Week2_3B

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Oefenen week 2

Yes! Goed dat je hiermee aan de slag gaat.

Er volgen eerst enkele vragen over de afgelopen week! Doe je best, het is niet erg als je niet alles meer weet.

Succes en in ieder geval een goed weekend! 

Overstaande hoeken

Even groot

Hoekensom 180

> 90 graden

Stompe hoek

< 90 graden

Scherpe hoek

360 graden

180 graden

Volle hoek

Gestrekte hoek

Driehoek

Welke eigenschap hebben de vierkant en de rechthoek gelijk

1. Ze hebben 4 loodrechte hoeken
2. Ze hebben evenveel symmetrieassen
3. De overstaande zijden, zijn evenwijdig

Welk(e) kenmerk(en) passen niet bij deze figuur?

1. Alle hoeken zijn gelijk.
2. Alle zijden zijn even lang.
3. De diagonalen snijden elkaar middendoor.
4. De overstaande zijden zijn gelijk.

hoek 1 en 3 zijn

1. tegenover elkaar liggende hoeken
2. overstaande hoeken
3. Gestrekte hoeken
4. Tegengestelde hoeken

Hoe groot zijn hoek S1 en hoek S2 bij elkaar opgeteld?

Hoek S1 is 50 graden.
Hoe groot is S2?

Wat herken je in dit plaatje?

1. Schuifsymmetrie
2. Overstaande hoeken
3. Niks

Welke hoeken zjn net zo groot als S2?

1. S4, R4 en R2
2. S1, R1 en R3
3. Geen enkele hoek is evengroot
4. Alleen hoek S4

Hoek S4 is 130 graden.
Hoe groot is Hoek R2?

1. 130 graden
2. 50 graden
3. Weet ik veel

Hoek S4 is 130 graden.
Hoe groot is Hoek R1?

1. 130 graden
2. 50 graden
3. Weet ik veel

De pijlen wijzen naar …....

1. de kijkhoek
2. de kijklijnen
3. twee evenwijdige lijnen
4. de gestrekte hoek

Zijn de kijklijnen goed getekend?

1. ja
2. nee

Zijn de kijklijnen goed getekend?

1. ja
2. nee

Wanneer gebruik je kijklijnen?

1. om de grenzen aan te geven van het gebied dat je kunt zien
2. om de lijnen uit het oog aan te geven
3. om je schaapjes te tellen
4. als je wilt gaan kijken naar lijnen

Beantwoord voor jezelf de vraag.
Kan jij nu met kijklijnen bepalen wat iemand ziet?

1. Ja
2. Nee
3. Weet ik niet zo goed

Leerdoel

Ik ken de namen van alle vlakke figuren.

1. onvoldoende
2. voldoende
3. goed
4. uitmuntend

Leerdoel

Ik kan rekenen met de hoekensom

1. onvoldoende
2. voldoende
3. goed
4. uitmuntend

Leerdoel

Ik ken de eigenschappen van de bijzondere driehoeken

1. onvoldoende
2. voldoende
3. goed
4. uitmuntend

Leerdoel

Ik kan hoeken berekenen aan de hand van overstaande hoeken.

1. onvoldoende
2. voldoende
3. goed
4. uitmuntend

Leerdoel

Ik kan hoeken berekenen aan de hand van schuifsymmetrie

1. onvoldoende
2. voldoende
3. goed
4. uitmuntend

Leerdoel

Ik kan de kijkhoek tekenen en berekenen

1. onvoldoende
2. voldoende
3. goed
4. uitmuntend