Wanneer een bedrijf meer gebruikt maakt van kapitaal dan arbeid
Wanneer een bedrijf meer gebruikt maakt van arbeid dan kapitaal
gesproken uitleg
Slide 7 - Tekstslide
Waarde toevoegen!
Berekening van de toegevoegde waarde
verkoopopbrengst - alle inkopen bij andere bedrijven = toegevoegde waarde
gesproken uitleg
Kijk naar een uitgebreide uitleg op blz. 150 van je boek
Slide 8 - Tekstslide
Wat heb je geleerd?
Slide 9 - Tekstslide
Prota bv koopt voor € 88.000 grondstoffen in en voor € 12.000 diensten van andere bedrijven. De verkoopopbrengst is € 142.000. Bereken de toegevoegde waarde.
A
€ 54.000
B
€ 42.000
C
€130.000
Slide 10 - Quizvraag
Het jaar daarop verkoopt Prota bv 55.000 kilo voor € 161.000 en doet voor € 117.000 inkopen.
Bereken de toegevoegde waarde PER KILO
A
€ 44.000
B
€ 0,80
C
€ 1,38
Slide 11 - Quizvraag
De band van Thimo is lek. Duco is fietsenmaker. Tijdens zijn werk plakt hij banden van klanten en repareert fietsen. Die klanten betalen voor zijn dienst en krijgen daar een bon van. Op die bon staat hoe lang Duco aan de fiets heeft gewerkt. Zo registreert zijn werkgever de gewerkte tijd. Als Duco op zijn werk de band plakt van Thimo’s fiets houdt bij niet bij hoe lang hij daarmee bezig is.
Is het werk dat Duco voor Thimo uitvoert formele of informele productie?
A
Formele productie, want hij doet het op zijn werk
B
Formele productie, want hij houdt de tijd niet bij
C
Informele productie, want hij doet het op zijn werk
D
Informele productie, want hij houdt de tijd niet bij
Slide 12 - Quizvraag
Waarom is zwart werken informele arbeid?
A
Werktijden worden niet geregistreerd
B
Er zit garantie op het werk
C
Je hebt de rechten van werknemers
D
Het werk is goed voor de maatschappij
Slide 13 - Quizvraag
Heb je nog vragen over de stof? Laat ze hier achter!
Slide 14 - Open vraag
Aan de slag!
Lees de leertekst van H7.1 op blz. 77 nog eens goed door.
Maak van H7.1 de opdrachten 1 t/m 9 (niet af = huiswerk voor de volgende les!)