3V 1-2

Welkom!
Meld je vast aan bij LessonUp
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Meld je vast aan bij LessonUp

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Herhaling vorige week
Formatieve toets donderdag (geen zorgen, puur voor jezelf)
Uitleg nieuwe stof
Enquête invullen
Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Hoe heet de dichtvorm van het gegeven gedicht?

Slide 3 - Tekstslide

Een eendagsvlieg uit de Vogezen
Zat in zijn memoires te lezen
Hij schrok toen hij het zag
't Is nog maar kort dag
Een weekdier, dat wil ik graag wezen
A
Haiku
B
Twittergedicht
C
Limerick
D
Ollekebolleke

Slide 4 - Quizvraag

Geluid van water
de wind raast over het land
je hoort de stilte
A
Haiku
B
Twittergedicht
C
Limerick
D
Ollekebolleke

Slide 5 - Quizvraag

Welke regel hoort er NIET bij een rondeel
A
Er zijn maar twee rijmklanken
B
Verschillende regels zijn gelijk aan elkaar
C
Er komt een duidelijke wending voor in het gedicht
D
Het bevat acht of dertien regels

Slide 6 - Quizvraag

Wat is GEEN verschil tussen een shakespearesonnet en een Italiaans sonnet
A
Het rijmschema
B
De opbouw van strofen
C
De plek van de wending
D
Het aantal dichtregels

Slide 7 - Quizvraag

Formatieve toets
Donderdag houden we een formatieve toets in de vorm van een quiz. 

Dit is niet voor een letter of voor op Magister, maar puur voor jezelf. Morgen verschijnt er een samenvattende PowerPoint op Magister, deze kun je gebruiken ter voorbereiding.

Slide 8 - Tekstslide

Vorige week hebben we het gehad over poëzie, deze week hebben we het weer over fictie

Slide 9 - Tekstslide

Uitleg fictie: beoordelen
Boeken worden vaak beoordeeld door middel van recensies. Deze recensies verschijnen soms in de krant of op de achterkant van het boek.

'Adembenemend spannend en direct meeslepend. Aanrader!' - De Volkskrant *****


Slide 10 - Tekstslide

Uitleg fictie: beoordelen
Als je een boek wilt beoordelen, is het de bedoeling dat je je mening geeft en deze met argumenten ondersteunt. 

Je kunt een boek op veel verschillende aspecten (kenmerken) beoordelen.

Bij elk aspect kun je beoordelingswoorden gebruiken. Vermijd woorden als leuk, mooi en goed. Die zijn weinigzeggend.

Slide 11 - Tekstslide

Uitleg fictie: beoordelen
Formuleer je beoordeling altijd zo dat iemand die het boek niet gelezen heeft direct denkt: ja dat is iets voor mij of nee, daar ga ik niet aan beginnen.

Een beoordeling is altijd subjectief

Slide 12 - Tekstslide

Uitleg: beoordelingswoorden

Slide 13 - Tekstslide

Origineel is een goed beoordelingswoord
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Mooi is een goed beoordelingswoord
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Een beoordeling is altijd objectief
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Maken: opdracht 3 van de scans. Dit staat klaar op Teams. 

Vul de enquête in van Kwaliteitscholen. Je hebt hiervoor een link gekregen in je leerlingenmailbox.

Slide 17 - Tekstslide

Vragen?
Als je nog vragen hebt, blijf je even hangen. 

Geen vragen? Dan mag je de meeting verlaten en aan het werk.

Slide 18 - Tekstslide