Les 2 - Spreekvaardigheid, oefenen voor MO, uitspraak
On a besoin de quoi?
un stylo
un cahier
le livre A
pas d'ordinateur!
pas de portable!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1
In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
On a besoin de quoi?
un stylo
un cahier
le livre A
pas d'ordinateur!
pas de portable!
Slide 1 - Tekstslide
On a besoin de quoi?
un stylo
un cahier
le livre A
un ordinateur
pas de portable!
Slide 2 - Tekstslide
Aujourd'hui, on va:
Introduction: écouter / un peu de grammaire
Prononciation: ex. 11
Parler et écrire: ex. 17
Slide 3 - Tekstslide
On va...
...écouter la prof!
Slide 4 - Tekstslide
Pak je boom erbij!
Tu as des frères ou des soeurs?
Oui, j'ai ... frères (et) ... soeurs.
Ton frère(, il) a quel âge? // Ta soeur(, elle) a quel âge?
Mon frère / Ma soeur a ... ans
Il/elle s'appelle comment?
Il/elle s'appelle ...
Slide 5 - Tekstslide
Pak je boom erbij!
Tu as des oncles ou des tantes?
Oui, j'ai ... oncles (et) ... tantes.
Ton oncle(, il) a quel âge? // Ta tante(, elle) a quel âge?
Il a / Elle a ... ans.
Il/elle s'appelle comment?
Il/elle s'appelle ...
Slide 6 - Tekstslide
frère (jouw broer)
soeur (jouw zus)
frères et soeurs (jouw broers en zussen)
ton
ta
tes
mon
ma
mes
Slide 7 - Sleepvraag
J' (ik heb)
Tu (jij hebt)
Il, elle (hij/zij heeft)
Ton frère (Jouw broer heeft)
ai
as
a
a
ont
avons
avez
Slide 8 - Sleepvraag
Wat hebben we nu geleerd...
... over de bezittelijk voornaamwoorden?
... over het werkwoord hebben?
Slide 9 - Tekstslide
Est-ce qu'on va...
...écouter la prof?
...travailler en silence?
... ou travailler ensemble?
Slide 10 - Tekstslide
On va...
...écouter la prof!
Slide 11 - Tekstslide
drive.google.com
Slide 12 - Link
Welke klanken kennen we nu al?
Nieuw:
an - Jean; grand
en - enfant; parent
in - cousin; Tintin
on - garçon; bonjour
e - le ; de ; me
é - bébé
è - père, frère
ê - fête
ai - j'ai ; pair, français
au - au revoir; chaud
oeu - soeur, manoeuvre
oi - froid, moi
ou - où, bonjour
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Instruction
Quoi: ex. 17 à l'écrit
Comment: Kies twee andere personen uit ex. 17 en maak het tekstje na dat ik op het bord heb voorgedaan. Let heel goed op: is het mannelijk of vrouwelijk (il of elle? son of sa?)
Le but: Kunnen opschrijven hoe iemand heet, hoe oud hij is, waar hij woont (ook de straat), in welke klas en wie zijn beste vriend is