14 mei: Les 5. Herhaling KERN 24, uitleg KERN 39

Op tafel:
  • Map
  • Pen
Welkom havo 3B
timer
2:30
  • Telefoon in het zakkie en rechtsboven op je tafel óf in je tas en daar blijft 'ie dan ook.
  • Jas uit en over je stoel. 
  • Tas van tafel.
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Op tafel:
  • Map
  • Pen
Welkom havo 3B
timer
2:30
  • Telefoon in het zakkie en rechtsboven op je tafel óf in je tas en daar blijft 'ie dan ook.
  • Jas uit en over je stoel. 
  • Tas van tafel.

Slide 1 - Tekstslide

Op tafel:
  • Map
  • Pen
Welkom havo 3B
timer
2:30
  • Telefoon in het zakkie en rechtsboven op je tafel óf in je tas en daar blijft 'ie dan ook.
  • Jas uit en over je stoel. 
  • Tas van tafel.

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

1. Herhaling KERN 24
2. Uitleg KERN 39


Slide 3 - Tekstslide

1. Voorkennis testen
  • Vul het Forms formulier in: https://forms.office.com/e/9XdZXEkrZn 
  • Gebruik eventueel werkbladen.
  • Niets ingevuld = absent voor les. 
  • Klaar? Lees in je 3PAK boekje. 
timer
7:00

Slide 4 - Tekstslide

Planning boekopdracht
1. Oriëntatie op tekstgenre
2. Oriëntatie op schrijven 
3. Uitleg KERN 24
4. Uitleg KERN 39.
5.  Schrijfplan maken.
6. Boekopdracht maken.  ( op school - papier) 
7. Reflecteren op schrijven. 

De werkbladen van alle lessen mag je gebruiken bij de boekopdracht!

Slide 5 - Tekstslide

Communiceren doe je samen 2
Donderdag 16 mei: schrijfplan maken

Dinsdag 21 mei: boekopdracht in de klas schrijven.
Wat neem je dan mee? 
  • Aantekeningen op de uitgedeelde stencils)
  • 3PAK-boekje
  • KERN

Slide 6 - Tekstslide

gister: KERN 24
Ik weet hoe de plot van een boek, film of serie opgebouwd kan worden. 

Slide 7 - Tekstslide

gister: KERN 24
Ik weet hoe de plot van een boek, film of serie opgebouwd kan worden. 
Heb je gisteren een begrip gemist? Schrijf dan nu mee!

Slide 8 - Tekstslide

Geef met drie woorden aan wat een plot is.

Slide 9 - Open vraag

Communiceren doe je samen 2
Vraag: Geef met drie woorden aan wat een plot is. 

Antwoord: 
  • begin
  • verloop
  • einde
  • het begin, verloop, en einde van wat een personage meemaakt in een verhaal.

Slide 10 - Tekstslide

Communiceren doe je samen 2
Cliffhanger


Letterlijk: ergens aan een klif hangen.
Figuurlijk: een spannend moment in een film of boek, waardoor je verder wilt kijken/lezen. 

Slide 11 - Tekstslide

Communiceren doe je samen 2
Uitstellen van de ontknoping


Letterlijk: op een later moment een knoop uit elkaar halen.
Figuurlijk: Pas later in het boek of film weet je wat er precies is gebeurd. 

Slide 12 - Tekstslide

Communiceren doe je samen 2
Plotwending


Letterlijk: een bocht maken (in het verhaal).
Figuurlijk: Het verhaal gaat heel anders verder dan je had verwacht. 

Slide 13 - Tekstslide

KERN 39
Ik weet hoe de setting en sfeer in een boek, film of serie opgebouwd kunnen worden. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Aantekeningen maken


>> Werkblad 4 uitdelen.
>> Log in bij LessonUp : 2 vragen. 


Slide 16 - Tekstslide

1. Vertel in grote lijnen hoe de laatste film die je keek begon, verliep en eindigde.
Gebruik ongeveer 4 zinnen. Let op spelling!

Slide 17 - Open vraag

cliffhanger
uitstellen ontknoping
plotwending
Verhaal stopt precies als het spannend is. 
Het verhaal gaat heel anders verder dan je had verwacht. 
Pas later weet je wat er precies is gebeurd. 

Slide 18 - Sleepvraag

Schrijf vanaf nu mee bij werkblad 5!

Slide 19 - Tekstslide

Leerdoelen

Je kent de basisingrediënten van een verhaal;
Je kunt het toepassen op een eigen verhaal.
Herhaling van de basisingrediënten

Het verhaal stap voor stap


Fantasie, creativiteit en toepassen

De pen van de auteur


Afsluiting

Slide 20 - Tekstslide

Setting 
Sfeer
Introductie personage 1
Introductie personage 2
Oplossing en einde
Basisingrediënten van het verhaal

Slide 21 - Tekstslide

Onderwerp en thema
Het verhaal gaat ergens over
en het verhaal gaat ergens om

Wat wil jij met jouw verhaal vertellen?

Vraag: Wat zie je hier en waar kan het over gaan? 

Slide 22 - Tekstslide

Setting
  • Plaats (bijvoorbeeld in Leeuwarden)
  • Tijd (ochtend, middeleeuwen, 1950)
  • Omgeving (Hoe ziet de omgeving eruit?)
  • Het weer (Wat voor weer is het?)

  • Bedenk of je wilt dat de setting bij de gebeurtenissen past of juist niet? (vindt een bruiloft plaats in een tuin met prachtig weer of regent het hard en moet iedereen in een kelder schuilen?)

Slide 23 - Tekstslide

Sfeer
  • Zintuigen gebruiken (de lezer moet de tekst zien, horen, ruiken, voelen, proeven)
  • Werkwoorden (geen statische, maar juist dynamische werkwoorden)
  • Let op details 
  • Voorbeelden bekijken >>>

 

Slide 24 - Tekstslide

Sfeer
  • Zintuigen gebruiken (de lezer moet de tekst zien, horen, ruiken, voelen, proeven)
  • Werkwoorden (geen statische, maar juist dynamische werkwoorden)
  • Let op details 

Op de eerste etage bevindt zich de woonkamer van de vorige bewoners. Boven de leren sofa hangt een stoffige kroonluchter.  

Op de eerste etage herinnert de woonkamer aan de vorige bewoners. De stoffige kroonluchter bescheen ooit de leren sofa eronder. 

Slide 25 - Tekstslide

Plot: het begin, verloop, en einde van wat een personage meemaakt in een verhaal.

Hoe kan een plot verlopen?
- springen tussen verhaallijnen van personages.
- cliffhanger.
- uitstellen van de ontknoping.
- plotwending.

Slide 26 - Tekstslide

Voorbeeld film #Tagged
- Film begint met een selfie die wordt gemaakt op een feestje.
Dit feestje loopt uit de hand: hoofdpersoon Elise wordt wakker op een grasveld.
- Einde; een video van Elise gaat viraal 
en iedereen weet hoe dronken ze was. 
-> Open einde. 

  • Geen cliffhangers. 
  • Verhaallijn: die van Elise (vanuit telefoon gezien)

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Cliffhanger vs. uitgestelde ontknoping

Slide 29 - Tekstslide

Plot / verhaallijn - KERN 24

Slide 30 - Tekstslide

Plot / verhaallijn - KERN 24

= uitstellen ontknoping
= Open of gesloten einde?
Tekst

Slide 31 - Tekstslide

3. Zelfstandig lezen
Wat?
a. Lees in je 3PAK.
b. Beschrijf bij 1 verhaal de setting. Schrijf dit op bij 'werkblad 5'.
>> Je bereidt hiermee je boekopdracht al voor!
Tijd?
Tot einde van de les.
Huiswerk
Uitgewerkt plot van 1 van de verhalen (gebruik werkblad!)

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide