In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
10.4 Voortplanting met bloemen
Hier les 9
Slide 1 - Tekstslide
Hoe denk je dat bloemen voortplanten? Leg uit in 2 regels.
Slide 2 - Open vraag
Slide 3 - Video
Hoe noem je bloemen die alleen meeldraden hebben?
A
Mannelijke bloemen
B
Eenslachtig
C
Vrouwelijke bloemen
D
Tweeslachtig
Slide 4 - Quizvraag
14. Hebben zaadplanten bloemen?
A
Ja
B
Nee
Slide 5 - Quizvraag
Welke bloemen van de brandnetel kunnen zich tot vruchtjes ontwikkelen? (voor informatie zie plaatje)
A
mannelijke bloemen
B
vrouwelijke bloemen
C
mannelijke en vrouwelijke bloemen
Slide 6 - Quizvraag
Nadat de planten hebben gebloeid veranderen de bloemen in...?
A
Zaden
B
Vruchten
C
Planten afval
D
Andere bloemen
Slide 7 - Quizvraag
Welke bloem is, of welke bloemen zijn een insectenbloem?
A
bloemen van plant 1
B
bloemen van
plant 1 en 2
C
bloemen van plant
1 en 2 en 3
D
geen van de bloemen
Slide 8 - Quizvraag
een plant heeft twee verschillende soorten bloemetjes: mannelijke en vrouwelijke. Wat is deze plant?
A
Tweeslachtige bloemen, Eenhuizige plant
B
Eenslachtige bloemen, Eenhuizige plant
C
Tweeslachtige bloemen, Tweehuizige plant
D
Eenslachtige bloemen,
Tweehuizige plant
Slide 9 - Quizvraag
Kunnen aan een kiemplant bloemen groeien?
A
Ja
B
Nee
Slide 10 - Quizvraag
Wat voor soort bloemen zijn dit?
A
Windbloemen
B
Insectenbloemen
Slide 11 - Quizvraag
De bloemen in de afbeelding zijn waarschijnlijk
A
Insectenbloemen
B
Windbloemen
Slide 12 - Quizvraag
Waar wordt glucose opgeslagen
A
Bladeren
B
Wortels
C
Stengels
D
Bloemen
Slide 13 - Quizvraag
Via welke manier van verspreiding kunnen zaden meestal het verste weg komen?
A
Via verspreiding door de wind
B
Via verspreiding door dieren
C
Via verspreiding door zichzelf
D
Allemaal even ver
Slide 14 - Quizvraag
De vruchten zijn kleverig Verspreiding door:
A
de plant zelf
B
dieren
C
de wind
D
zulke vruchten bestaan niet
Slide 15 - Quizvraag
De vruchten hebben haakjes. Verspreiding door:
A
de plant zelf
B
dieren
C
de wind
D
zulke vruchten bestaan niet
Slide 16 - Quizvraag
De vruchten hebben pluis Verspreiding door:
A
de plant zelf
B
dieren
C
de wind
D
zulke vruchten bestaan niet
Slide 17 - Quizvraag
De vruchten hebben een vleugel Verspreiding door:
A
de plant zelf
B
dieren
C
de wind
D
zulke vruchten bestaan niet
Slide 18 - Quizvraag
Zet de stappen van de levensloop van een plant op de juiste volgorde
Ontstaan van vruchten en zaden
Ontkieming
Bloei
Bestuiving
Groei
Zaadverspreiding
Bevruchting
Slide 19 - Sleepvraag
De zaadlobben bevatten
A
zetmeel voor de groei van de plant boven de grond
B
zetmeel voor de zaadhuid
C
zetmeel voor het kiemen
D
zetmeel voor de bevruchting
Slide 20 - Quizvraag
INSECTEN-
BLOEM
WIND-
BLOEM
Groot en opvallend gekleurd
nectar
stuifmeelkorrels plakkerig
lichte stuifmeelkorrels
helmknoppen diep in de bloem
helmknoppen hangen buiten de bloem
veel suifmeel
klein en groen
stempels hangen buiten de bloem
weinig stuifmeel
Slide 21 - Sleepvraag
Sleep naar de goede plaats
stempel
Bloem bodem
stijl
Vrucht beginsel
Eicel
Zaad beginsel
Slide 22 - Sleepvraag
Kelkbladeren
Kroonbladeren
Bloembodem
Nectarkliertjes
Andere delen van de bloem zitten hier op vast
Groene blaadjes die de bloem beschermen
Hier wordt nectar gemaakt
Gekleurde bloemblaadjes
Slide 23 - Sleepvraag
Ok, even samenvatten. Noem 10 begrippen van deze paragraaf.
Slide 24 - Open vraag
begrippenlijst
Vergeet je deze niet te maken? Zonde als het op het laatste moment nog moet. Kijk ook bij bestanden voor het boek en de begrippenlijst met kennen/kunnen lijstje