Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Chapitre 2 brugklas C'est si bon!
Bonjour!
1.Petite histoire avec Tintin
2. Quizvragen 'Au restaurant'
3. Phrases clés
4. être, avoir et les jours de la semaine
1 / 17
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
17 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Bonjour!
1.Petite histoire avec Tintin
2. Quizvragen 'Au restaurant'
3. Phrases clés
4. être, avoir et les jours de la semaine
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Wat zie je op het plaatje?
A
La carte
B
L'addition
C
Une entrée
Slide 8 - Quizvraag
Wat zie je op het plaatje?
A
un plat principal
B
un dessert
C
une boisson
Slide 9 - Quizvraag
Wat zie je op het plaatje?
A
l'assiette
B
l'addition
C
l'entrée
Slide 10 - Quizvraag
Een tafel voor twee personen, s.v.p.
Ik zou graag willen ...
Ik neem...
Als voorgerecht, neem ik...
Als hoofdgerecht, neem ik ...
Als toetje, neem ik...
Mag ik de rekening, s.v.p.?
Une table pour deux personnes, s.v.p.
Je voudrais...
Je prends...
Comme entrée, je prends...
Comme plat principal, je prends...
Comme dessert, je prends...
L'addition, s.v.p.
Slide 11 - Sleepvraag
Quelques phrases/Phrases cles C
Au restaurant
Slide 12 - Tekstslide
Zet in de juiste volgorde van een bezoek aan een terras
1
2
3
4
5
6
Un coca et un pizza, s'il vous plait.
Monsieur, l'addition s'il vous plait.
Bonjour!
De rien. Au revoir!
Monsieur, la carte s'il vous plait.
Merci et au revoir!
Slide 13 - Sleepvraag
Nog even wat herhaling
werkwoord être en avoir en de dagen van de week
Slide 14 - Open vraag
être
=
zijn
il/elle/on est
nous sommes
vous êtes
ils/elles sont
tu es
je suis
wij zijn
zij zijn (ml&vr)
ik ben
u bent & jullie zijn
jij bent
hij/zij/men is (wij zijn)
Slide 15 - Sleepvraag
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. zij heeft
B. zij hebben
C. men heeft
D. jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1. nous avons
2. tu as
3. ils ont
4. on a
5. vous avez
6. elle a
Slide 16 - Sleepvraag
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
Lundi
Mardi
Mercredi
Jeudi
Vendredi
Samedi
Dimanche
Slide 17 - Sleepvraag
Meer lessen zoals deze
Les 27 november BPC
November 2022
- Les met
14 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Au resto
November 2023
- Les met
34 slides
Frans
Middelbare school
vmbo b, k, mavo
Leerjaar 1,2
Faire du schopping 2021
Maart 2021
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Au restaurant handige zinnen
Mei 2022
- Les met
13 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
les 12-4
April 2024
- Les met
23 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
commander quelque chose
Oktober 2022
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
H3 taaldorp: le restaurant (introductie taaldorp)
Maart 2022
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Au restaurant
April 2023
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
mavo, vwo
Leerjaar 1