4.1 t/m 4.4

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Lesplanning

- Wat gaan we vandaag doen?

- Waar gaat de toets over?

- Oefenvragen over 4.1 t/m 4.4

- Werken aan de online opdrachten

SO op vrijdag 12 feb

Toets gaat over: 4.1 t/m 4.4

Via TEAMS 5 open vragen

Via online methode goed gemaakte opdrachten

(dus hoeveel procent van de 29 vragen heb jij goed?)

Thema 4

Dit moet je kennen!

4.1

1. Wat is het verschil tussen primaire en secundaire geslachtskenmerken?

2. Wat verandert er in de puberteit?

4.2

3. Hoe heten de onderdelen van het voortplantingsstelsel van een man?

4. Welke kenmerken heeft een zaadcel?

5. Wat is een zaadlozing? Wat is een orgasme?

4.3 deel 1

6. Hoe heten de onderdelen van het voortplantingsstelsel van een vrouw?

4. Welke kenmerken heeft een eicel?

5. Wat is masturbatie? Wat is een orgasme?

4.3 deel 2

6. Wat gebeurt er tijdens ovulatie, bevruchting en ongesteldheid?

7. Hoe en waar gebeurt een bevruchting?

8. De dagen voor en na de innesteling

9. Wat is een embryo?

4.4

10. Wat is de menstruatiecyclus?

11. Hoe gebruik je maandverband en tampons

12. Hoe voorkom je zwangerschap?

4.5

13. Wat zijn betrouwbare voorbehoedmiddelen?

14. Wat te doen bij ongewenste zwangerschap?

4.6

15. Welke geslachtsziekten zijn er?

16. Hoe voorkom / behandel je een soa?

4.7

17. Wat zijn uitingen van seksualiteit?

18. Welke voorbeelden van seksueel geweld zijn er?

Waar horen borsten bij?

1. Primaire geslachtskenmerken
2. Secundaire geslachtskenmerken
3. Primaire en secundaire geslachtskenmerken
4. Geen van beide

Wat is / zijn geen secundaire geslachtskenmerken?

1. Penis
2. Schaamhaar
3. Baard in keel
4. Borsthaar

Inge schreeuwt het uit en slaat met de deuren.....
Welke verandering vindt hier plaats?

1. Lichamelijke verandering
2. Geestelijke verandering
3. Sociale verandering
4. Emotionele verandering

In de afbeelding worden onder andere enkele delen van het voortplantingsstelsel van de man weergegeven.

Productie van zaadcellen is letter:

1. Q
2. R
3. S
4. T

Vier delen van het voortplantingsstelsel van een man zijn: de eikel, de urinebuis, de zaadleider en het zwellichaam.

Welk van deze delen kan zowel urine als sperma vervoeren?

1. eikel
2. urinebuis
3. zaadleider
4. zwellichaam

In de afbeelding is het voortplantingsstelsel van een vrouw schematisch getekend. Enkele delen zijn genummerd.

In welk van de genummerde delen wordt de eicel bevrucht?

1. Deel 1
2. Deel 2
3. Deel 3
4. Deel 4

Waar worden de eicellen gemaakt

1. Eicellen
2. eileiders
3. eierstokken
4. baarmoeder

Wanneer vindt de innesteling plaats?

1. Voor de bevruchting
2. Tijdens de bevruchting
3. Na de bevruchting

Wat gebeurt er op dag 14 in de menstruatiecyclus?

1. Ongesteld zijn
2. Ovulatie
3. Innesteling
4. Menstruatie

Het gevoeligste deel van het vrouwelijk geslachtsorgaan is

1. De schaamlippen
2. De vagina
3. De clitoris
4. De eierstokken

In de afbeelding is het voortplantingsstelsel van een man schematisch getekend. Enkele delen zijn genummerd.

Door welke twee van de genummerde organen in de afbeelding wordt vocht toegevoegd aan de zaadcellen?

Welk(e) onderde(e)l(en) van het vrouwelijk voortplantingsstelsel hebben dezelfde functie als de eikel? Leg je antwoord uit.

De menstruatiecyclus van Lotte duurt 32 dagen, op welke dag is de eisprong bij haar? Leg uit.

Vrijdag krijg je 5 open vragen

Maar de helft van je cijfer wordt bepaalt door je huiswerk..!

Aan de slag

Maak alle opdrachten van 4.1 t/m 4.4.

Zoek de antwoorden op in je boek en bekijk je de feedback bij de opdrachten.

Lees goed en probeer de opdrachten zonder fouten te maken.

Deadline: donderdagavond.