Haben/sein + getallen

HWillkommen bei Deutsch!
Guten Morgen 
liebe Schüler und Schülerinnen!
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

HWillkommen bei Deutsch!
Guten Morgen 
liebe Schüler und Schülerinnen!

Slide 1 - Tekstslide

Was machen wir heute?

- Die Verben haben und sein
-Zahlen 


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Persoonlijke voornaamwoorden
  • ich  (ik)
  • du   (jij)
  • er /sie/es  (hij/zij/het)
  • wir  (wij)
  • ihr (jullie)
  • sie  (zij, mv.)
  • Sie (U)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Lieder haben und sein

Slide 6 - Tekstslide

haben und sein
Hebben
Zijn
Haben
Sein

Slide 7 - Sleepvraag

Het werkwoord haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 8 - Sleepvraag

Het werkwoord sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind

Slide 9 - Sleepvraag

wir (haben)
A
haben
B
sind
C
habe
D
hast

Slide 10 - Quizvraag

...... du schon geduscht?
A
Hat
B
Hast
C
Hat
D
Habe

Slide 11 - Quizvraag

Ich ...... zwei Brüder
A
Hat
B
Habe
C
Haben
D
Hast

Slide 12 - Quizvraag

Ich .... Lehrer. (sein)
A
sind
B
bin
C
seid
D
bist

Slide 13 - Quizvraag

Ich ........... 14 Jahre alt
A
habe
B
bin

Slide 14 - Quizvraag

Meine Eltern (haben)
A
habe
B
sein
C
hat
D
haben

Slide 15 - Quizvraag

Meine Schwester (sein)
A
hat
B
ist
C
bin
D
bist

Slide 16 - Quizvraag

Das Kind ............
A
bin
B
bist
C
ist
D
seid

Slide 17 - Quizvraag

du .................... (sein)
A
bist
B
bin
C
ist

Slide 18 - Quizvraag

ich .................... (haben)
A
haben
B
habt
C
habe
D
hat

Slide 19 - Quizvraag

ihr .................... (haben)
A
haben
B
habt
C
habe

Slide 20 - Quizvraag

es .................... (haben)
A
habt
B
hast
C
haben
D
hat

Slide 21 - Quizvraag

du .................... (haben)
A
habt
B
hast
C
hat
D
haben

Slide 22 - Quizvraag

Ihr .... gut gearbeitet. (haben)
A
habt
B
haben
C
hat
D
hast

Slide 23 - Quizvraag

Wir .... Hausaufgaben gemacht. (haben)
A
hat
B
habe
C
habt
D
haben

Slide 24 - Quizvraag

Lisa ..... krank (ziek) (sein)
A
bist
B
sind
C
ist
D
bin

Slide 25 - Quizvraag

Ihr ... zu spät (te laat) (sein)
A
seid
B
sind
C
bin
D
bist

Slide 26 - Quizvraag

Ich ... etwas gemacht (haben)
A
haben
B
habe
C
habt
D
hat

Slide 27 - Quizvraag

Die Zahlen
36

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide


hoe schrijf je 1 in het Duits? 

Slide 30 - Open vraag

Die Zahl sieben bringt mir Glück! (Die Zahl)

Slide 31 - Open vraag


hoe schrijf je 16 in het Duits? 

Slide 32 - Open vraag


hoe schrijf je 11 in het Duits? 

Slide 33 - Open vraag

Schreibe die Zahl auf.
Der Dezember zählt _______ (31) Tage.

Slide 34 - Open vraag

Die Zahl:
20

Slide 35 - Open vraag

Wie lautet die nächste Zahl?
Schreibe die Zahl in Buchstaben!
timer
3:00

Slide 36 - Open vraag

Die Zahl: 46

Slide 37 - Open vraag

Wie lautet die nächste Zahl?
Schreibe die Zahl in Buchstaben!
timer
3:00

Slide 38 - Open vraag

DEZE GRAMMATICA KAN IK....
HEEL GOED EN IK KAN HET ANDEREN UITLEGGEN
WEL GOED, MAAR MOET SOMS NOG SPIEKEN
NIET ZONDER HET BOEK ERBIJ
NIET! SNAP ER NOG STEEDS NIKS VAN

Slide 39 - Poll

Lernziel erreicht?
Ich weiß, wie ich Zahlen schreiben muss.
😒🙁😐🙂😃

Slide 40 - Poll