Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Personalpronomen 3. und 4. Fall (+ Ordnungszahlen)
Wat wordt de vorm van het persoonlijk voornaamwoord in de 4e naamval? Sleep naar het juiste antwoord.
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
euch
mich
dich
ihn/sie/es
uns
sie/Sie
1 / 17
volgende
Slide 1:
Sleepvraag
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
In deze les zitten
17 slides
, met
interactieve quizzen
.
Lesduur is:
8 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Wat wordt de vorm van het persoonlijk voornaamwoord in de 4e naamval? Sleep naar het juiste antwoord.
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
euch
mich
dich
ihn/sie/es
uns
sie/Sie
Slide 1 - Sleepvraag
Sleep het Duitse persoonlijk voornaamwoord naar het Nederlandse persoonlijk voornaamwoord in de 3E nv.
mij
jou
hem
jullie
haar
ons
het
hen
u
mir
uns
ihm
ihm
ihr
dir
euch
ihnen
Ihnen
Slide 2 - Sleepvraag
Welche Präpositionen gehören nicht in dieser Reihe?
durch, für, mit, ohne, um, bis, nach
A
durch en um
B
mit en nach
C
ohne en durch
D
bis en mit
Slide 3 - Quizvraag
Für welche Präpositionen verwendet man den 4. Fall?
A
durch mit um ohne in
B
durch zwischen entgegen mit für
C
durch für ohne gegen um
D
durch für hinter vor um
Slide 4 - Quizvraag
Nach d...... Deutschstunde (v) fahren wir immer nach Hause.
Slide 5 - Open vraag
Das Geschenk ist für ______(voor hem).
A
für ihm
B
für sie
C
für ihn
Slide 6 - Quizvraag
(Zonder jou) _______ kann ich nicht schlafen.
A
ohne du
B
ohne dein
C
ohne dich
Slide 7 - Quizvraag
Tina hat eine Überraschung _______(voor mij).
A
für ich
B
für mich
C
für mein
Slide 8 - Quizvraag
Machst du die Hausaufgaben.. (met hun)
A
mit ihm
B
mit ihr
C
mit Ihn
D
mit ihnen
Slide 9 - Quizvraag
Das Fahrrad ist ....... (van haar).
A
von sie
B
von Ihr
C
von ihr
Slide 10 - Quizvraag
Vul het juiste persoonlijke voornaamwoord in.
Hat das Buch dir gut gefallen? Ja, .... hat mir gut gefallen.
Slide 11 - Open vraag
Wie schreibst du 68 auf Deutsch?
A
achtundsechszig
B
sechsundachtzig
C
sechundachtzig
D
achtundsechzig
Slide 12 - Quizvraag
rangtelwoorden vanaf 20
A
getal + te
B
getal + e
C
getal + ste
D
getal + sde
Slide 13 - Quizvraag
Kies de juiste vorm van het Duitse rangtelwoord: 17e
A
siebzehnte
B
siebenzehnte
C
siebzehnste
Slide 14 - Quizvraag
Hoe schrijf je het rangtelwoord 3e in het Duits?
A
dreite
B
drei
C
dritte
Slide 15 - Quizvraag
Hoe schrijf je dit rangtelwoord voluit?
23
A
dreiunszwanzigte
B
dreiundzwanzigste
Slide 16 - Quizvraag
Hoe schrijf 2021
Slide 17 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
persoonlijk voornaamwoorden naamvallen
Oktober 2024
- Les met
46 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, vwo
Leerjaar 3
herhaling vaste voorzetsels en persoonlijk voornaamwoord 4vwo
Oktober 2022
- Les met
15 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3,4
herhaling vaste voorzetsels en persoonlijk voornaamwoord 4vwo
Oktober 2024
- Les met
15 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3,4
Personalpronomen Nominativ / Akkusativ / Dativ
April 2024
- Les met
31 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
HET PERSOONLIJK VOORNAAMWOORD
September 2021
- Les met
28 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Präpositionen und Personalpronomen 3. und 4. Fall
Juni 2023
- Les met
33 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
Präpositionen und Personalpronomen 3. und 4. Fall
Juni 2023
- Les met
37 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
Personalpronomen Nominativ / Akkusativ / Dativ
Oktober 2021
- Les met
20 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2