Spectroscoop

INSTRUCTIE
FLUISTEREND OVERLEG
INSTRUCTIE
FLUISTEREND OVERLEG
Leerdoel 1
6.1.1 Je kunt voorbeelden noemen van een natuurlijke en een kunstmatige lichtbron.
Leerdoel 2
6.1.2 Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Leerdoel 3
6.1.3 Je kunt uitleggen wat een spectrum is en hoe je een spectrum zichtbaar maakt.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

INSTRUCTIE
FLUISTEREND OVERLEG
INSTRUCTIE
FLUISTEREND OVERLEG
Leerdoel 1
6.1.1 Je kunt voorbeelden noemen van een natuurlijke en een kunstmatige lichtbron.
Leerdoel 2
6.1.2 Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Leerdoel 3
6.1.3 Je kunt uitleggen wat een spectrum is en hoe je een spectrum zichtbaar maakt.

Slide 1 - Tekstslide

3.1 Licht

Slide 2 - Tekstslide

Lichtbronnen
Lichtbronnen kunnen 
Natuurlijke of kunstmatige zijn

Slide 3 - Tekstslide

Je hebt 2 soorten lichtbronnen:
Directe lichtbron: Voorwerpen die zelf licht uitstralen
Indirecte lichtbron: Voorwerp die zelf geen licht uitstraalt, maar het wel weerkaatst.
Bij weerkaatsing heb je 2 varianten:
Diffuse weerkaatsing: Het licht gaat alle richtingen op
Spiegelende weerkaatsing: Licht kaatst terug in 1 richting.

Slide 4 - Tekstslide

Van wat voor type weerkaatsing is dit een voorbeeld?
A
Diffuus
B
Spiegel

Slide 5 - Quizvraag

Van wat voor soort weerkaatsing is dit een voorbeeld
A
Diffuus
B
Spiegel

Slide 6 - Quizvraag

Elektromagnetische straling

Slide 7 - Tekstslide

IR is gebaseerd op...
A
De radioactiviteit van een voorwerp.
B
De vorm van een voorwerp.
C
De grootte van een voorwerp.
D
De temperatuur van een voorwerp.

Slide 8 - Quizvraag

Ultraviolet
UV komt bijvoorbeeld vanaf de zon.


UV komt ook uit een blacklight.


Slide 9 - Tekstslide

Heeft UV-straling een kortere, of een langere golflengte dan zichtbaar licht?
A
Korter.
B
Langer.

Slide 10 - Quizvraag

Andere elektromagnetische straling

Slide 11 - Tekstslide

Niet-ioniserende straling is gevaarlijk voor je.
A
Waar
B
Niet waar.

Slide 12 - Quizvraag

Elektromagnetisch spectrum

Slide 13 - Tekstslide

In de Marvel-films had de Hulk eigenlijk dood moeten zijn nadat hij geraakt was door een bepaalde straling. Welke zou dat dan zijn geweest?

Slide 14 - Open vraag

Met een korte golflengte hebben we in de juiste volgorde:
A
Röntgen-Gamma-UV-Zichtbaar licht.
B
UV-Gamma-Röntgen-Zichtbaar licht.
C
Gamma-Röntgen-UV-Zichtbaar licht.
D
Gamma-UV-Röntgen-Zichtbaar licht.

Slide 15 - Quizvraag

Alle voorwerpen stralen IR uit.
A
Waar
B
Niet waar.

Slide 16 - Quizvraag

INSTRUCTIE
FLUISTEREND OVERLEG
INSTRUCTIE
FLUISTEREND OVERLEG
Leerdoel 1
6.1.1 Je kunt voorbeelden noemen van een natuurlijke en een kunstmatige lichtbron.
Leerdoel 2
6.1.2 Je kunt beschrijven hoe je voorwerpen in je omgeving ziet
Leerdoel 3
6.1.3 Je kunt uitleggen wat een spectrum is en hoe je een spectrum zichtbaar maakt.
timer
30:00

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide