In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Slide 1 - Tekstslide
Macht en onrecht
via de klassencode inloggen.
GEBRUIK JE EIGEN NAAM.
Slide 2 - Tekstslide
onrecht
Slide 3 - Woordweb
Slide 4 - Video
Op welk bouwwerk lijkt de tempel?
A
Moskee
B
Tabernakel
C
Kerk
D
Synagoge
Slide 5 - Quizvraag
lezen blz. 21 en 22
Slide 6 - Tekstslide
Waaruit blijkt de grote rijkdom van Salomo?
A
paleis
B
tempel
C
goede handels relaties
D
al deze dingen
Slide 7 - Quizvraag
Er was kritiek op Salomo. Wat hoort er NIET bij?
A
de belastingen waren heel hoog
B
hij liet tempels bouwen voor andere goden
C
jonge mensen hadden een soort dienstplicht
D
hij had buitenlandse vrouwen
Slide 8 - Quizvraag
Hoe luidt de zwaarste kritiek in de bijbelverhalen op koning Salomo?
A
U drijft handel met buitenlandse volken.
B
U laat tempels bouwen voor andere goden.
C
U legt het volk hoge belastingen op.
D
U trouwt met buitenlandse vrouwen.
Slide 9 - Quizvraag
Wie had kritiek op de handelswijze van Salomo?
A
Batseba
B
Jerobeam
C
David
D
Samuël
Slide 10 - Quizvraag
Waar was Salomo beroemd om?
A
Zijn wijsheid
B
Zijn rijkdom
C
zijn vele vrouwen
D
zijn trouw aan God
Slide 11 - Quizvraag
Hoe gaat Salomo om met zijn tegenstanders?
A
Hij stuurt ze zijn land uit
B
Sluit ze op
C
Als een echte dictator probeert hij ze te doden
D
Ze moeten veel belasting betalen
Slide 12 - Quizvraag
Maak de rebus
Slide 13 - Tekstslide
Noteer de oplossing van de rebus in je werkboek.
Slide 14 - Open vraag
lezen blz. 23
Slide 15 - Tekstslide
Israël (koningen Saul en David)
Slide 16 - Tekstslide
Splitsing na de dood van Salomo
Noordrijk Israël
Samaria
Jerobeam
Zuidrijk Juda
Jeruzalem
Rechabeam
Slide 17 - Tekstslide
Na Salomo's dood wordt het land in 2-en gedeeld? Waarom?
A
Land is te groot. Hij verkoopt een deel
B
Deel wordt veroverd door een buurland
C
De belasting en dwangarbeid werden niet verlaagd
D
Ruzie in de regering
Slide 18 - Quizvraag
----1---werd koning van het Noordrijk dat ook wel --2--- wordt genoemd. Hoofdstad is---3---. --5-- werd koning van het Zuidrijk dat -5----wordt genoemd. Hoofdstad is --6----
Slide 19 - Open vraag
Wie was de opvolger van koning Salomo?
A
Rechabeam
B
Jerobeam
C
Achab
D
Jonathan
Slide 20 - Quizvraag
In de bijbel is een koning goed, wanneer?
A
Hij zorgt voor de zwakken
B
Zorgt voor werkgelegeheid
C
De wet handhaaft
D
Zich houdt aan de Toraregels
Slide 21 - Quizvraag
Een koning is volgens de bijbel slecht waneer.....?
A
Hij het vereren van andere goden toestaat
B
Veel belasting heft
C
Mensen hard laat werken
D
Een groot leger heeft
Slide 22 - Quizvraag
protestrap/gedicht
Maak een rap/gedicht van minimaal 8 regels
over een onderwerp waartegen jij wilt protesteren.
Je mag het ook in 2 tallen maken.
Tijd: 10 minuten.(inleveren via de ELO)
timer
10:00
Slide 23 - Tekstslide
2. Macht en recht
blz. 24
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Achab
getrouwd met Izebel( Fenicië=Libanon)
stond afgodendienst toe(godsdienstvrijheid)
goede contacten met buurlanden
goede welvaart
Slide 26 - Tekstslide
Kanaänitische goden
Baäl: God over de regen en goede oogst
Asjera: Vruchtbaarheidsgodin
Astarte: Godin van de liefde, seksualiteit en oorlog
Slide 27 - Tekstslide
Baäl
Betekenis = Heer
Vaak afgebeeld als een stier
Slide 28 - Tekstslide
Asjera
Vruchtbaarheidsgodin
Moedergodin van Kanaän
In de Bijbel wordt 40 maal aan 'Asjera' gerefereerd
Slide 29 - Tekstslide
Astarte
Godin van de liefde, seksualiteit en oorlog
In de bijbel wordt slechts 9 keer aan Astarte gerefereerd
Slide 30 - Tekstslide
De naam van de God Baäl betekent
A
Heerser
B
Duivel
C
Heer
D
Oorlog
Slide 31 - Quizvraag
De God Baäl wordt vaak afgebeeld als een ?
A
Slang
B
Stier
C
Leeuw
D
Adelaar
Slide 32 - Quizvraag
De vrouw van Baäl, Asjera was de godin van de...?
A
Vruchtbaarheid
B
Liefde
C
Oorlog
D
Leven
Slide 33 - Quizvraag
Astarte is de godin van de
A
Regen
B
Goede oogst
C
Dood
D
Liefde, seksualiteit en oorlog
Slide 34 - Quizvraag
De profeet Elia had kritiek op Koning Achab. Hij was tegen...?
A
Aanbidden van andere goden
B
Heffen van belasting
C
Niet luisteren naar de profeet
D
dwangarbeid
Slide 35 - Quizvraag
De naam Elia betekent
A
God redt
B
Mijn God is JHWH
C
God is mijn redder
D
Gezonden door God
Slide 36 - Quizvraag
Tijdens Pesachfeest staat er een stoel voor Elia klaar. Waarom?
A
Komt terug op aarde om rijk Messias aan te kondigen