66. Thema 7, week 2 Les 6ba Maken en materialen
1 / 20
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Woordweb
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wat betekent het onderstreepte woord?
A
een hoeveelheid licht die een lamp geeft
B
een klein onderdeeltje van een atoom
C
een vonkje die ergens vanaf spat
Slide 4 - Quizvraag
Welk werkwoord hoort erbij?
A
omzetten
B
opwekken
C
uitschakelen
Slide 5 - Quizvraag
A
Ik draai aan de hendel om stroom te krijgen
B
Ik ga de kapotte lamp vervangen
C
ik gebruik een elektrisch apparaat
Slide 6 - Quizvraag
Welk woord hoort erbij?
A
de watt
B
het fitting
C
de robot
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Sleepvraag
Welk woord hoort erbij?
A
de watt
B
het elektron
C
de fitting
D
de volt
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Sleepvraag
Wat betekent het onderstreepte woord?
A
ergens energie vandaan halen
B
energie opslaan in een apparaat
C
van het één iets anders maken
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Sleepvraag
A
B
C
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Sleepvraag
Welk werkwoord hoort bij de omschrijving?
A
opwekken
B
uitschakelen
C
omzetten
Slide 15 - Quizvraag
Welk woord hoort onder de vlek?
A
de hoogspanning
B
het elektron
C
de volt
Slide 16 - Quizvraag
Welk werkwoord hoort erbij?
A
uitschakelen
B
omzetten
C
opwekken
Slide 17 - Quizvraag
Noem een manier waarop stroom wordt opgewekt.
Slide 18 - Open vraag
Maak een zin met
het elektron
