2017-1 tekst 2

Examentraining
2017-1 tekst 1 en 2
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Examentraining
2017-1 tekst 1 en 2

Slide 1 - Tekstslide

vraag 21
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 2 - Quizvraag

want...
Er staat geen anekdote in (maar cijfers), er is wel een probleem (proefdieren) maar niet die ze benoemen in alinea 1 (boerderijen) en de aanleiding (proefdieren) staat er ook niet in (maar boerderijen)
Dus: situatie die vergelijkbaar is (boerderij - proefdieren)

Slide 3 - Tekstslide

vraag 22
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 4 - Quizvraag

want...
Het gaat niet over het uitbesteden aan een kleine groep, de issue is niet dat we niet weten hoeveel proefdieren er zijn, ook niet dat we helemaal niets willen weten,  maar er wordt vermoedt van niet, het is niet zeker. Ook is C te veel gericht op 1 ding (castreren biggen) maar het gaat over proefdieren en in het algemeen. 

Slide 5 - Tekstslide

vraag 23
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 6 - Quizvraag

want...
5 begint met 'En nu?' waardoor samenvatting en verklaring wegvallen. Er wordt beschreven dat schoolklassen geïnformeerd moeten worden en daarom is het een oplossing en niet een gevolg (er is geen oorzaak-gevolgrelatie)

Slide 7 - Tekstslide

vraag 24 (tussen aanhalingstekens en (regel 1-2) erachter.

Slide 8 - Open vraag

want...
Het gaat over 'blij zijn wegens gebrek aan belangstelling' - tegenstelling zou zijn: iets van wel graag belangstelling willen en dat zie je in 'Ze hoopten dat ze het zouden lezen'

Slide 9 - Tekstslide

vraag 25 (volledige zin, aantal woorden erachter)

Slide 10 - Open vraag

want...
Volledige zin met duidelijk benoemen welke mensen en wat is heel belangrijk. 
Het gaat over de mensen in het lab en het wat is elkaar controleren en met elkaar kunnen discussiëren. 
--> (Er wordt bedoeld) dat mensen die in het proefdiercentrum werken meer onderling werkgerelateerde zaken uitwisselen.

Slide 11 - Tekstslide

vraag 26

Slide 12 - Open vraag

want...
In alinea 6 staat letterlijk: Daardoor kunnen verbeteringen tot stand komen.
Wees specifieker: welke verbeteringen?
In het lot van proefdieren. (ze geven voorbeelden van cavia's en muisjes)

Slide 13 - Tekstslide

vraag 27
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 14 - Quizvraag

want...
Muisjes en cavia's hebben ze het over in de vragen
Dat zijn geen manier van omgaan, het zijn geen vragen met een duidelijk antwoord (anders was discussie niet nodig).
Het zijn wel dilemma's en kwesties waarover ze zouden moeten kunnen praten. Die tweede wordt benoemd en benadrukt in de alinea/tekst en is daarom het beste antwoord.

Slide 15 - Tekstslide

vraag 28 (nummers gescheiden door komma)

Slide 16 - Open vraag

want...
schoolreizen zijn een mogelijke oplossing, castreren staat in de inleiding ter vergelijking, onvoldoende rapporteren wordt terloops genoemd, en allergietesten ook (en ze worden niet per definitie verplicht)
De focus van de tekst ligt op dat er weinig gedeeld wordt en dat dat tot onduidelijkheid leidt (2) en dat erover gesproken moet kunnen worden (5). 

Slide 17 - Tekstslide

vraag 29
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 18 - Quizvraag

want...
Kwesties aan bod over veehouderij en dierproeven:
het gaat bergafwaarts wordt niet gezegd, de dierenrechten in de grondwet hebben niets met deze tekst te maken, maar dieren netjes behandelen (erover discussiëren hoe en wat) wel Dus A. 

Slide 19 - Tekstslide

vraag 30

Slide 20 - Open vraag

want...
verschillen maatschappelijke aandacht. Weten we nog dat tekst 1 ging over dat er te veel aandacht voor was, dat het bijna religieus was? In tekst 2 wordt er om aandacht gevraagd voor dierproeven. Dus:
Tekst 1 gaat over het teveel aan aandacht voor dieren in de media. Tekst 2 gaat over het tekort aan aandacht voor proefdieren. 

Slide 21 - Tekstslide

Noteer hier de nummers van de vragen die je fout had (=anoniem).

Slide 22 - Open vraag

Huiswerk
Deze LessonUp volledig ingevuld voor woensdag

19 februari boek 4 (was 12)
12 maart boek 5
15 maart start mondelingen
29 maart toetsweek poëzie

Slide 23 - Tekstslide