4.4 Planten en dieren

Planten ordenen
Eencellig of meercellig
Meercellige planten bestaan uit weefsels 
en organen;
  • wortels
  • stengels
  • vaten
  • bladeren
  • bloemen
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Planten ordenen
Eencellig of meercellig
Meercellige planten bestaan uit weefsels 
en organen;
  • wortels
  • stengels
  • vaten
  • bladeren
  • bloemen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Ordenen van planten
Planten ordenen doe je als volgt:
Heeft de plant Wortels, stengels, bladeren of bloemen?

Manier van voortplanten,
  1. Delen
  2. Sporen
  3. Zaden

Slide 4 - Tekstslide

Planten ordenen
Op basis van:
  • Plantenorganen
  • De manier van voorplanten

Ordening = onderverdeeld in
  • Zaadplanten
  • Sporenplanten
  • Wieren/algen

Slide 5 - Tekstslide

Zaadplanten
De meeste planten die je kent zijn zaadplanten

Zaadplanten hebben:
- Bloemen
- Vruchten en zaden

Slide 6 - Tekstslide

Sporenplanten
Sporenplanten hebben wel wortels, stengels en bladeren, maar geen bloemen
De sporenplanten zijn onder te verdelen in mossen en varens 
Ze planten zich voort met sporen
vandaar dan ook de naam sporenplanten

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Het rijk der planten
Planten
Wieren (algen)
Sporenplanten
Zaadplanten
Eencellige wieren
Meercellige wieren
Mossen
Varens
Rijk
Stam
Klasse

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag
  • Wat? Opdrachten 1 t/m 8 van 4.4 planten en dieren
  • Hoe? Zelfstandig 
  • Tijd? 15 minuten
  • Hulp? Steek je vinger op 
  • Klaar? Onderzoek tot welke groep je favoriete dier en/of plant behoren.
timer
15:00

Slide 18 - Tekstslide

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 19 - Quizvraag

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 20 - Quizvraag

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 21 - Quizvraag

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 22 - Quizvraag

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 23 - Quizvraag

Welke symmetrie heeft een egel?
A
tweezijdig
B
veelzijdig
C
niet-symmetrisch

Slide 24 - Quizvraag

Geen skelet
Inwendig skelet
Uitwendig skelet
Wormen
Vissen
Geleedpotige dieren

Slide 25 - Sleepvraag

Sleep de passende stam naar het juiste dier.
Sponsdieren
Neteldieren
Weekdieren
Stekelhuidigen
Geleedpotigen
Gewervelden

Slide 26 - Sleepvraag

Tot welke stammen
behoren Spongebob
en Patrick?
A
Patrick: stekelhuidige Spongebob: neteldieren
B
Patrick: weekdieren Spongebob: sponsen
C
Patrick: stekelhuidige Spongebob: wormen
D
Patrick: stekelhuidige Spongebob: sponsen

Slide 27 - Quizvraag

sponzen
neteldier
wormen
weekdier
geleedpotigen
sekelhuidigen
gewervelden

Slide 28 - Sleepvraag

Tot welke stam behoort
dit dier?
A
Sponzen
B
Wormen
C
Neteldieren
D
Weekdieren

Slide 29 - Quizvraag

Tot welke stam behoort
dit dier?
A
Sponzen
B
Weekdieren
C
Stekelhuidigen
D
Gewervelden

Slide 30 - Quizvraag

Tot welke stam behoort
dit dier?
A
Wormen
B
Geleedpotigen
C
Stekelhuidigen
D
Gewervelden

Slide 31 - Quizvraag