Signalwörter H4

Signalwörter - Havo 4
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Signalwörter - Havo 4

Slide 1 - Tekstslide

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

Es ist klar

A
argumentatie
B
tijd
C
beperking
D
tegenstelling

Slide 2 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

drittens
A
argumentatie
B
tijd
C
mogelijkheid
D
opsomming

Slide 3 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

einerseits, anderseits
A
argumentatie
B
tijd
C
mogelijkheid
D
tegenstelling

Slide 4 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

im Gegensatz zu
A
argumentatie
B
tijd
C
mogelijkheid
D
tegenstelling

Slide 5 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

Folge
A
oorzaak en gevolg
B
middel
C
mogelijkheid
D
tegenstelling

Slide 6 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

nicht nur, sondern auch
A
oorzaak en gevolg
B
versterking
C
uitbreiding
D
voorbeeld

Slide 7 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

beispielsweise
A
oorzaak en gevolg
B
versterking
C
uitbreiding
D
voorbeeld

Slide 8 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

vielleicht
A
oorzaak en gevolg
B
mogelijkheid
C
conclusie
D
voorbeeld

Slide 9 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

vor allem
A
benadrukking
B
mogelijkheid
C
conclusie
D
voorbeeld

Slide 10 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

tatsächlich
A
benadrukking
B
mogelijkheid
C
bevestiging
D
vergelijking

Slide 11 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

alles in allem
A
conclusie
B
mogelijkheid
C
bevestiging
D
vergelijking

Slide 12 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

außerdem
A
oorzaak en gevolg
B
opsomming
C
tegenstelling
D
tijd

Slide 13 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

damit
A
oorzaak en gevolg
B
opsomming
C
middel
D
conclusie

Slide 14 - Quizvraag

Wat drukt het volgende signaalwoord uit?

zum Schluss
A
oorzaak en gevolg
B
opsomming
C
middel
D
conclusie

Slide 15 - Quizvraag