Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
IJsbreker 1 Hfdst 4 tekst 3&4
Huiswerk:
Maak de online opdrachten.
Lees de les nog een keer door.
Maak de opdrachten af.
IJsbreker
1 / 40
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
In deze les zitten
40 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
120 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Huiswerk:
Maak de online opdrachten.
Lees de les nog een keer door.
Maak de opdrachten af.
IJsbreker
Slide 1 - Tekstslide
IJsbreker hoofdstuk 4 tekst 3
Slide 2 - Tekstslide
Dit hoofdstuk gaat over reizen.
Je leert de taalfuncties:
Hoe zeg je dat?
Ik wil graag
Je leert bij grammatica:
Werkwoorden: het onderwerp en het werkwoord
Niet
Een
Onze, jullie, hun
Je leert de begrippen:
Liever
Elke dag
IJsbreker
Hoofdstuk 4 reizen
Slide 3 - Tekstslide
Het openbaar vervoer:
Je leert woorden die horen
bij het openbaar vervoer.
Je maakt goede zinnen.
Je denkt na over je eigen veiligheid.
IJsbreker
Hoofdstuk 4 herhaling
Slide 4 - Tekstslide
Het dictee:
Schrijf de volgende woorden en zinnen op.
Schrijf duidelijk en controleer je spelling.
IJsbreker h
oofdstuk 4 dictee
Slide 5 - Tekstslide
Het dictee:
de bushalte
de OV-chipkaart
de controleur
reizen
Ik reis met de tram.
Ik koop een kaartje.
de automaat
Hoe laat komt de bus?
IJsbreker h
oofdstuk 4 controle
Slide 6 - Tekstslide
Ga je wel eens met de trein?
Waar ga je dan naartoe?
Hoe weet je hoe laat de trein vertrekt?
Vertrekt de trein altijd op tijd?
IJsbreker h
oofdstuk 4 Spreken
Slide 7 - Tekstslide
de trein
het perron
IJsbreker
Hoofdstuk 4 les 2
Slide 8 - Tekstslide
het station
het loket
IJsbreker
Hoofdstuk 4 les 2
Slide 9 - Tekstslide
de vertrektijd
- hoe laat de trein vertrekt
De trein vertrekt te vroeg.
De trein vertrekt op tijd.
De trein vertrekt te laat.
IJsbreker h
oofdstuk 4 tekst 3
Slide 10 - Tekstslide
opladen - Geld op de OV-chipkaart zetten.
inchecken - Dan mag je gaan reizen.
IJsbreker h
oofdstuk 4 tekst 3
Slide 11 - Tekstslide
IJsbreker h
oofdstuk 4
Slide 12 - Tekstslide
Koop je wel eens een los kaartje in de bus of trein?
A
ja
B
nee
Slide 13 - Quizvraag
Hoe komt er geld op je OV-chipkaart?
Slide 14 - Open vraag
Kun je in de bus of trein ook een kaartje bij de bestuurder kopen?
A
ja
B
nee
Slide 15 - Quizvraag
Welke bus komt dicht bij school?
Slide 16 - Open vraag
Woorden bij de les:
een kaartje kopen
de stationshal
het perron
IJsbreker
Hoofdstuk 4 tekst 3
Slide 17 - Tekstslide
luistertekst 3: Een kaartje kopen.
Je moet goed luisteren.
Je moet onthouden.
IJsbreker h
oofdstuk 4 luisteren
Slide 18 - Tekstslide
Waar is Mirjam Joosten?
A
op het station
B
buiten
C
in het stadion
D
in de trein
Slide 19 - Quizvraag
Hoe heet haar zoon?
A
Kuuk
B
Muuk
C
Luuk
D
Duuk
Slide 20 - Quizvraag
Wat koopt ze voor Luuk?
A
een kaartje
B
een OV-chipkaart
C
een railrunner kaartje
D
niets
Slide 21 - Quizvraag
Waar gaan ze naar toe?
Naar welke stad?
Slide 22 - Open vraag
Schrijf de woorden op en maak met ieder woord een goede zin.
de trein
het station
het perron
de vertrektijd
de machinist
de conducteur
reizen
Heb je nog meer woorden geleerd?
Schrijf ze op.
Klaar: extra opdracht
IJsbreker h
oofdstuk 4
Zinnen maken
Slide 23 - Tekstslide
Maak de opdrachten 19 en 20
bij Hoofdstuk 4 'Een kaartje kopen.'
IJsbreker
Hoofdstuk 4 les 2
Slide 24 - Tekstslide
Ik
loop naar
de trein
Ik
sta naast
de trein.
Ik
ben bij
de trein.
Ik
stap in
de trein.
Ik
ben in
de trein. Ik
zit in
de trein.
Ik
ga met
de trein
mee
.
Ik
stap uit
de trein.
IJsbreker
Hoofdstuk 4 / voorzetsels
Slide 25 - Tekstslide
IJsbreker h
oofdstuk 4
Slide 26 - Tekstslide
Woorden bij de les:
het station
het loket
de kaartjesautomaat
IJsbreker h
oofdstuk 4
Slide 27 - Tekstslide
IJsbreker
Hoofdstuk 4 les 2
Ik kom
Je komt
Kom je?
Hij komt
Zij komt
U komt
Wij komen
Zij komen
Ik begin
Jij begint
Begin je?
Hij begint
Zij begint
U begint
Wij beginnen
Zij beginnen
de werkwoorden
Slide 28 - Tekstslide
IJsbreker h
oofdstuk 4
de werkwoorden
Lees bladzijde 176 (herhaling werkwoorden) heel goed.
Maak zelf zinnen met:
beginnen
kunnen
mogen
moeten
willen
komen
Slide 29 - Tekstslide
Welke woorden horen bij:
station
Slide 30 - Woordweb
Reis je wel eens met de trein?
Slide 31 - Open vraag
Welk station is dichtbij?
A
Centraal Station Nijmegen
B
Nijmegen Dukenburg
C
Ander spoor
D
Nijmegen Heyendaal
Slide 32 - Quizvraag
Kun je vanaf je huis naar het station lopen?
A
ja
B
nee
Slide 33 - Quizvraag
Welke bussen
gaan naar Centraal Station Nijmegen?
Slide 34 - Open vraag
Waar gaan de treinen vanaf Nijmegen naartoe?
Slide 35 - Woordweb
Tot hoe laat rijden de treinen?
Slide 36 - Open vraag
Wat kun je doen op het station?
Slide 37 - Open vraag
Bladzijde 150:
Zeg na (opdracht 26 tekst 4)
IJsbreker nazeggen
Slide 38 - Tekstslide
Huiswerk:
Maak de online opdrachten.
Lees de les nog een keer door.
Maak de opdrachten af.
IJsbreker
Slide 39 - Tekstslide
www.pazzup.nl
Slide 40 - Link
Meer lessen zoals deze
IJsbr Hfdst 4.2
Juni 2022
- Les met
44 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
IJsbr Hfdst 4.2
Augustus 2022
- Les met
52 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
IJsbr Hfdst 4
Mei 2022
- Les met
37 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
IJsbr Hfdst 4
Juni 2022
- Les met
45 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Reizen les 1
Juni 2023
- Les met
39 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
IJsbreker 1 Hfdst 4, tekst 1 t/m 5
Januari 2024
- Les met
44 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
IJsbr. HFst. 4.3
Maart 2022
- Les met
37 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
IJsbreker voorzetsels hfdst 4
Februari 2023
- Les met
15 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1