Thema 6. BS 1. Wat is ecologie?

Welkom klas 2
- terugblik H5 erfelijkheid en evolutie PW week 20
- start H6 ecologie
- aan de slag met H6 
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom klas 2
- terugblik H5 erfelijkheid en evolutie PW week 20
- start H6 ecologie
- aan de slag met H6 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Hoeveel chromosomen zitten in een cel van je neus?


A
23
B
40
C
46
D
100

Slide 6 - Quizvraag

waar bevind de smelting plaats van eicel en de zaadcel?
A
Baarmoeder
B
Eileider
C
Eierstok
D
zaadleider

Slide 7 - Quizvraag

Mutatie
- Foutje/ beschadiging celdeling
- Plotselinge verandering: mutatie  (gemuteerd = veranderd)

- Organisme waar je mutatie ziet is een mutant.
- Bv albino (geen pigment)

Alligator zonder pigment

Slide 8 - Tekstslide

Geslachtelijke voorplanting
* Een bloem bloeit
* Er vindt bestuiving plaats
* Er vindt bevruchting plaat
* Er ontstaan vruchten/zaden

Slide 9 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 10 - Tekstslide

H6 Basisstof 1. Wat is ecologie?
Log in op lessonup voor deze les

Slide 11 - Tekstslide

Welke factoren (levende en niet levende zaken om jou heen) hebben invloed op jou?

Slide 12 - Woordweb

Welke factoren (levende en niet levende zaken om jou heen) hebben invloed op jou?
Een goed antwoord zou de volgende niet levende zaken kunnen bevatten: huis, telefoon, temperatuur, regen, voedsel, etc. 
Een goed antwoord zou de volgende levende zaken kunnen bevatten: familie, vrienden, bomen, huisdieren, insecten, etc.

Slide 13 - Tekstslide

Lesdoelen
Einde van de les ken en begrijp je de volgende begrippen: milieu, relaties, ecologie en abiotisch en biotische factoren.

Einde van de les weet jij welke niveaus (individu, populatie, leefgemeenschap en ecosysteem) er binnen ecologie te onderscheiden zijn. 

Einde van deze les weet jij waar dit hoofdstuk over gaat. 

Slide 14 - Tekstslide

Milieu
Alles dat invloed heeft op een organisme behoort tot zijn/haar milieu. Het milieu kan ook worden beinvloed door het organisme. 
Ecologie
Ecologie is de wetenschap die zich bezich houdt met de relaties tussen organismen onderling ook tussen organismen en hun milieu. 
Biotisch
Met het begrip biotisch wordt alles bedoeld dat leeft of afkomstig is van de levende natuur. In de afbeelding bv. ree, vis en struiken.
Abiotisch
Alles dat niet leeft wordt abiotisch genoemd. Voorbeelden zijn o.a. water, temperatuur, temperatuur en grond. 
Relaties
Organismen hebben invloed op elkaar, bijvoorbeeld de zon die de dieren verwarmt. Dit noemen we relaties

Slide 15 - Tekstslide

Milieu
Biotisch
Ecologie
Relaties
Abiotisch
Dit heeft invloed op organismen en wordt beïnvloed door organismen.
De studie van de relaties tussen organismen het 
milieu.

Slide 16 - Sleepvraag


Op de foto zie je water en stenen. Van wat voor voorbeelden zijn dit factoren?
A
Biotisch
B
Abiotisch

Slide 17 - Quizvraag

Wat bestuderen we in de ecologie?
A
In de ecologie bestuderen we een milieu
B
In de ecologie bestuderen we alle relaties tussen organismen en hun milieu
C
In de ecologie bestuderen we de invloeden die afkomstig zijn van de levende natuur
D
In de ecologie bestuderen we de wisselwerkingen binnen een populatie

Slide 18 - Quizvraag


Op de foto zie je twee blauwe muntgoudhaantjes . Van welk type factor is dit een voorbeeld?
A
Biotisch
B
Abiotisch

Slide 19 - Quizvraag

Niveaus van de ecologie
  • Individu
  • Populatie
  • Leefgemeenschap 
  • Ecosysteem 

 +   Biotoop
= alle abiotische factoren
= abiotisch + biotisch samen. bv. bos / woestijn

Slide 20 - Tekstslide



Wat zie je in de afbeelding?
A
Levensgemeenschap
B
Ecosysteem
C
Populatie
D
Individu

Slide 21 - Quizvraag



Wat zie je in de afbeelding?
A
Levensgemeenschap
B
Ecosysteem
C
Populatie
D
Individu

Slide 22 - Quizvraag



Wat zie je in de afbeelding?
A
Levensgemeenschap
B
Ecosysteem
C
Populatie
D
Individu

Slide 23 - Quizvraag

Individu
Populatie
Levensgemeenschap
Ecosysteem

Slide 24 - Sleepvraag

De volgende les(sen)
  • Voedselrelaties
  • Kringlopen
  • Piramides
  • Populaties
  • Successie 
  • Aanpassingen

Slide 25 - Tekstslide

Aan de slag..
Lezen B & K: blz. 76 t/m 83  
TL: blz.58 t/m 60 
Havo: 78 t/m 80
  1. Maken thema 6, basisstof 1, opdracht 1 t/m4.


PW H5
2a: 16 mei 3e u
2b: 17 mei 2e u

Slide 26 - Tekstslide

Gezamenlijke toepassing
  1. Maak tweetallen.
  2. Kies een organisme uit waarin jullie je gaan verdiepen. 
  3. Maakt buiten een foto van dit individu, van de populatie waarvan dit individu deel uitmaakt, de leefgemeenschap waarvan dit organisme deel uitmaakt, en het ecosysteem waarbinnen dit organisme leeft. 
  4. Verwerk deze foto's op een overzichtelijke en beschrijf per foto wat er op de foto te zien is.  
  5. Schrijf op welke biotische en abiotische factoren invloed hebben op het organisme. 

Slide 27 - Tekstslide