Licht paragraaf 3

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkom

Telefoon in telefoontas

Schrift/boek/pen/potlood/geodriehoek/rekenmachine op tafel

Jassen uit

Petten af

Vragen over het huiswerk?

Er waren veel opdrachten, dus wat vragen kan ik mij voorstellen!

 

Deze les(sen)

Oefening uit paragraaf 2

Extra info paragraaf 2

Aan het eind van deze les weet je wat;

• verschillende lichtbundels zijn
• Wat convergeren/divergeren is
• wat een brandpunt is en waar je die kan vinden

 

Extra info over paragraaf 2

We hadden het over het spiegelbeeld

Dit was in "spiegelbeeld land" zoals ik dat noemde

Wij noemen dit een virtueelbeeld

Ook moeten wij weten wat de beeldafstand (b) en voorwerpsafstand (v) is

Soorten lichtbundels

Tekenregel, alleen buitenste lichtstralen

Lichtbundels veranderen: de bolle lens

De holle lens

Het brandpunt

Als er een evenwijdige lichtbundel in een bolle lens komt, dan gaat al het licht door het brandpunt (F).

Hoe sterker de lens, hoe kleiner de brandpuntsafstand(f)

Lenssterkte

De lenssterkte hangt dus af van de lenssterkte

De lenssterkte (S) meten wij in dioptrie (dpt). Dit ken je, maar gebruik je nooit.

Om de lenssterkte te berekenen moet je de

 brandpuntsafstand (f) weten, de brandpuntsafstand is in meters!

Lenssterkte

Je berekent de lenssterkte op de volgende manier:

Oefenopdracht

Het menselijk oog heeft een bolle lens voor de iris.

Het menselijk oog is gemiddeld ongeveer 2,0 cm diep

Bereken de lenssterkte van een gemiddeld* oog

*De lenssterkte verandert afhankelijk van waar je naar kijkt

Oefenopdracht

Het menselijk oog heeft een bolle lens voor de iris.

Het menselijk oog is gemiddeld ongeveer 2,0 cm diep

Bereken de lenssterkte van een gemiddeld* oog

f = 2 cm = 0,020 m (moet in meter)

S = 1 / 0,020 = 50 dpt

Brandpunt van een holle lens

In een holle lens lijken de lichtstralen uit één punt te komen.

Als je deze lichtstralen doortekent, dan kom je bij het brandpunt uit. 

Dan is de brandpuntsafstand negatief.

En de sterkte dan ook!

(reken maar uit!)

Nu maken opdrachten paragraaf  3

Opdrachten 26, 27, 29, 33, 34, 37 en 38 van paragraaf 3 blz 53

Klaar? lees paragraaf 4

Toets bespreken

Doe letterlijk alles van tafel

pen in de buurt van je toets = geen "extra" punten

Stel alleen vragen die relevant zijn voor iedereen

Als je vraag begint met: "bij mij..." dan is het geen goede vraag