Oefentoets Unit 5

Oefentoets Unit 5
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Oefentoets Unit 5

Slide 1 - Tekstslide

Vertaal de woorden in grote letters.

The ATMOSPHERE at the concert was very exciting.

Slide 2 - Open vraag

Vertaal de woorden in grote letters.

The band’s PERFORMANCE was brilliant.

Slide 3 - Open vraag

Vertaal de woorden in grote letters.

The garden was white during a shower of HAIL.

Slide 4 - Open vraag

Vul het juiste woord in. Er blijven twee woorden over. Kies uit:
breeze - bruised - to complain about - out of tune - overcast - to perform - plaster cast - scar - stitches - stomach
Harry Potter has got a ______ on his forehead.

Slide 5 - Open vraag

Vul het juiste woord in. Er blijven twee woorden over. Kies uit:
breeze - bruised - to complain about - out of tune - overcast - to perform - plaster cast - scar - stitches - stomach
Tristan has a ______ rib from hockey practice.

Slide 6 - Open vraag

Vul het juiste woord in. Er blijven twee woorden over. Kies uit:
breeze - bruised - to complain about - out of tune - overcast - to perform - plaster cast - scar - stitches - stomach
That piano is ______. It hurts my ears.

Slide 7 - Open vraag

Vul de vertaling van het juiste woord in. Er blijven twee woorden over. Kies uit:
botten - genezen - hitte - instrument - koud - medicijn - mond - tanden - voorspellen - wond

Why don’t you open your ______ and say something?

Slide 8 - Open vraag

Vul de vertaling van het juiste woord in. Er blijven twee woorden over. Kies uit:
botten - genezen - hitte - instrument - koud - medicijn - mond - tanden - voorspellen - wond

My grandma needs to take her ______ twice a day.

Slide 9 - Open vraag

Vul de vertaling van het juiste woord in. Er blijven twee woorden over. Kies uit:
botten - genezen - hitte - instrument - koud - medicijn - mond - tanden - voorspellen - wond

Carly has got beautiful white ______.

Slide 10 - Open vraag

Word order: adverbs of place and adverbs of time
Vorm zinnen door de zinsdelen in de goede volgorde te zetten. (Let op: er ligt in de zinnen géén extra nadruk op het moment waarop iets gebeurt.)

my phone - I - left - at my aunt’s house - .

Slide 11 - Open vraag

Word order: adverbs of place and adverbs of time
Vorm zinnen door de zinsdelen in de goede volgorde te zetten. (Let op: er ligt in de zinnen géén extra nadruk op het moment waarop iets gebeurt.)

are going - to the movies - we - tonight - .

Slide 12 - Open vraag

Word order: adverbs of place and adverbs of time
Vorm zinnen door de zinsdelen in de goede volgorde te zetten. (Let op: er ligt in de zinnen géén extra nadruk op het moment waarop iets gebeurt.)

tomorrow morning - the manager - to see you - in his office - wants - .

Slide 13 - Open vraag

Past simple: meaning and use
Norma stuurt haar vriendin Nate een bericht. Maak het bericht af door de werkwoorden tussen haakjes in de past simple te zetten.
Hi Nate!
Great news. My cousin from Australia (to arrive) yesterday.

Slide 14 - Open vraag

Past simple: meaning and use
Norma stuurt haar vriendin Nate een bericht. Maak het bericht af door de werkwoorden tussen haakjes in de past simple te zetten.

She (to travel) over 20 hours to get here!

Slide 15 - Open vraag

Past simple: meaning and use
Norma stuurt haar vriendin Nate een bericht. Maak het bericht af door de werkwoorden tussen haakjes in de past simple te zetten.
I hadn’t seen her in years. Last time I saw her I was six years old. We still (to play) with Barbie dolls then, ha ha!

Slide 16 - Open vraag

Past simple: negatives and questions
Thomas stuurt zijn vriend Amin een e-mail. Maak het bericht af door de werkwoorden tussen haakjes in de past simple te zetten. Gebruik ook de andere woorden die tussen haakjes staan.
I just got back from my doctor's appointment. I was a little late, but luckily the doctor (not - to mind).

Slide 17 - Open vraag

Past simple: negatives and questions
Thomas stuurt zijn vriend Amin een e-mail. Maak het bericht af door de werkwoorden tussen haakjes in de past simple te zetten. Gebruik ook de andere woorden die tussen haakjes staan.
She (not - to find) anything else wrong with me

Slide 18 - Open vraag

Past simple: negatives and questions
Thomas stuurt zijn vriend Amin een e-mail. Maak het bericht af door de werkwoorden tussen haakjes in de past simple te zetten. Gebruik ook de andere woorden die tussen haakjes staan.
I (not - to know) a cold could make you feel so bad!

Slide 19 - Open vraag

Vorm zinnen door de zinsdelen in de goede volgorde te zetten. (Let op: er ligt in de zinnen géén extra nadruk op het moment waarop iets gebeurt.)
Zet het werkwoord tussen haakjes in de past simple.

last night - your knee - you - (to hurt) - at the concert - ?

Slide 20 - Open vraag

Vorm zinnen door de zinsdelen in de goede volgorde te zetten. (Let op: er ligt in de zinnen géén extra nadruk op het moment waarop iets gebeurt.)
Zet het werkwoord tussen haakjes in de past simple.

at the park - (to play) - this morning - we - basketball - .

Slide 21 - Open vraag

Vorm zinnen door de zinsdelen in de goede volgorde te zetten. (Let op: er ligt in de zinnen géén extra nadruk op het moment waarop iets gebeurt.)
Zet het werkwoord tussen haakjes in de past simple.

rock music - I - (not - to like) - when I was younger - .

Slide 22 - Open vraag

Phil praat met Ivy over het slechte weer. Maak het gesprek af met Engelse expressions.

Phil: (Wat is de weersvoorspelling?)

Slide 23 - Open vraag

Phil praat met Ivy over het slechte weer. Maak het gesprek af met Engelse expressions.
Ivy: (Morgen wordt het koud, nat en stormachtig.) Just like today. I hate autumn.

Slide 24 - Open vraag

Phil praat met Ivy over het slechte weer. Maak het gesprek af met Engelse expressions.

Phil: (Wat is er mis met een beetje regen?)

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Link