Voorbeeld 1:Je fietst naar een klasgenoot die 10 km verderop woont. Je doet daar een half uurtje over (0,5 uur).
1. Wat is je gemiddelde snelheid in km/u?
Gemiddelde snelheid = afstand : tijd
Gemiddelde snelheid = 10 (km) : 0,5 (u) = 20 km/u
2. Wat is je gemiddelde snelheid in m/s?
Afstand = 10 km = 10 x 1000 = 10000 m
Tijd = 0,5 uur = 0,5 x 60 (min) x 60 (s) = 1800 s
Gemiddelde snelheid = 10000 : 1800 = 5,55 m/s
of
20 km/u = ... m/s
20 km = 20 x 1000 = 20000 m
1 uur = 60 (min) x 60 (sec) = 3600 s
Gemiddelde snelheid = afstand : tijd = 20000 : 3600 = 5,55 m/s