H2c- mercredi 13 octobre 2021

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

1. Ga rustig zitten
                   op je eigen plaats
   
   
2. Pak je spullen:
   agenda, pen, chromebook, boeken, schrift
   
   
3. Telefoon in je tas
4. Tas op de grond naast je tafel

Bonjour

On y va!

Werkwoorden + bijvoeglijk naamwoord

Overzicht werkwoorden 

• op -er, -ir, -re
• onregelmatige (aller, avoir, être)

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. Le lit est grand.
2. Le lit est grande.

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. La fleur est vert.
2. La fleur est verte.

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. Les filles sont petit.
2. Les filles sont petite.
3. Les filles sont petits.
4. Les filles sont petites.

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. La plage est beau.
2. La plage est beaux.
3. La plage est belle.
4. La plage est belles.

Vertaal:
de grijze kat

Vertaal:
het gelukkige meisje

Vertaal:
het witte huis

Vertaal:
Hij legt uit

Vertaal:
Elle va faire pipi.

Vertaal:
Wij zijn bang voor het meisje.

Vertaal:
zij bloost

Vertaal:
wij verliezen

Vertaal:
ik ga scoren

Voor mij is het oefenen met bijvoeglijk naamwoord en werkwoorden ..... nuttig

bijzonder

niet zo erg

een beetje

helemaal niet

Hierover heb ik nog vragen

Noteer en begin vast

donderdag  14 oktober 2021

Leren : werkwoorden op -RE

(af)Maken :

Fotoalbum

Au travail!

Tenslotte

• Pak je tas in en 
• blijf zitten tot de bel gaat. 

Dan:

• Stoel aanschuiven
  
  
• Rustig naar de volgende activiteit