delen. Ik be
vraag eerst de conventies.
Hoeveel punten geven de
leerlingen voor de conventies en waarom? Ze houden het aantal punten omhoog. Vervolgens
bespreken we waarom de leerlingen hebben gekozen voor een bepaald aantal punten.
Vervolgens gaat de rest op dezelfde
manier. (
25
minuten)
De volgende aspecten worden besproken:
-
conventies
-
inleiding
-
opbouw alinea’s
-
inhoud kern
-
slot
-
spelling
-
formulering
De rest van de tijd die over is, hebben leerlingen de gelegenheid om nog vragen te stellen voor de
toets.
Re
flectie
De
les verliep prima naar mijn idee. Dit is een hele prettige manier om de leerlingen actief bij de les
betrokken te houden. Het idee is vrij simpel en het lijkt op een gewone les, maar nu ‘ dwing’ je
leerlingen wel om allemaal mee te denken.
Het
uitdelen van de bordjes kost wel even wat tijd, maar dat is niet erg. De leerlingen gaven aan dat
ze deze manier van werken wel oké vinden, maar dat ze vrij weinig motivatie hebben. Ze zijn al
weken bezig met de zakelijke brief en hebben het idee dat ze he
t al wel kunnen.
Je kan ook merken dat het bespreken van een ‘ slechte’ zakelijke brief zelfvertrouwen geeft. De
leerlingen zien al behoorlijk vlot wat er allemaal scheelt en wat er beter moet. Je merkt dat ze het
idee hebben dat ze een betere brief kunne
n schrijven dan dat ze hebben gezien bij de
voorbeeldbrief.
Al met al is dit een prettige werkvorm om te gebruiken. Helemaal aan het einde van een periode kan
deze activiteit net wat meer leven in de brouwerij gooien.
1.6.4 Lesvoorbereiding keuzeborden
kl
as:
HA42
Datum:
28
-
03
-
2019
Uur:
4
e
Aantal leerlingen:
30
Tijd:
50 minuten
Beginsituatie
De leerlingen hebben morgen de toets. Ze zijn er wel klaar voor en beheersen over het algemeen de
lesstof wel voldoende.
Benodigdheden
-
keuzebordjes met de getallen
1 t/m 5.
-
Voorbeeld van een zakelijke brief (hele goede)
45
Voorbereiding les
Deze activiteit zal de leidraad zijn voor de les.
De leerlingen moeten morgen de zakelijke brief maken.
De leerlingen komen binnen en doen alles van hun tafel. Ik zet een voor
beeldbrief van een collega
op het bord (anoniem). We lezen de brief klassikaal. ( 10 minuten)
Hierna deel ik de bordjes uit met de getallen 1 t/m 5. (5 minuten)
Vervolgens bespreken we de brief in delen. Ik bevraag eerst de conventies. Hoeveel punten gev
en de
leerlingen voor de conventies en waarom? Ze houden het aantal punten omhoog. Vervolgens
bespreken we waarom de leerlingen hebben gekozen voor een bepaald aantal punten.
Vervolgens gaat de rest op dezelfde manier. (20 a 30 minuten)
De volgende aspec
ten worden besproken:
-
conventies
-
inleiding
-
opbouw alinea’s
-
inhoud kern
-
slot
-
spelling
-
formulering
De rest van de tijd die over is, hebben leerlingen de gelegenheid om nog vragen te stellen voor de
toets.
Reflectie
De leerlingen wisten al wat de b
edoeling was, we hadden deze activiteit een paar dagen geleden ook
gedaan. De leerlingen waren behoorlijk gefrustreerd en opstandig. Je merkt echt dat, wanneer ze
goed voorbereid zijn, ze vlak voor een toetsweek weinig zin meer hebben om zich in te zetten
voor
het vak. Ze gaven aan dat ze veel moeten leren voor andere vakken, dus die stress slaat daarin over.
Daarom heb ik ervoor gekozen om de opdracht kort uit te voeren en de leerlingen daarna te laten
gaan. De leerlingen die nog wel feedback willen hebb
en op hun oefenbrieven, mochten blijven.
We hebben kort de goede brief, die is geschreven door een collega, besproken. Ik vroeg de
leerlingen hoeveel punten ze zouden geven aan de hand van het beoordelingsformat. Ze vonden het
fijn om ook daar nog even go
ed in te duiken, zodat het straks vers in het geheugen zou zitten.
De leerlingen vinden het leuker om een ‘slechte’ voorbeeldbrief te bespreken. Het geeft hen een
goed gevoel, want ze weten dat ze het beter kunnen. Het bespreken van een goede voorbeeldbr
ief
is wel erg nuttig. Nu zit het goede voorbeeld voor morgen in hun hoofd, hopelijk hebben ze er nog
wat aan tijdens het schrijven van de toetsversie.
Wederom kan ik concluderen dat dit een prettige manier is om de leerlingen net wat meer
betrokken te ho
uden bij de les. Je kunt ook makkelijk controleren wie meedoet, je kijkt gewoon even
rond wie zijn bordje in de lucht heeft.
Voor mijn gevoel brengt deze werkvorm geen uitdagingen
met zich mee.
46
1.6.5 Lesvoorbereiding groepsrollen
klas:
HA42
Datum:
09
-
04
-
2019
Uur:
3e
Aantal leerlingen:
30
Tijd:
45 minuten
Beginsituatie
De leerlingen gaan vanaf vandaag bezig met verhaalanalyses.
Ze hebben nog geen uitleg gehad, maar waarschijnlijk weten ze nog wel wat van leerjaar drie.
Benodigdheden
Kort verhaal
Opdrac
hten bij het verhaal
Voorbereiding les
De tafels staan al in vijf groepjes van zes. De leerlingen komen binnen en gaan zitten. Ze hebben
alleen een pen op tafel.
Ik introduceer het nieuwe onderwerp bij de leerlingen en begin met het kort bespreken van d
e
belangrijkste begrippen. (max. 10 minuten)
Vervolgens leg ik de opdracht uit. Jullie gaan in groepjes werken aan het korte verhaal.
Er zullen verschillende rollen zijn en iedereen heeft een andere rol. Ik bespreek de verschillende
rollen en wijs per gro
epje willekeurig iemand aan die de rol krijgt. (10 minuten)
Checker:
Hij/zij moet checken of iedereen alles begrepen heeft.
Pretletter:
Hij/zij moet ervoor zorgen dat iedereen gemotiveerd blijft.
Scheidsrechter:
Hij/zij mag beslissen wanneer er sprake i
s van meningsverschillen.
Opzoeker:
Hij/zij mag informatie opzoeken op internet wanneer het groepje ergens niet uit komt.
Informant:
Hij/zij mag met andere groepjes overleggen over het goede antwoord, of mag naar
andere leerlingen lopen om uitleg te vrage
n.
De leerlingen gaan aan het werk met de tekst. Hier zullen ze niet genoeg aan hebben, de volgende
les gaan ze hiermee verder.(20 minuten)
Ik neem het werk weer in, want ervaring leert dat de leerlingen losse papieren vaak vergeten of
kwijtraken. Ik ver
tel dat we de volgende les hiermee verder gaan.(5 minuten)
Reflectie
De leerlingen dachten dat we weer het expertmodel gingen gebruiken en waren lichtelijk
teleurgesteld toen ik vertelde dat we wat anders zouden gaan doen. Je merkt dat veel leerlingen
g
raag de pretletter willen zijn. Wel moet je erbij vertellen dat het toch echt de bedoeling is dat hij/zij
ook mee doet met de opdracht en niet alleen de goede sfeer erin moet houden. Heb je een klas die
moeite heeft om zich te gedragen? Dan zou ik misschie
n overwegen deze rol er buiten te houden.
Zo vlak voor de vakantie en na de toetsweek, heb ik best wat moeite om de leerlingen gemotiveerd
47
aan het werk te krijgen. Ik besef me wel dat zo’n werkvorm beter werkt dan een klassikale les. Het is
toch net weer
anders en daardoor lukt het leerlingen toch om zich te concentreren.
Het scheelde ook dat de leerlingen het verhaal erg mooi vonden. Er gebeurt direct heel veel in de
tekst, waardoor het niet langdradig is. Het zorgt er ook voor dat de leerlingen toch we
l graag willen
doorlezen. De wezenlijke vraag was ook een aanrader, ze willen toch wel graag het raadsel
ontdekken.
Ook dit is een fijne activerende werkvorm. Wel moet je in de gaten houden dat de leerlingen niet
teveel storend gedrag gaan vertonen. De p
retletter
-
rol nodigt dit wel een beetje uit. Daarom lijkt het
mij handig om zelf als docent de rollen te verdelen. Zo kun je de wat rustigere leerlingen deze rol
toekennen.
1.6.6 Lesvoorbereiding groepsrollen
klas:
HA42
Datum:
11
-
04
-
2019
Uur:
5e
Aantal le
erlingen:
30
Tijd:
50 minuten
Beginsituatie
De leerlingen zijn bezig geweest met de tekst, de begrippen zijn kort uitgelegd.
Benodigdheden
-
kort verhaal
-
opdrachten bij het verhaal.
Voorbereiding les
De vorige les hebben de leerlingen gewerkt aan het k
orte verhaal in groepjes.
Dit hebben ze niet afgekregen. Daarom werken ze er vandaag weer aan.
De leerlingen komen binnen, ik vertel wat we gaan doen en ik deel het werk van de vorige keer weer
uit. (5 minuten)
Dit keer geef ik de leerlingen andere rol
len dan de vorige keer. Ze wisselen dus van rol.(5 minuten)
De rollen waar het om gaat:
Checker:
Hij/zij moet checken of iedereen alles begrepen heeft.
Pretletter:
Hij/zij moet ervoor zorgen dat iedereen gemotiveerd blijft.
Scheidsrechter:
Hij/zij mag b
eslissen wanneer er sprake is van meningsverschillen.
Opzoeker:
Hij/zij mag informatie opzoeken op internet wanneer het groepje ergens niet uit komt.
Informant:
Hij/zij mag met andere groepjes overleggen over het goede antwoord, of mag naar
andere leerlin
gen lopen om uitleg te vragen.
De leerlingen werken nog eens 20 minuten aan het verhaal.
48
Hierna bespreken we de antwoorden die ze gev
onden hebben. (15 a 20 minuten)
De laatste paar minuten kunnen de leerlingen nog vragen stellen.
Reflectie
Dit is een
van de laatste lessen voor de week voor de vakantie. De week voor de vakantie bevat een
35
-
minutenrooster en veel uitvallende lessen door vergaderingen en een paasviering.
Toch heb ik het idee dat we nog best goed hebben gewerkt.
Dit keer had een aantal
rustige
leerlingen de pretletterrol. Dit was direct een hele verbetering.
De leerlingen wisten precies wat de
bedoeling was en
wisten
waar ze waren gebleven tijde
ns de vorige les.
Een aantal leerlingen was wel
wat eerder klaar. Het is dan handig om nog wat
verdiepingsvragen achter de hand te hebben, zowel
makkelijke als moeilijke. De leerlingen die eerder klaar zijn vonden het vaak erg makkelijk, of juist
erg moeilijk. Als ik dat had gedaan, had ik hen nog wat meer kunnen uitdagen. Nu had ik niet zoveel
voo
r hen meer te doen. Ze hebben de laatste 5 minuten nog even aan een ander vak gewerkt.
Het is een fijne manier om de leerlingen zelf aan het werk te krijgen. Door de rollen weet je dat de
leerlingen die normaal de neiging hebben om alles door een ander t
e lat
en doen, nu die kans niet
krijgen
.
Ook merk ik dat leerlingen het gewoon heel gezellig vinden om in groepjes te werken.
In de praktijk is 45 minuten wel echt te weinig om een opstart te maken, daarom was het fijn dat de
leerlingen deze les weer ver
der konden werken. Ook denk ik dat het een goed idee was om de
blaadjes in te nemen en later weer uit te delen. Zo heeft iedereen het werk voor zijn/haar neus en
raken de opdrachten ook niet kwijt. Dit zou ik weer doen, wanneer ik deze activerende werkvorm
toepas in mijn onderwijs.
49
1.7 Huiswerkcheck
Vanaf 11 februari heb ik het huiswerk van de leerlingen van HA42 bijgehouden. Om hun privacy te
waarborgen heb ik alleen hun initialen gebruikt. Zoals in bovenstaand schema te zien is, vallen er
vier weke
n uit en zijn de laatste twee weken niet ingevuld. Dit heeft te maken met presentaties die
meetellen voor hun SE
-
cijfer. Niet alle leerlingen zullen aanwezig zijn tijdens deze presentaties.
Daarom leek het mij geen meerwaarde hebben om ook tijdens die less
en het huiswerk bij te
houden. Wanneer ze de presentatie niet uitvoeren door ziekte, zijn de leerlingen hun herkansing
kwijt. Door deze strenge regels verwacht ik niet dat leerlingen hun werk niet in orde zullen hebben.
Verder vallen er drie weken weg in
verband met de toetsweek en vakanties. Deze klas heeft drie
lessen per week. In de week van 11 februari hebben 18 van de 30 leerlingen hun huiswerk niet in
orde. Wanneer ik hen hiernaar vraag, geven ze aan dat ze het ‘gewoon’ te druk hadden met andere
di
ngen.
Ze moesten een schrijfopdracht inleveren, deze hadden de meesten niet af.
Het valt mij op dat de meeste leerlingen wat harder gaan werken voor de toetsweek naarmate deze
nadert. Ze hebben dan ook wat vaker hun huiswerk voor elkaar. In de week van 1
8 maart is er ineens
wel een kleine stijging, meer leerlingen hebben het niet af. Wanneer ik hierover met hen in gesprek
ga, vertellen ze mij dat ze een deadline hebben van andere vakken. Ze moeten dan verslagen
inleveren, dit kost veel tijd. Daardoor late
n ze ander huiswerk liggen, waaronder dat van Nederlands.
De week voor de toetsweek hebben de meeste leerlingen hun werk wel gemaakt. Ze moesten een
oefenversie van een zakelijke brief inleveren en de meeste leerlingen hadden al wel opgepikt dat dat
50
het no
g wel eens kon worden. De uiteenzetting hadden alle havo 4 klassen vooral in het begin
behandeld, maar de nadruk lag toch op deze oefening.
De toetsweek hebben ze prima gedaan. De week die erop volgde is huiswerkvrij.
De week voor de meivakantie hadden
veel het huiswerk niet gedaan. Ze moesten een paar
opdrachten maken bij een korte tekst. Ze weten dat ze hier een toets over krijgen in de laatste
periode
. Volgens de leerlingen is dit nog veel te ver weg. Ze gaven ook aan dat ze ‘op’ waren na een
aantal
drukke weken.
Resultaten in een grafiek
Afbeelding
De blauwe lijn in de grafiek hierboven laat zien hoeveel van de 30 leerlingen hun huiswerk niet
afhadden per week.
De cirkeldiagram laat zien hoe vaak de leerlingen hun huiswerk in totaal niet
voo
r elkaar hadden.
Reflectie
Het schema dat ik heb gemaakt heeft mij overzicht gegeven, maar de gesprekken hebben mij inzicht
gegeven. Hierdoor weet ik dat de tweede leerling op de lijst, C.A., de moed al een beetje heeft
opgegeven. Hij moet zeer waarschijn
lijk blijven zitten en hij
heeft daardoor geen motivatie om
huiswerk te maken.
Wanneer je dit weet, benader je zo’n leerling toch anders. Je probeert hem op
een andere manier te motiveren. Waarschijnlijk heeft hij al genoeg ‘boze’ reacties gekregen. Hij
ba
alt vreselijk dat er een grote kans is dat hij het jaar moet overdoen.
Een andere leerling die mijn aandacht heeft getrokken, is de laatste van de lijst. K.Z. heeft een
scooterongeluk gehad, maar heeft hierdoor nog veel last van haar hoofd. Dit is blijkb
aar ook bekend
bij de mentor, maar dit is niet goed gecommuniceerd met de docenten die haar lesgeven. Hierdoor
is ze na een schooldag vaak erg vermoeid en komt ze er soms niet meer aan toe om huiswerk te
maken. Ze geeft heel eerlijk toe dat ze Nederlands n
iet erg lastig vindt, dus daarom kiest om haar
wiskunde/economie huiswerk te maken. (Mits ze hier nog energie voor heeft.)
Ook heb ik al eerder genoemd dat ik in de week van 18 maart een kleine stijging zag. Vlak voor de
toetsweek hadden ineens meer leerl
ingen hun huiswerk niet af. Dit
baarde mij zorgen. Tijdens
een
gesprek met deze leerlingen hoorde ik dus over de deadline van andere vakken. Dit zorgt ervoor dat
je meer begrip krijgt voor hen en na zo’n gesprek kun je dan ook

eisen

dat ze de week daarna
het
18
15
11
10
11
4
17
11
-
FEB
18
-
FEB
25
-
FEB
4
-
MAR
11
-
MAR
18
-
MAR
25
-
MAR
1
-
APR
8
-
APR
15
-
APR
leerlingen
Kolom2
33%
57%
7%
3%
aantal keer hw af
0-3 keer
4-6 keer
7-10 keer
10-14 keer



Slide 30 - Open vraag