In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
- Nieuws
- Herhaling alle woordsoorten
- Oefenen!
Deze woordsoorten moet je kennen en kunnen benoemen in een zin:
Bepaald lidwoord (blw), onbepaald lidwoord (olw), zelfstandig naamwoord (zn), zelfstandig naamwoord (zn), bijvoeglijk naamwoord (bn), stoffelijk bijvoeglijk naamwoord (sbn), persoonlijk voornaamwoord (pers. vnw.), bezittelijk voornaamwoord (bez. vnw.), hulpwerkwoord (hww), zelfstandig werkwoord (zww).
Bepaalde lidwoorden: de/het
Onbepaald lidwoord: een
De is altijd een lidwoord
Het is alleen een lidwoord als het bij een zelfstandig naamwoord hoort
Een is alleen een lidwoord als je het uitspreekt als 'un'
Mensen, dieren, dingen, planten, gevoelens, etc.
1. Je kunt er de, het of een voor zetten
2. Het heeft vaak een verkleinwoord
3. Het heeft vaak een meervoud
Namen van mensen/bedrijven/plaatsen/etc.
Te herkennen aan een hoofdletter
Jan, Lyceum Elst, Arnhem, Nike
Niet alle woorden met een hoofdletter zijn een zelfstandig naamwoord eigennaam
1. Soms krijgt een woord een hoofdletter, omdat het aan het begin van de zin staat.
2. Soms krijgt een bijvoeglijk naamwoord een hoofdletter, omdat het is afgeleid van een plaats: de Amerikaanse auto.
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord
Het mooie eendje zwemt in de gracht.
De eend is mooi (een BN kan dus ook achter het ZN staan)
Een bijvoeglijk naamwoord kun je ook weglaten:
Het eendje zwemt in de gracht.
Het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het materiaal waarvan iets gemaakt is en eindigt vaak op -en
De gouden ring
Maar: de plastic tas (zonder -en)
Wijst een persoon aan
Ik, je, jij, hij, zij, hem, haar, etc.
Geeft aan dat iets in het bezit van iemand is
Staat voor een zelfstandig naamwoord
Dat is mijn idee
Ik geef jullie jullie boeken terug
Welke 'jullie' is persoonlijk en welke bezittelijk?
Als je twijfelt tussen persoonlijk en bezittelijk, vul je een mannelijk persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord in ter controle:
Ik geef jullie koffie - Ik geef hem koffie = persoonlijk
Wat is jullie leukste idee? - Wat is zijn leukste idee? = bezittelijk
Hulpwerkwoord
Zelfstandig werkwoord
Stap 1. Kijk hoeveel werkwoorden er in de zin staan
Stap 2. Zoek het belangrijkste werkwoord (welk werkwoord kun je niet weglaten?)
Wel in het rijtje: ZWW of KWW
Stap 4. Gaat het om een handeling of een eigenschap/toestand, DOE je iets of BEN je iets?
Handeling > belangrijkste ww is een ZWW
Eigenschap/toestand > belangrijkste ww is een KWW
Stap 5. Alle overige werkwoorden zijn HWW
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.