Domein G Risico en informatie

Domein G Risico en informatie
VWO 6
examenvoorbereiding 2022/2023
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Domein G Risico en informatie
VWO 6
examenvoorbereiding 2022/2023

Slide 1 - Tekstslide

Risicoaversie
De meeste mensen hebben een afkeer van risico. Dat betekent dat zij proberen risico’s te vermijden. We spreken in dat geval van risico aversie.
Uiteraard zijn er grote verschillen in de mate waarin iemand risico avers is. Iemand die zijn geld belegt in aandelen zal gemiddeld minder risico avers zijn dan iemand die zijn spaargeld veilig op een spaarrekening zet.
Andersom: iemand die sterk risico avers is, zal een hogere betalingsbereidheid hebben voor een verzekering. Met verzekering wordt het persoonlijke risico immer afgekocht.

Slide 2 - Tekstslide

Informatieasymmetrie
Er is sprake van asymmetrische informatie wanneer de ene partij over meer informatie beschikt dan de andere partij.

Bijvoorbeeld:
De directie van een NV zal over meer informatie beschikken over het bedrijf dan de aandeelhouders.
De verkoper van een tweedehands product zal meer informatie hebben over het product dan de potentiële koper.
Iemand die zich wil verzekeren zal meer informatie hebben over zijn persoonlijke risico’s dan de verzekeringsmaatschappij.



Slide 3 - Tekstslide

Gevolgen informatieasymmetrie
Asymmetrische informatie zorgt voor welvaartsverlies. Bijvoorbeeld omdat:

De partij met de informatieachterstand zal extra transactiekosten (in tijd en geld) moeten maken om de onzekerheid, die ontstaat uit informatiegebrek, te verminderen.
Potentieel voordelige transacties komen soms niet tot stand vanwege het risico dat ontstaat uit de informatieachterstand.
Bijvoorbeeld: iemand koopt géén tweedehands auto, omdat hij niet zeker is van de kwaliteit (terwijl in dit geval de auto wél van goede kwaliteit is en de consument een hogere betalingsbereidheid heeft dan de prijs die gevraagd wordt).
Asymmetrische informatie zorgt er ook voor dat partijen moreel wangedrag kunnen vertonen. Dat kan immers alleen maar als de tegenpartij geen kennis heeft van het risicovollere gedrag.


Slide 4 - Tekstslide

Principal-agent-relatie
In een principaal-agent-relatie ‘huurt’ de principaal een agent in om voor hem een taak uit te voeren.

Bijvoorbeeld: de aandeelhouders van een NV (principaal --> opdrachtgeve) huren een directie (agent) in voor de dagelijkse leiding van het bedrijf.
In deze relatie ontstaat een probleem indien:

de agent eigenbelangen heeft die niet (geheel) overeen komen met die belangen van de principaal

en er sprake is van asymmetrische informatie over de uitvoering van de taak. Waarbij de agent méér informatie heeft dan de principaal.
Hierdoor worden de belangen van de principaal niet optimaal behartigt. De principaal krijgt niet waarvoor hij betaalt.



Slide 5 - Tekstslide

Risico en rendement
                                                          Risico en rendement
Wanneer iemand belegt, stelt hij zijn vermogen ter beschikking aan iemand anders. Daar wordt natuurlijk wel een beloning voor verwacht.
rendement = beleggingsopbrengst / belegde bedrag x 100
Beleggen kan op vele manieren. Met weinig risico, maar ook met veel risico. Over het algemeen geldt: hoe meer rendement je wilt (proberen te) halen, hoe meer risico je loopt.
- sparen, tot €100.000 gegarandeerd, weinig risico dus ook een lage vergoeding in de vorm van rente
- obligatie: (verhandelbare) deelname aan een lening met vooraf bepaalde vaste voorwaarden .rendement in de vorm van een vaste rentevergoeding en eventuele koerswinst risico’s: faillissement lener, koersdaling obligatie, inflatie
- Aandelen: (verhandelbare) deelname in eigen vermogen van een onderneming (NV)
rendement in de vorm van winstuitkering en/of koerswinst
risico’s: faillissement, koersdaling, winstuitkering is niet zeker

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Verzekeren
Verzekeren is het collectief dragen van individuele risico’s.
Een grote groep mensen betaalt een premie. Uit de gezamenlijke premiepot kunnen de uitkeringen voor de persoonlijke risico’s (claims) worden betaald.
Voor verzekeren is dus een bepaalde solidariteit nodig; mensen moeten bereid zijn om gezamenlijk de risico’s te dragen, ongeacht de omvang van hun persoonlijke risico.
De groep die zich gezamenlijk verzekert, moet groot genoeg zijn (draagvlak) én divers genoeg zijn (niet iedereen moet gelijktijdig dezelfde schade krijgen).
Risico = kans op schade x mogelijke schade (is eigenlijk niks anders dan de gemiddelde schade per verzekeringsnemer/ de schade verdeelt over het aantal klanten, dit vormt de basis van de premie).


Slide 8 - Tekstslide

Vrijwillig / verplicht
Met een verzekering worden (financiële) risico’s afgekocht voor een vaste premie.
Bij vrijwillige verzekeringen zal elk individu een afweging maken tussen de premie die betaald moet worden en het persoonlijke risico. Bij de beslissing om wel/geen verzekering af te sluiten zal ook de risicoaversie van de persoon een rol spelen.

Bij onvoldoende solidariteit zal de verzekering voor deelnemers te duur worden. De overheid kan dan beslissen om de verzekering verplicht te maken. Bijvoorbeeld de zorgverzekering of de sociale verzekeringen.
De overheid kan verzekeringen ook verplicht stellen om anderen te beschermen; zoals de WA-autoverzekering.

Slide 9 - Tekstslide

Moreel wangedrag
Het aanpassen van je gedrag wanneer je zelf niet meer voor de financiële gevolgen hoeft in te staan. Er is geen financiële prikkel meer om je 'goed' te gedragen. Het financiële risico is overgedragen aan een andere partij. Het gedrag wordt dus risicovoller.

Let op: Fraude is niet hetzelfde als moreel wangedrag

Slide 10 - Tekstslide

Averechtse selectie
Alleen mogelijk bij vrijwillige verzekeringen.
De goede risico's zien af van de verzekering, omdat ze de premie in verhouding tot het risico dat ze lopen te hoog vinden. Als gevolg daarvan stijgt de gemiddelde kans op schade bij de verzekeringsmaatschappij en daarmee stijgt dus het risico (kans op schade x mogelijke schade). Gevolg?
premie moet stijgen.. Gevolg....

Slide 11 - Tekstslide

Eigen risico
Hierbij moet bij schade een deel van de schade door de verzekeringsnemer zelf worden betaald.
Hierdoor ook minder kosten voor de verzekeringsmaatschappij.
Moreel wangedrag zal afnemen
Averechtse selectie zal verminderen.

Zorg dat je dit correct en volledig kan uitleggen

Slide 12 - Tekstslide

Vrijwillig eigen risico
In ruil voor korting op de premie kan de verzekeringsnemer ook het eigen risico vrijwillig verhogen. 
o.a. bij de zorgverzekering

oplossing voor
moreel wangedrag
averechtse selectie (niet bij zorgverzekering, want deze is verplicht)
informatieasymmetrie
Het zorg wel voor een beperking van de solidariteit tussen de 'goede' en slechte risico's 

Slide 13 - Tekstslide

Bonus-malusladder
Bij een bonus-malusladder krijgen klanten die niets claimen een steeds lagere premie (bonus) en klanten die veel claimen een steeds hogere premie (malus).
Zorg voor vermindering van:
moreel wangedrag
informatie asymmetrie
averechtse selectie
Ook hier beperking van de solidariteit tussen 'goede' en 'slechte' risico's 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Credits
Voor deze lessonup gaan de credits naar
www.economielokaal.nl
Sowieso erg goede site richting de examens

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link