10.4 - Ziek van de liefde H2

Hoofdstuk 10 - Je verandert

8.1 Opgroeien
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 10 - Je verandert

8.1 Opgroeien

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 10 - Je verandert
10.1 - Opgroeien
10.2 - Puberteit
10.3 - Relaties
10.4 - Ziek van de liefde
10.5 - Samenhang - De schoolarts

Slide 2 - Tekstslide

10.2 / 10.3
Herhaling

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn geslachtskenmerken?
A
de lichamelijke kenmerken waaraan je het geslacht herkent.
B
de lichamelijke kenmerken waaraan je een persoon herkent.
C
de lichamelijke veranderingen die ontstaan tijdens de puberteit

Slide 4 - Quizvraag

Zijn de schaamlippen van de vrouw een primaire geslachtskenmerk of een secundaire geslachtskenmerk?
A
Primaire geslachtskenmerk
B
Secundaire geslachtskenmerk

Slide 5 - Quizvraag

Wat voor geslachtskenmerk is schaamhaargroei?
A
Primair
B
Secundair

Slide 6 - Quizvraag

NR 1: Mee-eters en jeugdpuistjes samen noen je Acne

NR 2: Mee-eter ontstaat als de poriën afgesloten raken doordat de huid veel talg produceert.
A
1= juist 2= juist
B
1=onjuist 2=onjuist
C
1= onjuist 2=juist
D
1= juist 2=onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Wat is acne?
A
Acne is hetzelfde als talg
B
Acne is hetzelfde als jeugdpuistjes
C
Acne is hetzelfde als zweet
D
Acne is hetzelfde als bacteriën

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een transgender?

Slide 9 - Open vraag

Het mannelijk geslachtshormoon is...
A
testosteron
B
oestrogeen

Slide 10 - Quizvraag

10.4 - Ziek van de liefde

Slide 11 - Tekstslide

Doelen van de paragraaf
Je kan uitleggen wat soa’s zijn
Je weet hoe je soa’s kan krijgen
Je weet welke soorten soa’s je hebt
Je kan uitleggen hoe je soa’s kan voorkomen
Je weet wat je moet doen als je een soa hebt

Slide 12 - Tekstslide

SOA

Slide 13 - Woordweb

SOA
Seksueel overdraagbare aandoening
Geslachtsziekte
Veroorzaakt door virussen, bacteriën of schimmels

Slide 14 - Tekstslide

SOA
Hoe krijg je een soa?
- Vaginale geslachtsgemeenschap
- Anale geslachtsgemeenschap
- Orale geslachtsgemeenschap
- Via het bloed (hepatitis, aids, syfilis)
- Kleding/handdoeken (schaamluis, genitale wratten)


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Soa’s voorkomen
Veilige seks (condoom)
Geen gebruikte naalden gebruiken
Bloedcontact vermijden met besmette personen

Slide 17 - Tekstslide

Een soa, en nu?
Soa-test -> Bij huisarts of soa-centrum
Slijm- of bloedafname
Wordt door verzekering vergoed -> is dus ‘gratis’
Soa-test bij drogist of online kopen? Slecht plan -> onbetrouwbaar

Heb je een soa? Vertel het je vriend/vriendin of andere mensen met wie je seksueel contact hebt gehad
Zij kunnen zich dan ook laten testen



Slide 18 - Tekstslide

AIDS
Op de volgende slide staat een aantal vragen over AIDS. 
Beantwoord alle vragen zo duidelijk mogelijk. 
Maak hiervoor gebruik van het internet.
Voorbeelden van websites die je kunt gebruiken:
www.aidsfonds.nl
www.soaaids.nl/nl

Slide 19 - Tekstslide


1. Wat is het verschil tussen HIV en AIDS?
2. Waar staat de afkorting HIV voor?
3. Waar staat de afkorting AIDS voor?
4. Op welke manieren kun je HIV oplopen?
5. Hoe kom je erachter dat je HIV hebt?
6. Hoelang is de incubatietijd van AIDS?
7. Hoe ziet een behandeling tegen AIDS eruit?
8. Waarom komt AIDS het meest voor in Afrika? 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Vragen

Slide 22 - Tekstslide

Elke SOA kan dodelijk zijn
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Een SOA gaat vanzelf weer over
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Van orale seks (met de mond) kun je een SOA krijgen
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Door coïtus interruptus (voor het zingen de kerk uit) voorkom je het overdragen van een SOA
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quizvraag

Een SOA komt altijd door een bacterie of een virus
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Als je het AIDS-virus (HIV) in je lichaam hebt, hoef je nog geen AIDS te hebben
A
juist
B
onjuist

Slide 28 - Quizvraag

Als je de pil slikt, kun je geen SOA's krijgen
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Als je met iemand zoent die HIV heeft, kun je ook HIV krijgen
A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quizvraag

Van welke SOA's
kun je onvruchtbaar worden?
A
Aids en Chlamydia
B
Gonorroe en Chlamydia
C
Aids, Gonnoroe, Syfilis en Chlamydia
D
Alleen Aids

Slide 31 - Quizvraag

Wat is de meest voorkomende SOA in Nederland?
A
AIDS
B
Chlamydia
C
Gonorroe
D
Syfilis

Slide 32 - Quizvraag

Aan het werk
Maken: alle opdrachten van 10.4

Leren: 10.1 - 10.4

Slide 33 - Tekstslide