Na deze les weet hoe het zit bij een nieuwsprogramma, en kun je
een opening, middenstuk en slot herkennen in een nieuwsprogramma
1 / 8
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1
In deze les zitten 8 slides, met tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?
Oftewel, wat is het doel van deze les?
Na deze les weet hoe het zit bij een nieuwsprogramma, en kun je
een opening, middenstuk en slot herkennen in een nieuwsprogramma
Slide 1 - Tekstslide
Terugblik
Wat weten we
nog van de
verschillende
soorten
programma's ?
-Huiswerk bespreken en opdrachten afmaken
de programma's die we hebben geleerd, zijn:
• Nieuwsprogramma’s gaan over het dagelijkse nieuws. Je krijgt informatie over belangrijke gebeurtenissen: grote rampen, de politiek, belangrijke sportevenementen enzovoort. • Informatieve programma’s willen de kijker iets leren. Je krijgt uitleg over onderwerpen die mensen interessant vinden. Bijv. hoe een kunstoog wordt gemaakt• Amusementsprogramma’s willen de kijker vermaken (amuseren). Denk aan spel- en quizprogramma’s, muziekprogramma’s, tv-series en films. • Realityprogramma’s laten het leven van bekende en/of onbekende mensen zien. De mensen in de programma’s hebben meestal problemen (een ongeluk, ziekte, echtscheiding, ruzie enzovoort).
Slide 2 - Tekstslide
Een nieuwsprogramma is verdeeld in een opening, een middenstuk met diverse onderwerpen en een slot.
In de opening vertelt de presentator kort de belangrijkste onderwerpen (items) die gaan komen. De presentator vertelt wat er aan de hand is en wie erbij betrokken is.
Slide 3 - Tekstslide
In het middenstuk komen de items aan bod. De presentator of een verslaggever gaat dieper op het nieuws in en vertelt waar, wanneer, waarom en hoe iets is gebeurd. Vaak interviewt de verslaggever iemand die erbij betrokken is geweest. •
Het slot van de meeste nieuwsprogramma’s is het weerbericht. Daarna volgt soms nog een uitsmijter: een grappig of bijzonder nieuwsbericht.
Slide 4 - Tekstslide
Even checken. Wie vertelt mij nog even wat we zojuist hebben gehoord?
Geen vingers, ik geef de beurt aan ..............................................
Slide 5 - Tekstslide
Nu zelfstandig aan de slag
Wat nu?
Voordat je aan de opdrachten begint, lees je eerst zelfstandig de theorie op blz. 53
Maken opdr. 1 t/m 5
blz. 53-54
Slide 6 - Tekstslide
Aan de slag
Slide 7 - Tekstslide
Opdracht: in 2 tallen=
Bespreek met je klasgenoot wat er tijdens deze les is geleerd? Wat moet je onthouden? Hoe vertel je dit aan een leerling van een andere klas?
Opdracht: in 2 tallen=
Bespreek met je klasgenoot wat er tijdens deze les is geleerd?
Wat moet je onthouden, is belangrijk?
Hoe vertel je dit aan een leerling van een andere klas?
Wat was het doel van de les en is het doel bereikt?