Examentraining tl4 - Signaalwoorden

8 Minuten

maak de opdrachten
samen! 

Lückentext
Wortsalat 


Examentraining 
timer
10:00
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

8 Minuten

maak de opdrachten
samen! 

Lückentext
Wortsalat 


Examentraining 
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Antworten Wortsalat
  1. zuverlässig                                     14. gestern
  2. weil                                                     15. erreichen
  3. wichtig                                              16 erwarten
  4. schlimm
  5. schwierig
  6. freundlich
  7. selbstständig
  8. Erlaubnis
  9. Unterricht
  10. langweilig
  11. beruflich
  12. Achtung
  13. Leidenschaft

Slide 2 - Tekstslide

Antworten fill in the blanks

Slide 3 - Tekstslide

Examentraining vmbo-tl
Signaalwoorden en hun functie

Slide 4 - Tekstslide

Examentraining vmbo-tl
Signaalwoorden zijn belangrijke - zo niet de belangrijkste woorden - in teksten. Ze geven de structuur van een tekst weer. Vaak staat bij cito-examens het antwoord achter (of in de buurt van) een signaalwoord. 

Let op! Ook dubbele punten (:) zijn 'signaalwoorden' (daar staat ook vaak een antwoord).

Slide 5 - Tekstslide

Examentraining vmbo-tl
Opdracht
  • Je krijgt een signaalwoordenlijst. 
  • Neem 15 minuten de tijd om de woordenlijst te oefenen (Duits-Nederlands).  Blz 230/231/232  ( groene nummers  4/5/6/7/8/9) 
  • Tip: Leer niet alleen de betekenis, maar ook de functies van de signaalwoorden!
  • Er volgt nu een aantal vragen naar de betekenis van de signaalwoorden.
timer
15:00

Slide 6 - Tekstslide

Wat betekent?

obwohl
A
hoewel
B
namelijk
C
vooral
D
vandaar

Slide 7 - Quizvraag

Wat betekent?

außerdem
A
daarentegen
B
bovendien
C
vandaar
D
namelijk

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent?

schließlich
A
per slot van rekening
B
hoewel
C
om te bereiken dat
D
inderdaad

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent?

nicht nur...sondern auch
A
niet...maar
B
per slot van rekening
C
als gevolg daarvan
D
niet alleen... maar ook

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent?

zusätzlich
A
inderdaad
B
daar komt bij, daarnaast
C
dus, daarom
D
bijvoorbeeld

Slide 11 - Quizvraag

Wat betekent?

denn
A
desondanks
B
want
C
dus
D
ook

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent?

allerdings
A
al helemaal
B
bijvoorbeeld
C
echter
D
pas echt

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent?

jedenfalls
A
in elk geval
B
noch ... noch
C
zelfs
D
bijvoorbeeld

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent?

trotzdem
A
terwijl
B
eigenlijk
C
maar
D
desondanks

Slide 15 - Quizvraag

Wat betekent?

je...desto
A
niet... alleen...
B
noch... noch...
C
hoe (groter)... hoe (beter)...
D
zo... als...

Slide 16 - Quizvraag

Wat betekent:

zum Beispiel

Slide 17 - Open vraag

Wat betekent:

übrigens

Slide 18 - Open vraag

Wat betekent:

so... dass

Slide 19 - Open vraag

Wat betekent:

etwa

Slide 20 - Open vraag

Wat betekent:

eigentlich

Slide 21 - Open vraag

Wat betekent:

während

Slide 22 - Open vraag

Wat betekent:

deswegen

Slide 23 - Open vraag

Examentraining vmbo-tl
Opdracht

  • Er volgt nu een aantal vragen naar de functie van de signaalwoorden. 
timer
15:00

Slide 24 - Tekstslide

Welke functie heeft dit signaalwoord?

erstens / zweitens / drittens
A
opsomming
B
tegenstelling
C
gevolg/conclusie
D
versterking

Slide 25 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

folglich (als gevolg daarvan)
A
tegenstelling
B
uitbreiding
C
vergelijking
D
reden / oorzaak

Slide 26 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

stattdessen (in plaats daarvan)
A
tegenstelling
B
opsomming
C
gevolg / conclusie
D
voorbeeld

Slide 27 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

nämlich (namelijk)
A
uitbreiding/ opsomming
B
reden/ oorzaak
C
gevolg/ conclusie
D
beperking

Slide 28 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

zumal (vooral omdat)
A
versterking
B
uitbreiding/ opsomming
C
tegenstelling
D
beperking

Slide 29 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

zusätzlich (daar komt bij, daarnaast)
A
voorbeeld geven
B
vergelijken
C
extra informatie
D
opsomming/ uitbreiding

Slide 30 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

zwar...aber / zwar...doch (weliswaar...maar)
A
uitbreiding/ opsomming
B
reden/ oorzaak
C
tegenstelling
D
voorbeeld geven

Slide 31 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

demnach (dus, daarom)
A
gevolg/ conclusie
B
extra informatie
C
tegenstelling
D
voorbeeld geven

Slide 32 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

in Bezug auf (met betrekking tot)
A
versterking
B
voorbeeld geven
C
beperking
D
tegenstelling

Slide 33 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

dagegen, hingegen (daarentegen)
A
uitbreiding/ opsomming
B
voorbeeld geven
C
gevolg/ conclusie
D
tegenstelling

Slide 34 - Quizvraag

Welke functie heeft dit signaalwoord?

je...desto
A
tegenstelling
B
reden/ oorzaak
C
gevolg/ conclusie
D
uitbreiding/ opsomming

Slide 35 - Quizvraag

Examentraining vmbo-tl
Opdracht
  • Geef in de volgende zinnen aan wat het signaalwoord is, welke betekenis het woord heeft én welke functie het signaalwoord heeft. Doe dit als volgt: 

Das Büro ist jeden Tag geöffnet, außer sonntags. 
Antw: außer = behalve = tegenstelling 

Slide 36 - Tekstslide

Signaalwoord - betekenis NL - functie

Die Miete ist plausibel, außerdem ist die Lage perfekt.

Slide 37 - Open vraag

Signaalwoord - betekenis NL - functie

Wir haben den Tag nicht genossen, weil das Wetter so schrecklich war.

Slide 38 - Open vraag

Signaalwoord - betekenis NL - functie

Ich habe immer noch nicht mein Zimmer fertig sauber gemacht, obwohl mich meine Mutter ständig dazu auffordert.

Slide 39 - Open vraag

Signaalwoord - betekenis NL - functie

Sie kann wundervoll singen und spielt außerdem noch Flöte und Klavier.

Slide 40 - Open vraag

Signaalwoord - betekenis NL - functie

Sie war eine große Spielerin, trotz ihres Alters.

Slide 41 - Open vraag

Signaalwoord - betekenis NL - functie

Ihr Auto ist größer und deswegen komfortabler.

Slide 42 - Open vraag

Examentraining vmbo-tl
Opdracht
  • Maak de examens 2015-I & 2015-II op www.eindexamensite.nl af. 
  • Oefen de signaalwoordenlijst (D-N) inclusief functie!

Slide 43 - Tekstslide

Signaalwoord - betekenis NL - functie

In vielen Ländern, zum Beispiel in Japan und Mexiko, gibt es viele Erdbeben.

Slide 44 - Open vraag

Wat betekent:

indem

Slide 45 - Open vraag

Wat betekent?

in Bezug auf
A
derhalve, daarom
B
met betrekking tot
C
bijvoorbeeld
D
vooral omdat

Slide 46 - Quizvraag