In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
H6.3 en H6.4
De theorie en ideologie
staatsvorming
Slide 1 - Tekstslide
welke soorten machtsbronnen zijn er?
Slide 2 - Open vraag
theorie over machtsverdeling
1. theorie van het pluralisme:
Er is niet 1 groep die alle macht heeft Proces van politieke besluitvorming is open Geen verschil gemaakt tussen mensen/groepen
gaat er vanuit dat de samenleving uit allerlei verschillende groepen bestaat die allemaal verschillende belangen hebben.
Slide 3 - Tekstslide
https:
Slide 4 - Link
https:
Slide 5 - Link
Bedenk een voorbeeld bij de theorie van het pluralisme
Slide 6 - Open vraag
theorie over machtsverdeling
2. machtselitetheorie
Vroeger werd 1 van deze 2 theorieën als de absolute waarheid gezien
Momenteel denkt men dat beide theorieën gedeeltelijk
waar zijn
gaat ervan uit dat er een elite is in de samenleving die de macht heeft. En leden steeds op sleutelposities plaatst, zodat ze de macht behouden
Slide 7 - Tekstslide
Bedenk een voorbeeld bij de machtelitetheorie
Slide 8 - Open vraag
in Nederland komt alleen de theorie van het pluralisme voor
A
eens
B
oneens
Slide 9 - Quizvraag
Hoe denken onze politieke ideologieën hierover?
1. socialisme
2. liberalisme
3. confessionalisme
Slide 10 - Tekstslide
socialisme/ soc. dem
Macht moet gelijker verdeeld worden. De overheid moet mensen ondersteunen waar het nodig is en zoveel mogelijk mensen moeten politieke invloed hebben.
Slide 11 - Tekstslide
geef een voorbeeld uit de verzorgingsstaat waar we socialistische ideeën in terugzien.
Slide 12 - Open vraag
confessionalisme/ christen democratie
gespreide verantwoordelijkheid organisaties moeten zelf taken uitvoeren en de overheid moet niet alle taken uitvoeren
Slide 13 - Tekstslide
wat zou de insteek van deze partijen zijn bij de bestrijding van het coronavirus?
Slide 14 - Open vraag
liberalisme
Mensen zijn zelf verantwoordelijk en de overheid hoeft hier niet altijd iets aan te doen.
Slide 15 - Tekstslide
Waar zien we in de Nederlandse wetgeving de ideeën van de liberalen terug?
Slide 16 - Open vraag
ontstaan van staten
Gebrek aan samenwerking ->
behoefte aan politieke instituties ->
creëren van staten ->
staatsvorming
kenmerken
Er is een groep mensen Er is een grondgebied Er is een geweldmonopolie en belastingmonopolie
Slide 17 - Tekstslide
wanneer voel je je Nederlander?
Slide 18 - Open vraag
soevereiniteit
1. externe soevereine macht: gezag van de staat wordt erkend door andere staten 2. Interne soevereiniteit: gaat om de kenmerken van de staat. Mensen erkennen de staat.
in een staat heeft er altijd een persoon of een groep mensen de hoogste macht.
Slide 19 - Tekstslide
wie heeft in Nederland de hoogste macht?
A
de regering
B
het volk
C
de koning
D
de eu
Slide 20 - Quizvraag
https:
Slide 21 - Link
Is er in Myamar sprake van een strijd om externe of interne soevereiniteit?
A
intern
B
extern
C
beide
Slide 22 - Quizvraag
Slide 23 - Tekstslide
staatsvorming
Statensysteem: de regeling van de onderlinge verhoudingen tussen staten.
- non-interventiebeginsel: andere landen mogen zich niet mengen in interne zaken van een staat.
.
allerlei losse gebieden met lokale heersers worden samengesmeed tot een nieuwe centrale staat, met een machtig staatshoofd
Slide 24 - Tekstslide
https:
Slide 25 - Link
waarom kan een land dan sancties opleggen aan een ander land?