breuken vereenvoudigen

    Welkom!    
Welkom bij KWT! 
Wiskunde 
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

    Welkom!    
Welkom bij KWT! 
Wiskunde 

Slide 1 - Tekstslide

Telefoons in de kluis?

Slide 2 - Tekstslide

Magister
Wie is er aanwezig?

Slide 3 - Tekstslide

Hoeveel sommen maak jij?

Slide 4 - Tekstslide

Sommenrace!
Hoeveel sommen maak jij in 1 minuut?

Slide 5 - Tekstslide

Welkom
Breuken

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdstuk Breuken

Wat gaan we deze les doen:
breuken vergelijken/vereenvoudigen
 optellen en aftrekken

Slide 7 - Tekstslide

Waar kom je breuken tegen?
Deel - geheel :  2/3 van de pizza
- Deel van een hoeveelheid: kwart van de aanwezigen
- Maat: halve kilo suiker; 1/4 liter melk
- Eerlijk delen : 2 pizza's delen met z'n drieën
- Verhouding: 9 van de 10 studenten woont nog thuis
- Getal om mee te reken: 1/3 + 1/4 =

Slide 8 - Tekstslide

Lesdoelen

- Je leert wat breuken zijn
- Je leert breuken herkennen
- Je leert breuken vereenvoudigen
- je leert breuken op te tellen.

Slide 9 - Tekstslide

Welke breuken ken je?

Slide 10 - Woordweb

Breuken op de getallenlijn

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Nu even oefenen

Slide 13 - Tekstslide

Maken werkblad 1
Zet de juiste breuk bij de pijl....

Let op: bekijk goed in hoeveel stukken de breukenlijn is verdeeld

Slide 14 - Tekstslide

Antwoorden...

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Maken werkblad 2
zet de breuk op de juiste plek

Slide 18 - Tekstslide

Antwoorden....

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Breuken
Breuken

Slide 23 - Tekstslide

Breuken bestaan uit...
A
Boven en onder
B
Teller en noemer
C
Naam en achternaam
D
Vier cijfers

Slide 24 - Quizvraag

Welke twee breuken is hetzelfde als 4/8?
A
2/4
B
1/4
C
2/3
D
1/2

Slide 25 - Quizvraag

3/6 =
A
2/4
B
2/3
C
1/2
D
1/12

Slide 26 - Quizvraag

Breuken vereenvoudigen


Breuken vereenvoudigen betekent dat je de noemer van de breuk kleiner maakt. De waarde van de breuk verandert niet!

Slide 27 - Tekstslide

Breuken vereenvoudigen

Slide 28 - Tekstslide

Breuk vereenvoudigen

Slide 29 - Tekstslide

Sleep het goede antwoord op de juiste plek

Slide 30 - Sleepvraag

vereenvoudig deze breuk zo klein mogelijk: 3/9
A
1/3
B
2/4
C
1/2
D
6/18

Slide 31 - Quizvraag

Vereenvoudig deze breuk zo ver mogelijk.

8
20
A
4/10
B
8/10
C
1/2
D
2/5

Slide 32 - Quizvraag

Maken werkblad 3, 4 en 5

Slide 33 - Tekstslide

Volgende les gaan we dit nakijken

Slide 34 - Tekstslide

We gaan de memorie afmaken

Slide 35 - Tekstslide

Veel succes en tot de volgende keer!

Slide 36 - Tekstslide