Avoir

Herhalingsles grammatica
avoir = hebben
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Herhalingsles grammatica
avoir = hebben

Slide 1 - Tekstslide

Eerst even in het Nederlands
Hoe vervoegen wij het werkwoord "hebben"?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Encore une fois!
j' ai = ik heb
Tu as = jij hebt
Il a = hij heeft
Elle a = zij heeft
On a = men heeft OF wij hebben

Slide 4 - Tekstslide

Encore une fois!
Nous avons = wij hebben
Vous avez = jullie hebben OF u heeft
Ils ont = Zij hebben (m. mv.)
Elles ont = Zij hebben (v. mv)

Slide 5 - Tekstslide

Eventjes oefenen...
Pratiquer

Slide 6 - Tekstslide

J'
Tu
Il / Elle
Nous
Vous
Ils / Elles
Ai
A
Ont
Avez
As
Avons

Slide 7 - Sleepvraag

Kun je het ook met zinnen?
Kies de juiste vervoeging: welke past in de zin?

Slide 8 - Tekstslide

Non, j'.... un frère
A
ai
B
a
C
as
D
ont

Slide 9 - Quizvraag

Nous ..... une voiture et un vélo
A
a
B
ont
C
avez
D
avons

Slide 10 - Quizvraag

Ils / Elles .... une grand-mère super!
A
avons
B
a
C
ont
D
avez

Slide 11 - Quizvraag

Vous ..... une grande chambre?
A
ai
B
avez
C
avons
D
as

Slide 12 - Quizvraag

Tu .... une sœur?
A
ont
B
a
C
as
D
avons

Slide 13 - Quizvraag

Il .... quinze ans
A
as
B
a
C
ai
D
avez

Slide 14 - Quizvraag

Tu ... quel âge?
A
as
B
es
C
avez
D
ont

Slide 15 - Quizvraag

La ville .... beaucoup de magasins
A
avons
B
a
C
est
D
ont

Slide 16 - Quizvraag

Jaques et Françoise .... trois pommes
A
ai
B
a
C
avons
D
ont

Slide 17 - Quizvraag

Le chat ... mal à la patte
A
ai
B
as
C
a
D
avons

Slide 18 - Quizvraag

Un petit examen
Savez -vous toutes les réponses?

Slide 19 - Tekstslide

Het rijtje van "avoir"

Slide 20 - Open vraag