In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Technische automatisering
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen TA.1 automatische systemen
- uitleggen wat een automatisch systeem is; - beschrijven wat de functie is van het invoerblok, het verwerkingsblok en het uitvoerblok; - het blokschema van een automatisch systeem opstellen
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wat meet buienradar? Wat doet het met de gegevens? Wat zie je?
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Sensor: een grootheid die je kunt meten?Actuator: apparaat die iets uitvoert
Systeem: van sensor, proces naar uitvoering
Sensor: een grootheid die je kunt meten
Actuator: apparaat die iets uitvoert
Systeem: van sensor, proces naar uitvoering
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Inbraakalarm Wat is hier de invoer, de verwerking ?en de uitvoer?
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Thermostaat Wat is hier de invoer, ?de verwerking ?en de uitvoer?
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Tekstslide
Samenvatting
een systeem bestaat uit een invoer (sensor), verwerking en een uitvoering (actuator)
er zijn 3 soorten systemen - meetsysteem (visueel, tabel, diagram, scherm) - stuursysteem (actuator wordt aangestuurd) - regelsysteem (terugkoppeling)
Slide 13 - Tekstslide
Leerdoelen TA.2
sensor
de functie van een sensor omschrijven
Slide 14 - Tekstslide
beweging wordt gedetecteerd
er ontstaan een sensorspanning
een sensor is een schakeling met een ohmse weerstand en een component die gevoelig is voor een bepaalde natuurkundige grootheid
beweging = spanning
ja / nee - signaal
Slide 15 - Tekstslide
3 sensoren - windsensor - temperatuursensor
- neerslagsensor
bij elke natuurkundige waarde, hoort een bepaalde spanning
Slide 16 - Tekstslide
Welke begrippen ken je nog van de vorige les?
Slide 17 - Woordweb
Invoer
Verwerking
Uitvoer
Temperatuur-sensor
Omzetten sensorspanning in getal
Cijfers weergeven op display
IR-sensor
Vergelijk sensorspanning met normale waarde
Alarmbel gaat rinkelen
Neerslagsensor
Vergelijk sensorspanning met ingestelde waarde
Ketel slaat aan of niet
Slide 18 - Sleepvraag
Leerdoelen TA.3 Verwerking
- de functie van comparator, invertor, led, drukknop, geheugencel, pulsgenerator en teller omschrijven; - de functie van logische poorten omschrijven; - het verschil aangeven tussen een continu signaal en een discreet signaal; - een eenvoudig systeem op het systeembord bouwen.
Slide 19 - Tekstslide
hoog signaal: >3 V = 1 of laag signaal : < 1 V = 0
dit heet een discreet signaal (in stappen)
brandt alleen bij hoog signaal, 1
de verwerking en uitvoer werken alleen met binair signaal (0 of 1)
Slide 20 - Tekstslide
Wat als je een continue signaal hebt? (elke willekeurige waarde)
at als je twee signalen/sensoren wilt hebben voor 1 uitvoering?
Sleep dit naar de juiste plek
Slide 23 - Sleepvraag
Zet signaal van 0 naar 1 en van 1 naar 0
Slide 24 - Tekstslide
Wat als je wilt dat het lampje brandt bij 0 i.p.v. 1 (bijvoorbeeld bij lage temperatuur)
Sleep dit naar de juiste plek
Slide 25 - Sleepvraag
EN-poort: pas signaal 1 als beide ingangen ook 1 geven
OF-poort: signaal 1 als minimaal één van beide 1 signaal geeft (of beide)
Slide 26 - Tekstslide
Wat als je wilt dat een lampje blijft branden, ook al is het signaal weer 0 geworden?
Sleep dit naar de juiste plek
Slide 27 - Sleepvraag
geheugencel blijft hoog signaal 1 uitzenden als ingang (set) hoog (1) is geweest, ook al is het later laag (0)
Je kunt handmatig resetten (drukknop aan reset)
Slide 28 - Tekstslide
Als laatste de pulsgenerator en pulsenteller
je kunt zelf de frequentie instellen?1 Hz = 1 puls per seconde, 10 Hz = 10 pulsen per seconde
pulsen tellen: telt alleen pulsen als - tellen aan/uit = hoog 1 - reset = laag 0
pulsenteller telt hoeveel pulsen (tot 9)
Slide 29 - Tekstslide
https:
Slide 30 - Link
Leerdoelen TA.4
- het verschil aangeven tussen analoge en binaire weergave;
- getallen omzetten in een digitale code en omgekeerd.
Slide 31 - Tekstslide
Systeembord kan alleen 0 en 1 als signaal geven: binair
Hoe kun je dan tellen?
Decimaal getal
Binair getal
Slide 32 - Tekstslide
Welk decimaal getal hoort bij het binair getal 1011?
Slide 33 - Open vraag
Stel, teller staat op 5
binaire code bij 5 = 0 1 0 1 er komt dan een signaal bij uitgang 4 en 1 Als je elke uitgang op een led aansluit, zullen alleen de ledjes van 4 en 1 branden