1.3 Balk en rechthoek

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

Wat gaan we deze les doen?

- Doelen van deze les

- Theorie

- Huiswerk

Waaruit is een kubus opgebouwd?

1. rechthoeken
2. driehoeken
3. cirkels
4. vierkanten

Terugblik

- Ik kan de letters bij de hoekpunten van een kubus en een vierkant    

   zetten. 

- Ik ken de begrippen ondervlak en bovenvlak. 

- Ik kan de uitslag van een kubus herkennen. 

- Ik weet dat een kubus opgebouwd is uit vierkanten. 

- Ik weet dat een vierkant vier zijden heeft en de rechte hoeken heeft. - Ik ken het begrip dimensies.

Aan het eind van de les:

• Je kunt hoekpunten, ribben en en vlakken van een balk met letters benoemen
• Je kunt een uitslag van een balk herkennen
• Je kunt een rechthoek tekenen en de zijden met letters benoemen

Balk (blz. 26)

Balk 

(blz. 28)

Maar vraag a van de testopgave blz. 28.
Welk vlak is blauw gekleurd?

1. ABCD
2. ABFE
3. EFGH
4. ADHE

Testopgave vraag c
Welk ribbe is rood gekleurd?

1. AB
2. CG
3. FG
4. BH

Hoe heet deze balk?

1. ACDB EFHG
2. PQRS TUVW
3. EFGH ABCD
4. ABCD EFHG

Aan de slag:

Maken som: 36, 38, 39 en 40

In deze les leer je:

• Hoe je een uitslag van een balk kunt herkennen
• Hoe je een rechthoek moet tekenen en de zijden met letters benoemt 

Balk (blz. 26)

Uitslag balk en plakranden (blz. 28)

Diagonaal (blz. 25 KGT boek)

Diagonaal

Testopgave:
Is dit een uitslag van een balk?

1. Ja
2. Nee

Ga naar de testopgave op blz. 31

Teken de rechthoek van vraag B

Kijk naar de rechthoek die je net getekend hebt. Welke zijde is even lang als zijde AB?

1. BC
2. CD
3. AD

Aan het eind van de les:

Je weet hoe je een uitslag van een balk kunt herkennen

Je weet hoe je een rechthoek moet tekenen en de zijden met letters benoemt 

Huiswerk

H 1.3:

Opdrachten 42, 44, 46, 47, 48, 51, 52

(blz. 31)

Ben je klaar? Kijk dan of je 36, 38, 39 en 40 al hebt gemaakt.

Aan het eind van deze les:

- Ken ik diameter, middellijn, straal en middelpunt van een  

   cirkel. 

- Kan ik mbv de passer een cirkel tekenen (De leerling kan  

   omgaan met de passer).

 

Benoem de onderdelen

cirkel

straal

diameter

middelpunt

Aan het eind van deze les 

• Kan ik mbv de passer een cirkel tekenen
  
• Ik kan verschillende onderdelen van een cirkel benoemen.
  

Aan de slag

Maken: opdrachten 55, 57, 59, 61, 62

(blz. 36)

(blz. 38)

(blz. 38)

Maak de testopgave op blz. 39

Aan het eind van deze lessen:

- Weet je wat een cilinder is

- Ik ken diameter, middellijn, straal en middelpunt van een  

   cirkel. 

- Ik kan mbv de passer een cirkel tekenen (De leerling kan  

   omgaan met de passer). 

 

Huiswerk

H 1.4 

opdr. 66, 67, 68, 69 en de leerdoelencheck L10, L11 en L12