1075 Hebban olla vogala en formative reading

Geschiedenis van Nederland
in een notendop (nutshell)

UNIT 3 MYP4
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Geschiedenis van Nederland
in een notendop (nutshell)

UNIT 3 MYP4

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen we vandaag?
Nieuwe unit: Hebban olla vogala 1075
"monnikenwerk"
formative reading
herhaling vraagwoorden/repeat question words
woordenschat oefenen/practise words for assessment
Pim pam pet spelletje

Slide 2 - Tekstslide

lesdoel/inquiry question
Ik weet wat "Hebben olla vogala" is-I know what "Hebben olla vogala" is

Ik begrijp wat de uitdrukking " Wat een monnikenwerk!" betekent. -I understand the meaning of the expression "Wat een monnikenwerk!"

Slide 3 - Tekstslide

Global context:

Orientation in time and space 
de Nederlandse geschiedenis het waar en wanneer.

Slide 4 - Tekstslide

1075 Hebban olla vogala
maak aantekeningen!
take notes!
je moet dit onderwerp in je tijdlijn zetten
you need to put this topic in your timeline

Slide 5 - Tekstslide

In de kloosters zag je veel kunst, monikken maakten dat zelf. Deze kunst moest ervoor zorgen dat iedereen zag hoe groot en goed God was. Hier zie je een gouden kruis en links staat een prachtig beeld.
Naast kunt deden de monikken en nonnen ook aan wetenschap. Zij onderzochten de wereld en het klooster was voor kinderen de enige plek waar zij les konden krijgen, een soort school dus.
In de middeleeuwen konden maar weinig mensen lezen en schrijven. Gelukkig konden de monikken en nonnen dat wel! In de kantlijn maakten zij vaak mooi en grappige tekeningen over het dagelijksleven. 

Slide 6 - Tekstslide

eerste tekst in het Nederlands
In het jaar 1075 schreef een monnik een liefdesversje op een perkament. Perkament is geen papier. De monniken maakten het perkament van de huid van een geit. Dit zijn de eerste geschreven woorden in het Nederlands. In deze tijd konden alleen monniken lezen en schrijven. Zij schreven heilige teksten over uit het Latijn. Maar soms ook woorden uit hun moedertaal. Ze schreven met een ganzenveer.

Slide 7 - Tekstslide

Video monnikenwerk
quiz vragen beantwoorden

Slide 8 - Tekstslide

1

Slide 9 - Video

02:47
What is monnikenwerk? You can answer in English!

Slide 10 - Open vraag

Hoe maakten de monniken een pen?
How did the monks make a pen?
A
Ze gebruikten de veer van een gans
B
Ze schreven met hun vingers
C
Ze gebruikten het bot van een kip

Slide 11 - Quizvraag

Hoe maakten de monniken papier?
A
Ze schreven op de muur.
B
Ze gebruikten de huid van een geit.
C
Ze gebruikten de huid van een koe.

Slide 12 - Quizvraag

Welke boeken schreven de monniken over?
(overschrijven=copy)
A
Heilige teksten
B
Vakantie kaarten
C
Boeken met plaatjes

Slide 13 - Quizvraag

formative reading 20-30 min
Lees de tekst over de cultuurboot en maak de vragen. Read the text about the cultuurboot and answer the questions.
De antwoorden staan in files in MB. The answers are shared in files in MB. Check them please!
Alle woorden uit de tekst staan in het summative. All the words in the text and questions will be in the summative

Slide 14 - Tekstslide

Herhaling vraagwoorden
Who?                                                   Wie? ( a person)
What?                                                  Wat? (a thing)
How many?                                       Hoeveel?
When?                                                 Wanneer? (time)
How?                                                    Hoe? (way something is done)
Where?                                                Waar? (place)
Why?                                                     Waarom? (reason)
Welke? Welke fiets?                       Which bike? De blauwe fiets (specific)

Slide 15 - Tekstslide

woordenschat reading summative 15 min.

Slide 17 - Tekstslide