Pneumothorax en Thoraxdrainage

Pneumothorax en Thoraxdrainage
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Pneumothorax en Thoraxdrainage

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarin verschilt een spanningspneumothorax van een pneumothorax?
A
Bij een spanningspneumothorax hoopt zich ook bloed op
B
Bij een spanningspneumothorax speelt psychische stress een rol.
C
Bij een spanningspneumothorax kan er geen lucht ontsnappen.
D
Bij een spanningspneumothorax werkt een drain averechts.

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deel 2

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

mediastinale ruimte: tussen de longen ( hart, aorta, luchtpijn, slokdarm etc.
pericardholte (harzakje, buitenste laag)
pleuraholte: ruimte tussen longvlies en borstvlies in

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

3 pots thoraxdrainagesysteem:
Pot 1: opvangpot vanuit de drain. Als je alleen deze pot hebt kan er lucht van de buitenwereld naar de pleuraholte stromen. Hierom wordt een 2e pot aangesloten (Pot 2) met een waterslot. Hierin zit water. er stroomt lucht uit de long door pot 2, dit komt als belletjes in het water en in pot 2. Er kan van Pot 2 geen lucht naar pot 1 stromen door het water.

Het water bepaald de zuigkracht. Meer water meer zuig.

Er zit een buisje (2) in het water in pot C dat contact heeft met de buitenlucht. Zodra er actief wordt gezogen, wordt er via dit buisje buitenlucht aangezogen waardoor luchtbellen ontstaan. Aan de hand van deze luchtbellen kun je het functioneren van de vacuümklok controleren. De lucht uit de longholte wordt via pot C en de vacuümklok af-/weggezogen uit het centrale vacuümsysteem. Hierbij is er dus geen open verbinding meer, waardoor de lucht uit de potten naar de buitenlucht kan ontsnappen.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thoraxdrain verzorgen
  1. Hygiëne
  2. Controleer de drain, afvoerslang, opvangmateriaal
  3. Verwijder fixatiemateriaal en gazen
  4. Controleer insteekopening
  5. Schone handschoenen
  6. Desinfecteer insteekopening
  7. Dek de insteekplaats af en fixeer de drain (huidfolie/fixatiepleister)
  8. Afronding

Slide 18 - Tekstslide

  1. schoon werkveld, handhygiene
  2. -verstopping, afklemming of afknikken -kleur en productie van het drainvocht -lekkage
  3. -
  4. roodheid,zwelling,pus,pijn,lekkage, als aanwezig: check of de hechting nog intact is
  5. -
  6. -Desinfecteer de insteekopening met 3 chloorhexidinegaasjes en laat drogen. -Werk van binnen naar buiten en gebruik voor elke nieuwe streek een nieuw gaasje.
  7. Gebruik huidfolie:-Plak de insteekopening af met de huidfolie.-Fixer de drain op de huid met pleister.-Controleer of de drain niet afgeknikt wordt en de afvloed niet belemmerd wordt.
  8. Gebruik fixatiepleister: Pak het splitgaasje aan 2 uiteinden vast en leg het gaasje om de drain over de insteekopening heen. -Pak het steriele gaasje en leg dit over het splitgaasje en de drain heen. -Fixeer het verband met pleister. -Plak de nieuwe fixatiepleister op de huid. Neem minimaal één cm afstand tot de insteekopening.-Plaats de thoraxdrain in de borging van de fixatiepleister.-Controleer of de drain niet afgeknikt wordt en de afvloed niet belemmerd wordt.
  9. Ruim de materialen op. -Trek de handschoenen uit. -Pas handhygiëne toe. -Noteer de handeling en eventuele bevindingen.
Thoraxdrainagesysteem verwisselen
  1. Hygiëne
  2. Voorbereiding; Materiaal en zorgvrager klaarleggen
  3. Vul het waterslot
  4. Verwijder het gebruikte drainagesysteem
  5. Sluit nieuw drainagesysteem aan
  6. Plaats en controleer het drainagesysteem
  7. Afronding

Slide 19 - Tekstslide

2. Open de verpakkingen en laat alles in geopende verpakkingen op het werkveld liggen.
Laat de cliënt een comfortabele houding aannemen. Zorg dat de drain goed bereikbaar is.
Plaats een onderlegger onder de insteekopening bij de cliënt.
Trek handschoenen aan
3. steriel water
4. Klem de thoraxdrain af met twee kochers met een gaasje tussen de kocher en de drain. Plaats de kochers in tegengestelde richting en zo dicht mogelijk bij de cliënt.
Verwijder de tape rond de aansluiting van drain en afvoerslang.
Maak het opvangsysteem los van de drain en voer het af volgens de regels van de organisatie.
5. Desinfecteer de drainopening met een alcoholgaasje.
Sluit de afvoerslang van het nieuwe systeem aan op de drain, zonder de aansluitpunten aan te raken.
Fixeer het aansluitpunt met tape in lengte- en in breedterichting.
Verwijder de kochers.
6. Plaats het drainagesysteem aan de andere kant van het lichaam dan waar de drain zit.
Controleer of het drainagesysteem stevig staat en lager staat dan de insteekopening.
Fixeer de afvoerslang getunneld op de buik van de cliënt. Voorkom huidirritatie door de afvoerslang.
Controleer of er geen obstructie is en er geen knik in de slang zit.
Controleer of de insteekopening nog goed is afgeplakt.
Controleer de werking van het waterslot.
7. Ruim de materialen op.
Trek de handschoenen uit.
Pas handhygiëne toe.
Noteer de handeling, welke onderdelen zijn verwisseld en eventuele bevindingen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Complicaties thoraxdrainage
Met name tijdens inbrengen en positioneren van de drainnisch
  1. technisch
  2. functioneel

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Technische complicaties
  • perforatie van het longvlies (X-thorax)
  • Beschadiging bloedvaten in de thorax (hematothorax)
  • Beschadiging of perforatie van het hart, het middenrif of grote bloedvaten 
  • Beschadiging van buikorganen 
  • Insteekopening niet goed afgesloten
  • Opnieuw een pneumothorax  na verwijderen drain

Slide 22 - Tekstslide

Bij inbrengen en verzorgen
  • Beschadiging of perforatie van het hart, het middenrif of grote bloedvaten, zoals de aorta. Dit gaat gepaard met een bloeding. Perforatie van het hart en de aorta zijn zeer acute complicaties, waarbij de zorgvrager zeer snel tekenen van shock zal vertonen. Perforatie van het middenrif wordt ook wel middenrifbreuk genoemd. Dit kan klachten geven zoals misselijkheid, braken, zuurbranden en/of pijn in de maag/bovenbuik.
  • Beschadiging van buikorganen die in de thoraxholte liggen, zoals lever of milt, met een groot risico op een bloeding. 
  • Als de insteekopening niet goed afsluit rond de drain, kan er (weer) lucht naar binnen worden gezogen, waardoor een pneumothorax kan ontstaan, kan blijven bestaan of zelfs kan toenemen tot een spanningspneumothorax. De zorgvrager zal dan ook (weer) klachten krijgen die hierbij passen.
  • Na verwijderen van de drain kan er opnieuw een pneumothorax ontstaan, als de drainwond niet goed afsluit. Je moet na het verwijderen van de drain daarom goed observeren of de klachten niet terugkomen.
Functionele comlicaties
  • Infectie long- of thoraxholte
  • losraken aansluiting
  • Pijn
  • Verschuiving van de drain of afknikken van de afvoerslang
  • Verstopping van de drain door vocht of stolsels 

Slide 23 - Tekstslide

Door de aanwezigheid van de drain
  • Na verwijderen van de drain kan er opnieuw een pneumothorax ontstaan, als de drainwond niet goed afsluit. Je moet na het verwijderen van de drain daarom goed observeren of de klachten niet terugkomen.
  • Pijn waardoor de zorgvrager oppervlakkig gaat ademen. Bij beschadiging van een zenuw kan pijn mogelijk chronisch worden. Belangrijk is om te zorgen voor voldoende pijnstilling, zodat de zorgvrager weer diep(er) kan doorademen. Diep doorademen is belangrijk ter voorkoming van een longontsteking.
  • Verschuiving van de drain of afknikken van de afvoerslang. Hierdoor kan een pneumothorax toenemen met mogelijk een spanningspneumothorax tot gevolg. Als de toestand van een zorgvrager verslechtert, is het daarom belangrijk om de slangen hierop te controleren. Eventueel knikken of afklemmen van de drain moet je verhelpen en daarna nauwkeurig observeren of de toestand van de zorgvrager verbetert.
  • Verstopping van de drain door vocht of stolsels, waardoor de vochtophoping in de thorax en eveneens een eventuele pneumothorax kunnen toenemen. Het vocht en de stolsels moet je laten doorlopen naar het thoraxdrainagesysteem, zodat de drain weer naar behoren werkt.
Observeren van de patient
Hoe reageert de zg op jou binnenkomt? Angst?
In welke houding ligt de zg? Halfzittend?
Pijn?
Hoe is de ademhaling?
Nemen eventuele klachten toe?
Zijn er tekenen van shock?
Is er spraken van decubitus?

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Psychosociale zorg


Emotionele en sociale klachten

Slide 25 - Tekstslide

Emotionele klachten die een zorgvrager kan ervaren, zijn bijvoorbeeld gevoelens van verdriet, angst, onzekerheid, spanning, machteloosheid en somberheid. 

Al deze problemen kunnen ook van invloed zijn op de sociale omgang met naasten. Denk hierbij aan partner, kinderen, familie, vrienden en collega's. Door de opname in het ziekenhuis kan het zijn dat de zorgvrager minder contact met hen heeft en zich daardoor eenzaam voelt.

 Voor jou als verpleegkundige is het belangrijk om je ervan bewust te zijn dat deze kunnen optreden. Let er daarom goed op of je psychosociale problemen herkent bij een zorgvrager of merkt dat hij in toenemende mate prikkelbaar is. Je kunt met de zorgvrager hierover het gesprek aangaan en benoemen wat je aan hem merkt.
Vervoeren van een zorgvrager
I.o.m. arts drain op waterslot:
  • systeem altijd rechtop
  • systeem lager dan insteek drain
  • afvoerslang nergens achter blijft hangen

Geen waterslot mogelijk??

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwijderen thoraxdrain
  • Afklemmen en vacuum verwijderen
  • X-thorax
  • Zorgvrager informeren pijn
  • Verwijderen door arts bij uitademen
  • tegelijk lichtedruk op insteek door vpk
  • Hechting sluiten; z.n. steriele vaseline



Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VPK aandachtspunten
  • observeer de zorgvrager
  • geef voorlichting over symptomen die kunnen optreden
  • let op mogelijke infectie
  • let op insteekopening
  • tzt hechtingen verwijderen
  • bespreek bij wie zorgvrager terecht kan
  • leefregels

Slide 28 - Tekstslide

luchtlekkage?