Herhaling 3.1 & 3.2

Aardrijkskunde 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Aardrijkskunde 

Slide 1 - Tekstslide

Beschrijf in één woord je vakantie

Slide 2 - Woordweb

Vandaag:
Herhaling paragraaf 3.1 & 3.2

Waterkringloop & Waterbalans

Slide 3 - Tekstslide

Water in beweging 
Water is voortdurend in beweging.
- Korte waterkringloop
- Lange waterkringloop

Slide 4 - Tekstslide

Korte Waterkringloop
1) Water verdampt uit de zee
2) Water stijgt op en koelt af in de wolken
3) Water valt als neerslag terug in de zee


Slide 5 - Tekstslide

Lange Waterkringloop
1) Water verdampt uit de zee
2) Water stijgt op en koelt af in de wolken
3) Water valt als neerslag (regen/sneeuw) boven land
4) Water komt in ijskappen, grondwater of meren terecht
5) Water stroomt langzaam (duizenden/miljoenen jaren) terug naar zee

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de korte waterkringloop?
A
De waterkringloop boven een rivier
B
De waterkringloop op een berg
C
De waterkringloop boven zee
D
De waterkringloop boven een stad

Slide 7 - Quizvraag

Verschillende soorten water:

Zoet/Zout
Oppervlakte/Grond

Slide 8 - Tekstslide

Zoetwater: ''Water waar weinig zout in is opgelost, drinkwater is zoetwater.''

Zoutwater: ''Water waar veel zout in is opgelost, zeewater is zoutwater.''

Slide 9 - Tekstslide

Oppervlaktewater: ''Water dat je kan zien, zoals meren, rivieren, sloten en zeeën.''

Grondwater: ''Water dat niet zichtbaar is omdat het in de grond en in gesteenten getrokken is.''


Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Waterbalans van Nederland

Slide 12 - Tekstslide

Hoe komt een gebied aan water?
1)  Neerslag
2) Aanvoer uit andere gebieden
3) Aanvoer van fossiel water

Slide 13 - Tekstslide

Hoe gaat water een gebied uit?
1)  Uitstroom (rivier stroomt in de zee)
2) Verdamping
3) Mensen gebruiken het voor consumptie

Slide 14 - Tekstslide

Binnenkomen: Neerslag
- Zeer ongelijk verdeeld
         - Nederland 660m3 per inwoner
         - Egypte 50m3 per inwoner



- Nuttige neerslag: '' Verschil tussen neerslag en verdamping, dus wat je aan water overhoudt.''

Slide 15 - Tekstslide

Nuttige neerslag
Wordt gebruikt door alles wat op aarde leeft en verdwijnt in de grond door infiltratie.


Infiltratie: ''Het in de grond indringen van water

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Binnenkomen: Aanvoer rivier

Slide 18 - Tekstslide

Binnenkomen: Fossiel water
Fossiel water: ''Water in de grond dat stamt uit veel eerdere tijden''
Aquifer: ''Waterhoudende laag in de ondergrond''

Slide 19 - Tekstslide

Op welke drie manieren komt water ons land binnen?

Slide 20 - Open vraag

Uitgaan: Verdampen

Slide 21 - Tekstslide

Uitgaan: Uitstromen

Slide 22 - Tekstslide

Uitgaan: Verbruik

Slide 23 - Tekstslide

Op welke drie manieren gaat water ons land uit?

Slide 24 - Open vraag

Duurzaam waterbeheer
''Waterbeheer waarbij alleen de voorraad vernieuwbaar water wordt gebruikt''

Slide 25 - Tekstslide

twee soorten water:
Vernieuwbaar water: ''Water dat in het tempo aangevuld wordt waarmee het gebruikt wordt (Of sneller)''

Niet-vernieuwbaar water: ''Water dat niet, of maar heel langzaam wordt bijgevuld waardoor het opraakt als er teveel van gebruikt wordt.''

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht:
Maak je eigen grafiek(en) waarin de verdeling van water op de wereld duidelijk wordt.

Maak hierin onderscheid tussen:
- Zout water
- Zoet water
- Zoet water in ijs
- Zoet grondwater
- Zoet oppervlaktewater



Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide