3.4 Rivieren in Nederland

§3.4 Rivieren in Nederland
Aardrijkskunde 
Klas 2
Paragraaf 3.4
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

§3.4 Rivieren in Nederland
Aardrijkskunde 
Klas 2
Paragraaf 3.4

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraken
- Vraag of opmerking = VINGER!

- Docent praat ALLEEN! Geldt ook voor degene die een beurt heeft!

- Docent bepaalt. In discussie gaan heeft dus geen zin :)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis §3.1 t/m §3.3
Aardrijkskunde 
Klas 2
Paragraaf 3.4

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Korte waterkringloop
Lange waterkringloop
Afstroming 
Neerslag
Infiltratie 
Verdamping

Slide 4 - Sleepvraag

nu kun je je kennis testen. 
Waar of niet waar?
Een regenrivier heeft een regelmatig regiem.
A
Waar.
B
Niet waar.

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zou de
waterbalans hier zijn?
A
Positief.
B
Negatief.

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een overstroming wordt veroorzaakt door...
A
de natuur
B
de mens
C
kan allebei

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is GEEN oorzaak van een overstroming?
A
bevroren rivieren
B
aarbevingen
C
een piekafvoer
D
een zuidwester storm

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een moesson?
A
Een orkaan
B
Wind vanaf zee die veel regen meebrengt.
C
Vaste wind vanaf zee.
D
Warme wind

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meer overstromingen ontstaan door zeespiegelstijging. Hoe kan dat?
A
Lozen van water in zee
B
Versterkt broeikaseffect
C
verdamping van zeewater
D
Bodemstijging

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een piekafvoer?
A
Wanneer er ijs door de rivier stroomt
B
Wanneer er in een korte tijd weinig water door een rivier stroomt
C
Wanneer er in een korte tijd veel water door een rivier stroomt
D
Wanneer de rivier droog ligt

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een Aquifer?
A
Een zoetwaterbel/bron onder de grond tussen zacht gesteente in.
B
Een zoutwaterbel/bron onder de grond tussen hard gesteente in.
C
Een zoutwaterbel/bron onder de grond tussen zacht gesteente.
D
Een zoetwaterbel/bron onder de grond tussen hard gesteente in.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een stroomgebied?
A
Het gebied waar al het water naar een hoofdgebied stroomt.
B
Een gebied met veel water.
C
Een gebied met gemengd water (zout en zoet).

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen §3.4
  • Je weet waarom rivieren belangrijk zijn voor Nederland.
  • Je begrijpt de maatregelen tegen overstroming van de rivieren.
  • Je kunt met een tekening uitleggen wat de drietraps-strategie inhoudt.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rivierenland & Soms te veel water

Samen lezen!

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kribben
Vaargeul
Binnendijksgebied
Buitendijksgebied

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aantekening dijk

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Binnendijks gebied
Buitendijks gebied

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Winterbed
Buitendijks
Zomerbed
Binnendijks
Uiterwaarde
Zomerdijk
winterdijk

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Afvoer van water
Samen lezen!

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drietrapsstrategie
Drie manieren waarmee de overheid een piekafvoer wil bestrijden en overstromingen wil voorkomen.
  1. Vasthouden;
  2. Bergen;
  3. Lozen.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als het regent, moet het water zoveel mogelijk worden vastgehouden in de bodem of door planten.
Als dat niet meer lukt, kunnen we water tijdelijk opslaan (of bergen) in oppervlaktewater: retentiegebieden. Dit water kan in droge tijden gebruikt worden.
Als er geen andere mogelijkheden zijn, wordt het water afgevoerd via de rivieren naar de zee.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aantekening strategie

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drietrapsstrategie stap 1
Vasthouden
Zorgen dat het water daar waar de neerslag valt zoveel mogelijk de grond in kan trekken.
En dus niet naar de rivier stroomt! 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drietrapsstrategie
1. Vasthouden: verbreden rivierbedding, verlagen uiterwaarden

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drietrapsstrategie
stap 2
Bergen
Zoveel mogelijk ruimte geven aan het rivierwater
Bijv. door:  
- Tijdelijk opslaan in retentiegebieden;
- de rivier verbreden;
-  zomerbed verdiepen;
- uiterwaarde verdiepen.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Driestrapsstrategie
2. Bergen: water tijdelijk opslaan 
in retentiebekken.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het vasthouden van water volgens de drietrapsstrategie
heeft het meeste effect in de...
A
bovenloop
B
middenloop
C
benedenloop

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel van Ruimte voor de rivier zie je hier?
A
Zomerbedverdieping
B
Kribverlaging
C
Uiterwaardafgraving
D
Retentiebekken

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt bedoeld met de drietrapsstrategie?
A
Drie landen (Nederland, Duitsland en België) hebben samen afgesproken het waterprobleem op te lossen.
B
De afvoer van overtollig water gaat in drie stappen.
C
Het overtollige water kan op drie niveaus bewaard worden: hoog, gemiddeld en laag.
D
Er zijn drie retentiegebieden aangewezen om overtollig water te bewaren.

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Drietrapsstrategie
stap 3
Lozen (afvoeren): 
Zorgen dat het rivierwater zo makkelijk mogelijk kan doorstromen (naar zee).
bijv. door:
- verwijderen van obstakels;
- verlagen van de kribben.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Driestrapsstrategie
3. Lozen: Optie 1 & 2 niet mogelijk? Afvoeren --> obstakelverwijdering

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Rijn stroomt via Duitsland Nederland binnen. Welke stap uit de drietrapsstrategie wil Nederland niet dat Duitsland veel uitvoert?
A
Bergen
B
Vasthouden
C
Afvoeren
D
Suppletie

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit?
A
Winterdijk
B
Zomerdijk
C
Uiterwaard
D
Krib

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet het plan om beter beschermd te zijn tegen hoog water?
A
Ruimte voor de zee
B
Ruim baan voor de rivier
C
Ruimte voor de rivier
D
Ruim baan voor de zee

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ruimte voor de rivier
  • Verbeteren waterafvoer door verwijderen obstakels;
  • Dijkverlegging;
  • Aanleg nevengeul;
  • Wateropslag.

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zorgt niet voor problemen bij het vasthouden van water?
A
Verstedelijking
B
Verstening
C
Verharding
D
Kanalisatie

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk antwoord geeft de juiste volgorde van de drietrapsstrategie?
A
Bergen - Afvoeren - Vasthouden
B
Vasthouden - Bergen - Afvoeren
C
Afvoeren - Bergen - Vasthouden
D
Vasthouden - Bergen - Vasthouden

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Maak:
- Opdrachten 1 t/m 7.

Klaar? 
1. Nakijken;
2. Oefenen op Quizlet.

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies