3 ‘Basis Budget’ is de goedkoopste: je krijgt je kosten alleen bij een beperkt aantal ziekenhuizen en zorgverleners vergoed.
‘Basis Exclusief’ is de duurste: je krijgt bij alle ziekenhuizen en zorgverleners je kosten vergoed.
‘Basis Zeker’ zit daar tussenin.
Slide 4 - Tekstslide
4 Basisverz. Basis Zeker: 126,95×2 = € 253,90
Aanv. verzekering: Evi ** (28 jr.): € 18,50
Olivia ** (31 jr): € 19,75
Tandartsverzekering: Evi ** (28 jr.): € 19,50
Olivia * (31 jr): € 15,25
Totaal per maand: € 326,90
Slide 5 - Tekstslide
5a Samen verdienen ze 2.500+500 = € 3.000,- € 3.000 × 12 = € 36.000,- per jaar. Daarmee blijven ze onder het maximaal jaarinkomen.
Hun spaargeld van € 15.000 is minder dan het maximaal vermogen van € 145.136.
Ze hebben dus recht op zorgtoeslag.
Slide 6 - Tekstslide
5b Olivia verdient in haar eentje € 2.500,- per maand = € 2.500 × 12 = € 30.000,- per jaar.
Dat is meer dan het maximaal jaarinkomen, dus heeft ze geen recht op zorgtoeslag.
Slide 7 - Tekstslide
6a Met een standaard eigen risico van € 385,- is de premie € 127,- per maand.
Met een eigen risico van € 885,- is de premie
€ 107,- per maand.
Het verschil is € 127 – € 107 = € 20,- per maand = € 20 × 12 = € 240,- per jaar.
Slide 8 - Tekstslide
6b Het verschil in eigen risico is € 500,-
€ 500 ÷ € 20 = 25; dus na 25 maanden heeft Evi genoeg bespaard op haar premie om de mogelijke extra kosten van het verhoogde eigen risico te kunnen betalen.
Slide 9 - Tekstslide
7a € 350 – € 215 = € 135,-
135 ÷ 215 × 100% = 62,8% hoger.
b € 385 – € 150 = € 235
235 ÷ 150 × 100% = 156,7% gestegen.
8 Als je voor de huisarts zou moeten betalen, zouden mensen met weinig geld niet gauw naar de huisarts gaan. Dat kan nadelige gevolgen voor hun gezondheid hebben.
Slide 10 - Tekstslide
9a Door het eigen risico heb je kosten voor de eerste keren medische zorg. Mensen met een laag inkomen willen dan misschien niet of nauwelijks gebruikmaken van zorg.
b Als je echt zorg nodig hebt, wil je daar best wat voor betalen, ook als je een laag inkomen hebt. Door het eigen risico maken mensen niet voor een kleinigheidje gebruik van de zorgverlening.
Slide 11 - Tekstslide
10a Vooral met de aanvullende verzekering kunnen ze concurreren omdat elke verzekeraar daarbij kan bepalen wat wel of niet vergoed wordt. Bij de basisverzekering ligt het verzekeringspakket vast.
b Als iemand een heel slecht gebit heeft, kan de verzekeraar hem weigeren, want dan staat van tevoren al vast dat de kosten hoog gaan worden. Er is dan geen sprake meer van een onzeker voorval.
Slide 12 - Tekstslide
11a Bijvoorbeeld:
- Laagopgeleide mensen weten vaak minder over gezondheid en gezond voedsel dan hoogopgeleiden.
- Laagopgeleiden hebben vaak een lager inkomen. Hierdoor kunnen ze niet altijd van dure zorg gebruikmaken of gezonder en duurder eten kopen.
b Hoogopgeleiden. Die zijn meestal gezonder. Hierdoor hoeven verzekeraars voor hen minder zorgkosten te vergoeden.
c Bij de basisverzekering is solidariteit het uitgangspunt. Verzekeraars moeten iedereen accepteren en mogen geen onderscheid maken tussen mensen met kans op veel of weinig zorgkosten.