B3 - Theme 3 - Vocabulary A + B

Zorg dat niemand op je scherm mee kan kijken. Zorg er ook voor dat je het Smartboard goed kunt zien.
Test vocabulary Theme 3 A + B
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Zorg dat niemand op je scherm mee kan kijken. Zorg er ook voor dat je het Smartboard goed kunt zien.
Test vocabulary Theme 3 A + B

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de Engelse vertaling van het woord: beschrijven
A
describe
B
detribe
C
decribe
D
descripe

Slide 2 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van het woord: lekke band
A
flat tire
B
flattire
C
flat tyre
D
flattyre

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van het woord: dief
A
thieve
B
thief
C
thiefe
D
thiev

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van het woord: pruik
A
hairpiece
B
bush
C
hair
D
wig

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van het woord: vingerafdruk
A
fingersprint
B
fingerprint
C
finger print
D
fingerstamp

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van het woord: zakkenroller
A
pickpocket
B
pick pocket
C
pickpoket
D
jacketroller

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van het woord: getuige
A
innocent
B
viewer
C
best man
D
witness

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van het woord: winkeldief
A
shoplifter
B
stealer
C
shopthief
D
shopmaniac

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van het woord: gevangenis
A
prisson
B
school
C
prison
D
primson

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de Engelse vertaling van het woord: schuldig
A
quilty
B
gailty
C
gulty
D
guilty

Slide 11 - Quizvraag