Hoe overleef ik mijn vakantie in Spanje - clase 7

Q-Highschool español
Las vacaciones - clase 7
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Q-Highschool español
Las vacaciones - clase 7

Slide 1 - Tekstslide

Programa de hoy
1. El tiempo atmosférico
2. Días, meses y estaciones
3. El tiempo cronológico (la hora)
4. Trabajar en la tarea final

Slide 2 - Tekstslide

El tiempo atmosférico
El tiempo cronológico
(la hora)

Slide 3 - Tekstslide

hace + zelfstandig naamw.

hace sol
hace calor
hace frío
hace viento
hace buen tiempo
hace mal tiempo


de zon schijnt
het is warm
het is koud
het waait
het is mooi weer
het is slecht weer

Slide 4 - Tekstslide

está + bijvoeglijk naamw.

está nublado
esta soleado


het is bewolkt
het is zonnig

Slide 5 - Tekstslide

losse werkwoorden

llover --> llueve
nevar --> nieva


la lluvia
la nieve 


regenen --> het regent
sneeuwen --> het sneeuwt


de regen
de sneeuw

Slide 6 - Tekstslide

¿Qué tiempo hace hoy?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Días de la semana

Slide 9 - Tekstslide

De datum in het Spaans
Es el (dag) de (maand) de (jaar)
- Es el 1 de enero de 1733
- Es el 7 de agosto de 2022
- Es el 14 de diciembre de 3054  

Slide 10 - Tekstslide

¿Qué día es hoy?

Slide 11 - Open vraag

¿Cuándo es tu cumpleaños?

Slide 12 - Open vraag

¿Qué hora es?
Es la 1 (una).

Son las 2 (dos).
Son las 3 (tres). 
Son las 4 (cuatro).

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

A = om / a qué hora = hoe laat
¿A qué hora desayunas? = Hoe laat ontbijt jij?
Desayuno a las siete y cuarto = Ik ontbijt om kwart over zeven.

¿A qué hora empieza la clase? = Hoe laat begint de les?
Empieza a las dos y media = Het begint om half drie.

Slide 15 - Tekstslide

¿Qué hora es?

Slide 16 - Open vraag

¿A qué hora vas a dormir?

Slide 17 - Open vraag

¿Qué prefieres?
Vacaciones de verano
Vacaciones de invierno

Slide 18 - Poll

¿Cuál es tu día de la semana favorito?
lunes
martes
miércoles
jueves
viernes

Slide 19 - Poll

¿Qué parte del día prefieres?
la mañana
la noche

Slide 20 - Poll

Welke woorden die te maken hebben met het onderwerp "tiempo" heb je onthouden?

Slide 21 - Woordweb