Les 4 - Reclametekst - Overhalende tekst -Schrijven - blok 5

Nederlands
slagzin en artikel schrijven
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederlands
slagzin en artikel schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel - reclametekst
Na deze les kun je uitleggen wat een slagzin en figuurlijk taalgebruik is
en waarom dit veel gebruikt wordt in reclameteksten.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slagzin
Een slagzin is een korte en krachtige zin die lekker loopt. Zo’n zin vat kort samen waar een bedrijf of organisatie voor staat en welk beeld ze willen afgeven.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weet je zelf ook een slogan/slagzin
uit een reclametekst?
Typ hem hier...

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Figuurlijk taalgebruik

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Figuurlijk

taalgebruik

Dat heb je goed bekeken.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Figuurlijk taalgebruik wordt letterlijk genomen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke zin is het woord letters figuurlijk gebruikt?
A
Voordat je het contract leest, moet je de kleine letters lezen.
B
Het alfabet bestaat uit 26 letters.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Letterlijk of figuurlijk?
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Letterlijk of figuurlijk?

Een zoet kind.
A
letterlijk
B
figuurlijk

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Letterlijk of figuurlijk?

Een stalen spijker.
A
letterlijk
B
figuurlijk

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies uit: letterlijk, figuurlijk of een taalgrapje

Sandra krijgt alles wat ze wil hebben, ze is over het paard getild
A
letterlijk
B
figuurlijk
C
taalgrapje

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Figuurlijk of letterlijk?
Ik heb een gat in mijn hand.
A
figuurlijk
B
letterlijk

Slide 17 - Quizvraag

Betekent: ik ben er kapot van 
Kernmerken reclametekst
Doel reclametekst: overhalen/aansporen iets te gaan kopen/doen.
  • Opvallende afbeelding;
  • Letters van de tekst zijn niet allemaal even groot;
  • De tekst is over het hele papier verdeeld;
  • Ook de taal is vaak opvallend: nieuwe (verzonnen) woorden, grapjes, overdreven, rijm, figuurlijk taalgebruik; 
  • Logo en slagzin.
Een reclametekst moet dus opvallen en je moet het makkelijk kunnen onthouden.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

presenteer je slagzin aan de klas

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijfopdracht artikel
Jouw school organiseert ieder jaar een slagzinwedstrijd voor studenten van de opleiding Helpende zorg en Welzijn. Jij hebt dit jaar meegedaan. Je schrijft een artikel voor de online mbo-krant om jouw ervaringen te delen met andere studenten.
lees de opdracht goed door en schrijf de tekst. Neem hiervoor ongeveer 20 minuten de tijd. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies