In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
4.1 Snelheid
en
4.2 Snelheid berekenen
Slide 1 - Tekstslide
Doel: leren rekenen met de snelheidsformule
Onderdelen:
Gemiddelde snelheid
Afstand-tijd-diagrammen
Recht evenredig verband
Rekenen met gemiddelde snelheid
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
De eenparige beweging
Bij een eenparige beweging is de snelheid de hele tijd hetzelfde
In het v,t-diagram loopt de grafiek horizontaal
Slide 6 - Tekstslide
De eenparige beweging
Het s,t-diagram stijgt regelmatig in een rechte lijn.
Waarom?
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Snelheid berekenen
S = Afstand in kilometers
V = Snelheid in km/u
t = tijd in uur
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Van km/h naar m/s
Als je wil weten hoeveel meter je per seconde aflegt moet je jouw snelheid in kilometers per uur vermenigvuldigen met 1000. Je hebt dan het aantal meters per uur.
In een uur zitten 3600 seconden. Deel het aantal meter per uur door 3600 en je weet hoeveel meter per seconde je aflegt.
Formule: (km/h x 1000) : 3600 = m/s
Makkelijker: delen door 3,6
Slide 13 - Tekstslide
van m/s naar km/h
Dit is het omgekeerde van km/h naar m/s.
km/h naar m/s:
Delen door 3,6
m/s naar km/h:
Vermenigvuldigen met 3,6
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Snelheidsrecord
Auto breekt wereldrecord met snelheid van 450 km/h.
De Koenigsegg Agera RS mag zich officieel de snelste productieauto ter wereld noemen. Met een gemeten topsnelheid van bijna 450 km/h verslaat het racemonster het oude record van de Bugatti Veyron 16.4 Super Sport dat op 430 km/h stond.
Gepubliceerd op 6 november 2017 15:41
(een filmpje hiervan staat op de volgende dia)
Slide 16 - Tekstslide
www.nu.nl
Slide 17 - Link
Wat is de formule om gemiddelde snelheid te berekenen
A
snelheid =afstand : tijd
B
snelheid = tijd : afstand
C
tijd = snelheid x afstand
Slide 18 - Quizvraag
Wat betekent gemiddelde snelheid?
A
Dat het de werkelijke snelheid is op het moment zelf.
B
Dat het een snelheid is die gerekend is over een bepaalde afstand en tijd.
Slide 19 - Quizvraag
Waar staat de afkorting s voor?
A
Snelheid
B
Stroomsterkte
C
Afstand
D
Tijd
Slide 20 - Quizvraag
De snelheid van een auto is 108 km/h. Hoe groot is de snelheid in m/s?
A
v = 389 m/s
B
v = 10,8 m/s
C
v = 30 m/s
D
v = 38,9 m/s
Slide 21 - Quizvraag
Een auto rijdt 45 minuten met een snelheid van 100 km/u. Welke afstand heeft de auto afgelegd?
Slide 22 - Open vraag
Een auto rijdt 385 km met een gemiddelde snelheid 110 km/h. Berekenen hoelang de auto over die afstand rijdt.
A
t = 3,5 h
B
t = 0,29 h
Slide 23 - Quizvraag
Henk fietst 40 kilometer in 2,5 uur. Wat was zijn gemiddelde snelheid?
A
16 km/h
B
20 km/h
C
18 km/h
D
14 km/h
Slide 24 - Quizvraag
Je fietst 7 km in 0,5 uur. Wat is je gemiddelde snelheid?