T4B5

Thema 4 Voortplanting
B5 - Veilig vrijen
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 4 Voortplanting
B5 - Veilig vrijen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je kunt enkele methoden voor geboorteregeling noemen en hun werking uitleggen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anticonceptie 
Anticonceptie = tegen bevruchting = voorbehoedsmiddelen.
  • Voorkomen dat er bevruchting plaatsvindt. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Anticonceptiepil
Mannencondoom
Spiraal
Prikpil 
Hormoonstaafje 
Anticonceptiepleister


Nuvaring 
Sterilisatie
Pessarium
Vrouwencondoom 
Morning afterpil 
Abortus 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Van de eerste keer seks kan een meisje in verwachting raken.
(zonder anticonceptie)
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet de anticonceptie pil?
A
Zorgt ervoor dat je niet ovuleert
B
Het is een Vitamine-pil
C
Zorgt ervoordat je niet ongesteld wordt
D
Zorgt dat je niet zwanger kan worden

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De anticonceptiepil beschermt je tegen een soa.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Ook andere anticonceptiemiddelen, zoals het spiraaltje, het anticonceptiestaafje, de anticonceptiepleister, de anticonceptiering en de prikpil beschermen heel goed tegen zwangerschap. Voor alle middelen geldt dat ze alleen goed tegen zwangerschap beschermen, als je ze goed en volgens de regels gebruikt.
Binnen hoeveel uur na de seks moet de morning after pil genomen worden als het niet helemaal goed is gegaan met de anticonceptie?
A
80 uur
B
75 uur
C
72 uur
D
69 uur

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke voorbehoedsmiddel/anticonceptie is onomkeerbaar?
A
Coitus interuptus
B
Sterilisatie
C
Prikpil
D
Implanon / hormoonstaafje

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt er doorgeknipt bij sterilisatie?
A
Bij de man: de zaadleiders Bij de vrouw: de eierstokken.
B
Bij de man: de zaadleiders Bij de vrouw: de eileiders
C
Bij de man: de urinebuis Bij de vrouw: de eierstokken
D
Bij de man: de urinebuis Bij de vrouw: de eileiders

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een condoom is gemaakt van…

A
Rubber
B
Plastic

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de volgende beweringen over het condoom is juist?
1. Een condoom beschermt tegen zwangerschap
2. een condoom beschermt tegen SOA.


A
Alleen 1
B
Alleen 2
C
Beide beweringen
D
Geen van beide beweringen

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een condoom is beperkt houdbaar:

A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar in het lichaam van de vrouw wordt een spiraaltje geplaatst?
A
In de eierstok
B
In de vagina
C
In de eileider
D
In de baarmoeder

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Onbetrouwbare manieren van geboorteregeling
  • Periodieke onthouding: menstruatiecyclus bijhouden. 
  • Coïtus interruptus =  onderbroken geslachtsgemeenschap. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het condoom
Een condoom is een hoesje (rubber) die je om de penis schuift.
Het vangt de zaadcellen op, zodat ze niet in de vagina van de  vrouw komen. 
Het condoom is het enige voorbehoedsmiddel wat ook beschermt
tegen SOA's! 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De pil 
Gedurende 21 dagen dagelijks innemen. 
  • 'stopweek' -> menstruatie. 
  • In overleg met de huisarts. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werking anticonceptiepil

Slide 18 - Tekstslide

Progesteron: zorgt er bij vrouwen voor dat er geen eitje vrijkomt. Als dit toch gebeurt, kan het eitje zich niet nestelen in de baarmoeder. Verder zorgt het ervoor dat de zaadcellen het eitje niet bereiken

oestrogeen: zorgt er bij vrouwen voor dat het slijm in de baarmoeder zich opbouwt. Als je anticonceptie gebruikt en een stopweek hebt, verlies je dit slijm. Dit lijkt op een natuurlijke menstruatie maar is eigenlijk een opgewekte bloeding. 


Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het spiraaltje
Spiraaltje wordt geplaatst in de baarmoeder door de huisarts. 
  • koperspiraal 
  • hormoonspiraal 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koperspiraal 
Geeft heel langzaam koper af -> baarmoederslijmvlies verandert.  
  • Voorkomt innesteling
  • De zaadcellen die je baarmoeder binnenkomen worden onvruchtbaar.



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hormoonspiraal
Geeft elke dag een klein beetje hormoon af: 
  • Het slijm aan het begin van je baarmoedermond wordt dikker. Zaad (sperma) van de man komt daar minder goed doorheen.
  • Voorkomt innesteling 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Morning-afterpil
  • Gaat zwangerschap tegen -> voorkomt de eisprong. 
  • Bevat veel hormonen.
  • Innemen binnen 3 dagen na de geslachtsgemeenschap. 
  • Bij drogist of apotheek te koop. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Abortus 
Tot week 9: abortuspil
Tot week 13: wegzuigen (curretage)
Tot week 22: de vrucht (foetus) wordt weggehaald met instrumenten

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

NuvaRing
  • Kunststof ring met dezelfde hormonen als de pil.
  • Inbrengen in de vagina 3 weken lang dragen en 1 week pauze.


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nuvaring

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prikpil + staafje
 
Bevat alleen progesteron
Prikje:
  • Iedere 10-12 weken een 
Staafje:
  • Ingebracht in bovenarm
  • Beschermt 3 jaar tegen zwangerschap

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrouwencondoom
  • Zelf inbrengen in de vagina 
  • Kan enkele uren voor geslachtsgemeenschap ingebracht worden 
  • Weggooien na gebruik

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anticonceptie-
pleister
Drie weken op je huid plakken en één pauzeweek
  • Plakken op een onbehaarde plek

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pessarium
kapje dat een barrière vormt voor zaadcellen die de baarmoedermond binnen willen dringen.
  • zaaddodende gel.
  • max 2 uur van te voren inbrengen.
  • 6 uur inhouden.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten
Maken 4.5 opdracht 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thema 4 Voortplanting
B5 - Veilig vrijen
(seksueel overdraagbare aandoeningen)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
 Je kunt enkele soa’s noemen en uitleggen hoe je die kunt voorkomen.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

SOA
SOA = afkorting van Seksueel Overdraagbare Aandoeningen (geslachtsziekten). 
 


Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chlamydia 
Jongens: pijn aan balzak en penis, waterige afscheiding uit de penis. 

Meisjes: pijn aan vagina en/of bloedverlies buiten de menstruatie. 

Bestrijden met antibiotica. 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

gevolgen op lange termijn van chlamydia

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HIV & AIDS
HIV = het virus 
AIDS= de ziekte
Seropositief = besmet met HIV, maar toch niet ziek

Je kan niet genezen van AIDS! --> Je krijgt alleen HIV-REMMERS

Symptomen
Je afweersysteem gaat achteruit je bent vatbaarder voor allerlei andere ziekten (darm- en longontstekingen, longkanker etc.).








Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies