Les 1 NAH

• NAH
• MBO
• Studiejaar 3

Niet aangeboren hersenletsel

Even voorstellen:

Hoe ziet dit keuzendeel eruit?

les 1: kennismaking + opdracht 1 en 2

les 2: verdieping + opdracht 3 en 4

les 3 : verdieping + opdracht 5 en 6

les 4:  gastles en 

examenvoorbereiding/ afronding keuzedeel.   

Pas na afronding van alle opdrachten krijg je een Go voor examen.

Vandaag leer je:

Wat verstaan we onder NAH?

Welke vormen NAH zijn er?

Hoe ontstaat NAH?

Wat zijn de gevolgen van NAH?

Wat verstaan we onder NAH?

Kijkvragen:

Schrijf op:

Wanneer spreken we van NAH?

Welke vormen van NAH zijn er?

Geef per vorm 2 voorbeelden van een oorzaak.

Vormen en oorzaken NAH

Traumatisch letsel

Traumatisch hersenletsel is ontstaan door een oorzaak van buitenaf waarbij het hoofd een harde klap oploopt.

Voorbeeld:

1. verkeersongelukken
   
2. vallen
   
3. geweld (slaan, steken enzovoort)
   
4. ongevallen op werk/school. 

Vormen en oorzaken NAH

Niet-traumatisch letsel:

Niet-traumatisch hersenletsel komt van binnenuit. Het speelt zich af in de hersenen. Niet-traumatisch hersenletsel ontstaat door een proces in het lichaam.

Voorbeeld

1. herseninfarcten (bloedpropjes in de hersenen)
   
2. kanker (soms ook door het bestralen tegen die kanker)
   
3. zuurstoftekort (bijna-verdrinking, hartstilstand, ongelukken/complicaties bij operaties)
   
4. vergiftiging door rook (brandend huis), drank, drugs
   
5. multiple sclerose, parkinson, alzheimer, creutzfeldt-jacob. 

Vertel eens:

Hebben jullie ervaring met NAH?

Gevolgen

1. Lichamelijk gevolgen
   
2. Cognitieve gevolgen
   
3. Psychische/sociaal-emotionele gevolgen
   
4. Maatschappelijke gevolgen. 

Gevolgen

Vaak is er sprake van een complexe combinatie van stoornissen, beperkingen en handicaps. Bij NAH kunnen uiteenlopende problemen en veranderingen optreden. Het gaat om zichtbaar en onzichtbaar letsel.

Denk aan letsel op het gebied van:

1. Beweging: Bijvoorbeeld krachtsverlies of loopstoornissen.
2. Zintuiglijke waarneming: bijvoorbeeld pijn, niet voelen van temperatuurverschillen.
3. Denken: bijvoorbeeld trager denken, geheugen- en concentratieproblemen.
4. Gedragingen: bijvoorbeeld depressieve klachten, prikkelbaarheid, veranderd gedrag, ander karakter en persoonlijkheid. 

Lichamelijke gevolgen

Iemand die getroffen wordt door NAH kan verschillende lichamelijke gevolgen daarvan onder vinden. 

Je kunt hierbij denken aan:

verlamming, spasmen, moeilijk kunnen lopen

problemen met kracht en controle over de handen, spraakproblemen

incontinentie, problemen met zintuigen (zien, ruiken, voelen, horen)

epilepsie, vermoeidheid en seksuele problemen. 

Cognitieve gevolgen 

Cognitieve vaardigheden of vermogens hebben te maken met de mate waarin je in staat bent om kennis en informatie op te nemen en te verwerken.

Je kunt hierbij denken aan:

aandacht- en concentratiestoornissen

overgevoeligheid voor externe prikkels (bijvoorbeeld licht of geluid(en))

geheugenstoornissen, vermoeidheid, moeite met rekenen

moeite met lezen, taalstoornissen of afasie 

Psychische en sociaal-emotionele gevolgen 

Door psychische beperkingen wordt iemands leven zo beïnvloed dat hij daar hinder van ondervindt in het dagelijks leven. Sociaal-emotionele beperkingen hebben meer met gedrag te maken. 

Psychische gevolgen:

1. karakterverandering
   
2. psychotische stoornissen
   
3. stemmingswisselingen
   
4. angststoornis
   
5. posttraumatische stressstoornis.
   

Sociaal-emotionele gevolgen:

1. Impulsiviteit
   
2. Minder controle op emoties en gedrag
3. Apathie
   
4. Nauwelijks meer initiatief tonen.
   
5. Minder empathie
   
6. Niet goed in staat zijn om te begrijpen of te voelen wat de ander denkt en voelt.
   
7. Verminderd ziekte-inzicht.

Maatschappelijke gevolgen

Samen invullen:

Lees blz  10 & 11 

(Tijd 5 min)

Welke gevolgen zijn er?

Roept u maar!

1. grotere afhankelijkheid van anderen, minder zelfstandig kunnen zijn
2. veranderende woonsituatie, bijvoorbeeld een gedwongen verhuizing
3. een kleinere wereld krijgen door minder mobiel zijn of afsluiten van de buitenwereld
4. problemen in relaties, zowel met partner, kinderen als met vrienden. 

Opdracht 1 & 2

Maak in de klas (of thuis) opdracht 1 & 2 uit het keuzedeel NAH

(Blz 4 en 5)

Lever de opdrachten in Teams in.